14/9 Witte Kerkje: De Bastaard van Oranje

Maassluise historicus schrijft een volledige biografie van de bastaardzoon van Willem van Oranje

MAASSLUIS | Op donderdag 14 september om 20.00 uur zal de Maassluise historicus dr. Adri P. van Vliet in het Witte Kerkje te Maassluis een presentatie verzorgen over zijn nieuwste boek: Bastaard van Oranje. Justinus van Nassau: admiraal, diplomaat en gouverneur (1559-1631). De Vrienden van het Witte Kerkje en Boekhandel Het Keizerrijk organiseren deze lezing. De toegang is vrij.

© Keizerrijk

Van Vliet schetst in dit boek het boeiende leven van deze tot nu toe onderbelichte telg uit het geslacht van Oranje. Een must voor liefhebbers van militaire geschiedenis en de Oranjes. Bij de presentatie zal hij zo nu en dan ook een uitstapje maken naar Maassluis.

Onderbelicht
Over Justinus van Nassau, de enige bastaardzoon van Willem van Oranje, is tot nu toe weinig gepubliceerd. In veel literatuur over ‘onze’ Oranjes komt hij slechts zijdelings voor. Bekend zijn de speculaties over zijn afkomst, zijn huwelijk met Anna van Merode, zijn gouverneurschap over Breda en de overgave van die stad aan de Spaanse veldheer Ambrogio Spinola in 1625. Hier blijft het veelal bij.

Nieuwe informatie
In deze nieuwe biografie passeert Justinus’ hele leven de revue. Het verhaal van deze buitenechtelijke zoon van Willem van Oranje en zijn maîtresse Eva Elinx loopt voor een groot deel parallel met de hoogte- en dieptepunten uit de eerste helft van de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648). Justinus van Nassau kreeg een adellijke opvoeding aan het hof van Willem van Oranje en studeerde als eerste Nassautelg aan de universiteit te Leiden. Hij vocht tegen de Spaanse Armada, bestreed Duinkerker kapers en te land nam hij ondermeer deel aan de inname van Breda met het Turfschip en de Slag bij Nieuwpoort. Daarnaast leert de lezer Justinus kennen als een diplomaat die logeerde aan het Franse en Engelse hof en als iemand die schipperde tussen de belangen van zijn halfbroers Maurits en Filips Willem. Justinus overleed in juni 1631 en werd in de Hooglandse Kerk te Leiden begraven.