Column 7

Ik leef precies te midden van mijn ouders. De één is op zeven jaar na zestig geworden, de ander heeft nog zeven jaar na z’n zestigste geleefd. Ik word binnenkort zelf zestig.

Het voelt vertrouwd en vreemd tegelijk. Ik ‘ben’ mijn vader en mijn moeder, en val toch bepaald niet met hen samen.

Zestig.

Het is maar een getal, het is wiskunde, het is meten. Veel belangrijker echter is, althans in mijn opinie, wat dat betekent.

Een vriend van mij liet ooit eens een banner maken voor zijn liefje, die zestig werd (of vijftig, dat weet ik niet meer). Daarop liet hij noteren: 18 jaar plus 32 jaar levenservaring (of 42 in het geval zij zestig werd).

Het gaat niet om je fysieke leeftijd, de kalender is maar een dingetje. Ik ken mensen van zestig die al jaren hun eigen opa zijn, en ik ken sprankelende mensen van zestig die daar nooit bij in de buurt zullen komen.

Ouderenzorg is een probleem, zo valt links en rechts te lezen. En het is ook zo, er ligt een gigantisch probleem voor mensen die fysiek en psychisch niet meer in staat zijn om voor zichzelf te zorgen, en daar moet veel aan gedaan worden. Aan deze mensen kun je zien hoezeer onze maatschappij ontwricht is: we hebben geen antwoord op deze problematiek. Zieke en uitgebluste bejaarden horen er niet meer bij. En met geld valt lang niet alles op te lossen.

Ik kom met regelmaat in De Vloot. Dat was vroeger, in één van mijn vorige levens , al zo, en dat is nu niet anders. Ik mag dan een avond vullen met lezingen, muziek, verhalen enzovoort. Met alle betrokkenen vrijwilligers doe ik dat enthousiast en met genoegen.

En ik ontwaar daar altijd iets van de jonge mens die in een bejaard lichaam woont. Niemand wil dat eigenlijk. Maar het is niet anders. En heel veel van de hulpverlening houdt het beeld in stand dat ouderen hulpbehoevend zijn, want tja, daar zijn hulpverleners nu eenmaal voor.

Maar ouderen, veel ouderen hebben een jonge geest, blijven kind, en willen twinkelen. Ik weet niet hoe hulpverlening eruit zou zien, als dáár de focus op zou liggen, maar mocht ik ooit afhankelijk worden van hulpverleners, dan wil ik dat ze naar m’n ogen kijken. Dan wil ik dat ze een jonge geest zien, die belemmerd wordt. Ik wil niet dat ze zich achter een soort fout holisme verschuilen, waarin ieder oud mens primair oud en hulpbehoevend is.

Ik wil wel zestig blijven, of dertig – het liefst eigenlijk zeventien.

 

volgende week: Raoul Kleijwegt (GL)

Jan de Visser

Jan de Visser

STERK | Lijsttrekker | Lucardie & De Visser Advocaten te Den Haag |www.jdevisser.nl

3 Reacties

  1. bea scheurwater
    30 juni 2017 at 11:19

    Er is een mentaliteitsomslag nodig, ik hoop dat we gaan leren van de Chinese aanpak, de mens centraal, waardig ouder worden door te (kunnen) blijven doen wat je gelukkig maakt, met hulp, zien mensen ook minder op tegen ouder worden en met respect voor de levenservaring/wijsheid van ouderen

  2. Dick.Pasterkamp.
    29 juni 2017 at 11:33

    Beste Jan.
    Ik kom haast iedere dag in de Vloot, maar ik heb je daar nog nooit gezien, of gehoord dat je kwam.

    • 3 juli 2017 at 10:27

      Dag Dick, Eind september ben ik er weer in een zgn Vlootavond. En dat doe ik al jaren achtereen, enkele keren per jaar.