Per 1 oktober is Ton Luijendijk benoemd tot voorzitter van de VSP fractie als opvolger van Jan van der Maarel. Een mooie gelegenheid om direct in een column van  zich te laten horen.

Redactie

column nr 1

Kort geleden hadden we het debat in de gemeenteraad over de kadernota. Over een maand zullen we over de Begroting 2019–2022 debatteren. De gemeenteraad is het hoogste orgaan in de lokale democratie. Zij stelt daarom de kaders (lees; de doelen met de bijbehorende financiële begrenzing) vast. Het college van burgemeester en wethouders (B&W), gesteund door de coalitiepartijen, presenteert bij de Kadernota haar plannen met een grove becijfering van de kosten.

De gemeenteraad geeft aan welke plannen op instemming kunnen rekenen en welke worden afgewezen. De raad beoordeelt dit aan de hand van o.a. de criteria noodzakelijkheid en wenselijkheid, maar ook betaalbaarheid en houdbaarheid.

Het ligt voor de hand dat coalitiepartijen de plannen van het college vaak ondersteunen. Immers haar eigen wethouders zijn de planuitvoerders van het gezamenlijk gemaakte coalitieakkoord. De oppositie heeft de taak om deze plannen kritisch en vaak welwillend te beoordelen. Zo onafhankelijk mogelijk kijkt en beoordeelt een oppositiepartij de voorstellen die vanuit het college aan de raad worden voorgelegd.

Soms (misschien zelfs vaak) met eenzelfde uitkomst, wat betreft noodzakelijkheid en wenselijkheid en soms ook kritisch en afwijzend vanwege de betaalbaarheid of een ander idee. Daarin zal een oppositiepartij in haar rol vaak verschillen van de coalitie. Zij kijkt extra kritisch naar genoemde criteria vanuit de belangrijke rol van de tegenmacht. Macht (het college) heeft nu eenmaal tegenmacht nodig.

Spiegelen, beoordelen op haalbaarheid en wenselijkheid en natuurlijk of het wel financieel verantwoord is.

De Kadernota die het nieuwe college nu aan de raad heeft voorgelegd met daarin de plannen voor het komende jaar en een doorkijk naar de komende drie jaar. Die plannen zijn nogal ambitieus. Om deze te realiseren moet er 1.4 miljoen uit de algemene reserve worden onttrokken. De VSP Maassluis is daar heel sceptisch over en heeft bij de behandeling een waarschuwend geluid laten horen.

Neem geen risico’s die je niet goed kunt overzien, zo was de toon van onze inbreng. Nu komt er actueel een bericht vanuit de landelijke overheid dat de gemeenten dit jaar honderden miljoenen minder krijgen dan was voorzien. Een technisch verhaal hoe dit komt, maar het effect is duidelijk en zal moeten worden vertaald naar een aanpassing van de begroting.

De VSP Maassluis zal dus haar inbreng in het debat over de Kadernota verstevigd voortzetten als de begroting 2019–2022 in november wordt behandeld.

We hebben een mooie stad met goede voorzieningen. Het bestuur van de stad kent korte lijnen met de burgers, omdat we niet groot zijn en vooral ook niet te klein om goede voorzieningen mogelijk te maken. Daarop moeten we zuinig zijn door geen onnodige financiële risico’s te nemen. Betaalbaarheid moet voorop staan, ook bij mooie plannen.

Deze nieuwe voorzitter is een verwoede schaatser, daarom dringt zich een beeld bij mij op. Schaats niet over te dun ijs, want het risico op een nat pak, met alle nare gevolgen van dien, is dan te groot.

volgende week een column van de VVD.

Jaarschema columns
Ton Luijendijk

Ton Luijendijk

Ton Luijendijk | gemeenteraadslid VSP tm 2020| Fractievoorzitter 2018-2020 | Paukenist in een symfonie orkest | gastcolumnist