column nr 171

Ze ging op kamers zei ze. Tenminste … dat zei ze voor de vakantie. Toen al had ik enige twijfel bij de haalbaarheid van dit voornemen. Niet dat ik er tegen ben. Integendeel. Ik denk dat het goed is voor iemand die gaat studeren om op kamers te ervaren wat het is om voor jezelf te zorgen. Weg van de pappot van pa en ma, weg van relatieve zorgeloosheid van thuis wonen.

Nee, ik twijfelde omdat deze kamer gevonden diende te worden in Utrecht. Nu weet ik niet of je een beetje op de hoogte bent van de kamer situatie in de grote steden maar na Amsterdam is Utrecht de meest gewilde stad voor kamerbewoners en dus de op één na moeilijkste (want iedereen wil daar wel op kamers).

Vol goede moed werd er voor de vakantie een hospiteeravond bezocht. Een schimmig bedrijvengebied aan de rand van het centrum met daarin een enorme hoeveelheid gestapelde blokken diende als studentenhuisvesting. Heel veel fietsen buiten maar ook banken en bankjes, een soort geïmproviseerd café en de aanblik op een buitenterrein waarvan je denkt “hier is al heel lang geen onderhoud gepleegd”. Ideale studentenhuisvesting dus.

Het werd hem niet helaas. Voor 1 kamer 15 gegadigden. Dan is het geluk hebben als je hem krijgt. Niet dus. Inmiddels zijn we een stuk opgeschoven in tijd, vakantie gehad en dochter bijna 18. Het zoeken naar een kamer heeft zich eigenlijk nooit echt serieus voortgezet. Ik denk, en dat heeft ze in zoveel woorden ook gezegd, dat ze voorlopig maar blijft reizen tussen de residentie en Utrecht.

Ook niets mis mee hoor, de gezelligheid in huis van haar en haar vrienden bevalt me best. Al moet gezegd dat het empty nest (nummer 1 woont al op kamers) me best trekt. Waarschijnlijk zal in de loop van het studiejaar wel ergens een gelegenheid zich voordoen en kunnen we haar alsnog gaan verhuizen. Prima natuurlijk. Koken we tot die tijd gewoon voor drie in plaats van voor twee.

Wouter vHeiningen

Wouter vHeiningen

Columnist sedert juli 2013 | Directeur Bibliotheek De Plataan voor Maassluis, Vlaardingen & Midden-Delfland | Bestuurslid van Nationaal Documentatiecentrum Maarten ’t Hart en stichting Ongehoord!

2 Reacties

  1. 18 augustus 2017 at 11:28

    Hier nog zo’n weifelende zoon, stiekem vind ik het fijn dat hij af en toe een ietsiepietsie over mij moedert. Gelukkig denkt hij erover na, maar wil alleen een ‘loft’, dat kon nog wel eens even duren, ben ik bang. 😉

  2. Aad Rieken
    18 augustus 2017 at 09:25

    Verlang al heel mijn leven,
    naar een triotje.
    Het is mij slecht(s) gegeven,
    zelfs geen duotje!
    (maar ben niet zielig hoor)