MAASSLUIS |Het gemeentebestuur van Maassluis stond vrijdag 17 maart 2017 samen met nabestaanden, belangstellenden en scholieren van het Lentiz Reviuslyceum stil bij het bombardement op Maassluis, van 18 maart 1943.

Om 10.30 startte de herdenking op het Kerkplein met zang door leerlingen van het Reviuslyceum. Na een toespraak door burgemeester Haan en het spelen van de Last post door een trompettist van de Furie Toeters werd ter nagedachtenis aan de slachtoffers twee minuten stilte gehouden. Vanuit het gemeentebestuur van Maassluis en het Reviuslyceum was er een kranslegging bij het monument waarna nabestaanden en overige belangstellende ook gelegenheid hadden om bloemen bij het monument te leggen.

Met de herdenking wordt stil gestaan bij de fatale 18 maart in 1943. Tijdens een aanval van geallieerde bommenwerpers wordt het doel – olieraffinaderij Witol NV aan de Helderingstraat – gemist en valt een tapijt van bommen op het oude stadscentrum van Maassluis. Bij de aanval raken veel huizen zwaar beschadigd, storten in of branden uit en komen 18 Maassluizers om het leven.

Tekst van de toespraak van burgemeester Edo Haan:


 

© Peter Farla

Geachte dames en heren, nabestaanden van de slachtoffers van het bombardement van 18 maart 1943, jongens en meisjes:

Vorig jaar maakte ik voor het eerst de herdenking mee van het bombardement en dat maakte veel indruk op me. Na afloop praatte ik in de Groote Kerk met Maassluizers die deze afschuwelijke donderdag in maart 1943 hebben meegemaakt. En het verdriet van het verlies van dierbare familieleden was goed te zien in hun ogen, ik merkte dat als ze hun verhaal vertelden ze direct terug in de tijd werden geslingerd. Ze zagen weer de bommen vallen, ze hoorden weer de inslagen, het geschreeuw en ze voelden weer de angst. Zij zullen die dag nooit vergeten.

Het was een frisse maar ook heldere dag met goed zicht voor de bommenrichters. En toch vielen de bommen niet op het beoogde doelwit, de Witol-olieraffinaderij, maar midden in het historische hart van Maassluis. Achttien Maassluizers, jong en oud, mannen, vrouwen en kinderen kwamen om.
Een aantal jaren geleden zijn verhalen van ooggetuigen opgetekend voor een serie in De Schakel. Mevrouw Adrie Buitelaar-Lagraauw zei toen: ,,De ruiten in de kamer vlogen in stukken naar binnen en daarom moesten we in de gang staan. Mijn moeder stond met haar handen over de kleintjes heen te bidden tot God om ons te beschermen. Later hoorden we dat er bij ons boven ook een bom lag, een blindganger en die was niet ontploft. We waren vreselijk geschrokken en moesten vluchten, want alles stond in brand.’’

Op zo’n dag als vandaag is het voor mij onvoorstelbaar dat hier, op deze plek waar we nu staan, honderden bommen zijn gevallen. Maar de gevolgen van het bombardement zijn nog fysiek zichtbaar in Maassluis; de pijn en het verdriet worden nog altijd gevoeld door de nabestaanden.
Na de Tweede Wereldoorlog was er even optimisme. Dit nooit meer, nooit meer oorlog, nooit meer bombardementen. De Verenigde Naties werden opgericht, in 1948 nam de Algemene Vergadering de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens aan waarin alle fundamentele rechten van de mens worden opgesomd.
En tóch is er nog oorlog in de wereld, zoals we allemaal helaas in de krant kunnen lezen en op tv en social media kunnen zien. Op dit moment woedt er een hevige strijd om Mosul in Irak tegen IS; de burgerbevolking –het gaat om honderdduizenden- probeert wanhopig de stad te ontvluchten. De foto’s van de vluchtelingen snijden door merg en been. Twee zusjes die hand in hand op blote voeten onder de modder hand in een lange colonne op straat lopen; een man die zijn dochter op de nek draagt, haar blik is wezenloos. En een foto van een rennende vader op sokken door een verwoeste straat met zijn dochter van een jaar of 3. Beiden huilen hartverscheurend, gelukkig zijn ze nu in veiligheid. Maar je vraagt je wel af als je naar het huilende meisje kijkt: waar is haar moeder? Wat is er met haar gebeurd? Leeft ze nog?

Dergelijke vragen leefden ook hier in Maassluis 74 jaar geleden, kort na het bombardement. In de politierapporten die gelukkig bewaard zijn gebleven wordt zowat per minuut beschreven wat er gebeurde tijdens en na het bombardement. Om 15.35 uur arriveren de bommenwerpers op grote hoogte, een minuut later laten ze hun bommen op Maassluis vallen; het luchtalarm gaat pas af om 15.38 uur. Om 16.38 uur wordt een kind van een jaar of zes dood naar het bureau van politie gebracht en later overgebracht naar het hulpziekenhuis aan de Lange Boonestraat. Maar er staat ook iets raadselachtig in, het lijkt bijna een wonder. Ik citeer:
,,’s Avonds naar Geerkade waar gezocht werd naar slachtoffers. Hier werd nog een kindje geheel ongedeerd slapend aangetroffen.”
Maar je vraagt je ook hier af: waar is de moeder van het slapende kindje? Wat is er met haar dan gebeurd? Leeft ze nog?

Ik dank u voor uw aandacht.

Hoofd Redactie

Hoofd Redactie

Hoofdredactie van Maassluis.Nu | Verzorgt berichtgeving die niet onder een specifiek redactieteam valt

1 Reactie

  1. Aad Rieken
    19 maart 2017 at 08:33

    ”WIJ GAAN ZE BLIJVEND HER(EN EN GE)DENKEN!”

    EN DAT DIT IN MAASSLUIS NOOIT MEER ZAL GEBEUREN………….,
    Er Is Al (Te Veel Oorlogs) Ellende Genoeg En Geweld In De Wereld!

    ”DAT DIT TIJ OOIT TEN GOEDE MAG KEREN..
    IS DE WIJZE LES DIE WIJ/ZIJ MOETEN LEREN !