Ik was moe. Had mijn dag niet. Je kent ze wel. Van die dagen dat, wanneer je wakker wordt, je al weet hoe laat het is. De wekker die je, al dan niet bewust, “niet” gehoord hebt. De afspraak waar je tien minuten te laat komt om te horen te krijgen dat je een andere keer terug moet komen. En dat terwijl je normaal NOOIT te laat bent.  De dag dat je haar op standje ontplof staat ongeacht de hoeveelheid troep die je erin hebt gesmeerd om het enigszins te bedwingen. Zo’n dag waarin alles lijkt te mislukken. Je loopt constant achter de feiten aan en je wilt niets liever dan gewoon terug kruipen in bed. Hopen dat de dag zo snel mogelijk voorbijgaat.

Zo’n dag had ik van de week. Niets liep zoals het zou moeten lopen. Inclusief ikzelf schijnbaar. Want daar liep ik. Gewoon op de stoep. Geen bijzonderheden. Geen rare dingen. Ik liep en voor ik het wist lag ik op de grond. Ik weet nog steeds niet zo goed wat er gebeurde. Geen seconde had ik het idee dat ik ging vallen. Geen enkele poging tot het behouden van mijn balans. Geen enkele seconde had ik het gevoel dat ik zou gaan vallen. Geen stap opzij, geen armen naar voren om de val te breken. Al doe ik dat laatste sowieso nooit. Nooit gedaan ook. Het is een soort genetische afwijking die ik heb. Zo was ik als kind zijnde namelijk een enorme kluns. Als er een haar op een vierkante kilometer lag, dan vond ik hem en struikelde erover. En altijd, zonder uitzonderingen, schoten mijn handen naar achter. Alsof mijn innerlijke zelf wilde zeggen dat het opvangen van de val met mijn hoofd een veel briljanter plan zou zijn. Gevolg was nogal eens een hersenschudding, afgebroken tanden en talloze open knieën. Maar mijn handen? Die bleven altijd ongeschonden. De enige keer wanneer mijn handen overigens wel naar voren schieten is wanneer ik naar achteren val. Een soort omgedraaide reflex. Ik weet nu in ieder geval wel dat, wanneer ik niet eens besef dat ik val, ik hetzelfde doe.

Want daar liep ik om een seconde later de stoeptegels van heel dichtbij te bekijken. Mijn bril zat opeens onderaan mijn neus en mijn knie en ellenboog lieten duidelijk merken dat dit geen slimme actie was geweest. Wat ik in mijn hand had was veilig en wel en hield ik omhoog in de lucht. Weer die verdomde omgekeerde reflex. Het duurde echt wel even voor ik besefte wat er was gebeurd. Alsof mijn hersenen nog door moesten krijgen wat zich net had afgespeeld. Mijn knie wist het in ieder geval wel. Mijn hele lijf begon daarna te trillen. Ook dat had ik een keer eerder meegemaakt. Maar toen was ik net flauwgevallen terwijl ik op een brommer reed. Een klap die ik overigens, je raad het al, ook met mijn hoofd had opgevangen. Dat ongeluk was een stuk heftiger omdat ik een snorbrommer had en er toen nog geen helmplicht was. Het was mijn “als-je-haar-maar-goed-zit” fase. Maar goed, weer terug naar mijn mooie duikvlucht, ik had eenzelfde gevoel van trillen. Het lijkt me niet dat je in shock raakt van een simpele val, maar ik schrok er wel van. Mijn hoofd had gewoon heel veel moeite om te beseffen wat er nu in hemelsnaam was gebeurd. Nog steeds eigenlijk.

En terwijl ik daar beduusd op de grond lag kwam er een hele lieve vrouw naar me toe om te vragen hoe het ging. Een simpele vraag die mij met mijn benen op de grond zette. Niet letterlijk, want ik lag daar, maar het zorgde er wel voor dat mijn hoofd weer even focuste op het hier en nu. Dus als jij die aardige vrouw bent die even tijd uit haar dag vrijmaakte om mij te vragen of het ging? Dank je wel! Het klinkt stom, maar die ene vraag had ik net even nodig. Strompelend stond ik op en meteen overviel een gevoel van schaamte mij. Voor heel even voelde ik me weer een puber die zich doodschaamt om iets zo “normaals”. Die schaamte ging overigens snel weg. Daar zorgde mijn kloppende knie wel voor.

Mijn knie doet nu nog steeds pijn en ook mijn ellenboog herinnert me ook met enige regelmaat aan de duikvlucht die ik heb gemaakt. Maar buiten dat kan ik er nu om lachen. En ik heb mijn lesje geleerd. Wanneer het volgende keer weer zo’n dag is, dan kruip ik gewoon weer lekker in mijn bed. Dat ligt in ieder geval een stuk lekkerder dan die koude tegels!!

Helga de Lelij

Helga de Lelij

Helga de Lelij│ Maandagcolumnist per 7/2017 │ Vrouw met kind en manloos huishouden │ Levensgenieter │ Blogger bij Love2bemama, FleurFlirt en Ik ben Helga │ (HRM bij Tedecon) │ Hard voor weinig en altijd… Ehm nooit.. Ehm dat dus!

1 Reactie

  1. Aad Rieken
    13 februari 2023 at 11:39

    ”Mijn hoofd-pijn-dossier is;
    dat wil je niet weten.
    Het is maar het beste
    heel snel te vergeten.”

    Het maalt maar door mijn hoofd
    krijg geen schouderklopjes
    niks achter de ellenboog
    ook weinig onder de knie
    maar wat er niet om loog
    Ik Heb Het Op Mijn Heupen.

    #Wilhelmu(t)s.