Afgelopen week bezocht ik de begrafenis van de broer van mijn vader, die op de zogezegd ‘gezegende’ leeftijd van 94 het aardse voor het hemelse hoopt te hebben ingeruild.

De laatste jaren kreeg de dementie vat op hem na een rijk leven dat hem onder meer een knappe vrouw, 5 dochters en vele kleinkinderen had opgeleverd. Vanuit rationeel oogpunt beschouwd had het misschien beter geweest als hij die jaren met de verstandsberovende ziekte niet had meegemaakt, maar helaas lijkt de aftakeling van de mens een niet te voorkomen proces te zijn.
Toch blijft men naarstig op zoek naar de eeuwige jeugd en worden er op proefdieren zelfs al vorderingen gemaakt met veelbelovende levenselixers. Nieuwste loot aan de stam is het stofje rapamycine dat bij toediening aan volwassen muizen leidde tot een levensverlenging van liefst 60 procent. Nadeel waren de fikse bijwerkingen in de vorm van darmkrampen, misselijkheid en mondzweren wat doet vermoeden dat wie mooi en/of jong wil zijn ook flink pijn moet lijden. Na een half jaar heeft het stofje het lichaam echter geheel schoon geveegd en zou je je als bejaarde plots weer een fitte dertiger kunnen voelen.

Theoretisch vertaald van muis naar mens dan.

Toch zijn de eerste proeven bij de mens ook hoopgevend: ouderen die een kleine dosis hadden toegediend gekregen reageerden veel beter op de griepprik dan een controlegroep. Hoop doet leven uiteraard al blijkt uit een ander onderzoek dat deze week het nieuws haalde dat 122 jaar leven de natuurlijke limiet voor de mens is:

Wetenschappers concluderen na onderzoek in de Human Mortality Database, waarin gegevens over leven en dood van 38 landen is opgeslagen, dat de levensverwachting onverminderd snel blijft dalen na het honderdste jaar.
In de vorige eeuw verbeterde de levensverwachting van de mens razendsnel, waardoor werd verondersteld dat de mens door goede voeding en medische zorg nog veel ouder kon worden, maar sinds de jaren tachtig neemt deze trend af.
De grens is de oudst geregistreerde leeftijd van een mens (de Française Jeanne Calment stierf in 1997 na 122 jaar en vijf maanden) en dat record wordt voorlopig niet verbroken.

De vraag blijft natuurlijk of je als mens überhaupt zit te wachten op een leeftijd van 125 jaar, terwijl je nog bij je volle verstand bent. Leeftijdsgenoten zijn allemaal al afgehaakt, je eigen kinderen heb je waarschijnlijk overleefd, fysieke beperkingen worden steeds groter, nieuwe ontwikkelingen gaan aan je voorbij en het gevoel dat vroeger alles beter was neemt pijnlijk vaste vormen aan en zal bijna doen verlangen naar de verfoeide geestesziekte van mijn oom.

Laten we die natuurlijke limiet dus maar gewoon in ere houden :-).

Ron v/d Berg

Ron v/d Berg

Zaterdagcolumnist (per 2016: 1x per 2 weken | ICT Beheerder | AVW atleet en vader van 3 dochters. Zie ook www.ronb1965.nl.

5 Reacties

  1. 1 oktober 2016 at 15:52

    Het gaat niet om die eindstreep. Het gaat om het aantal jaren dat je nog van het leven kan genieten.

  2. ton
    1 oktober 2016 at 11:20

    Toch vreemd, die van 125 jaar zie je nooit in de Schakel staan, toch sterke mensen dan.

  3. Aad Rieken
    1 oktober 2016 at 10:55

    ”Driemaal Is Scheepsrecht!”

    Grens Ligt /Staat Voor Wens,
    —OM VERDER TE GAAN!—

  4. Aad Rieken
    1 oktober 2016 at 08:35

    ”Ga Hem Liever Ver-Leggen!”

  5. Aad Rieken
    1 oktober 2016 at 08:14

    ”Ik Hoop ‘DIE’ Grens Niet Te Overtreden!”