Klik voor de definitie van een column
  Een column is géén nieuwsartikel. Wat is het wel? Onderstaande maakt duidelijk dat je een column moet begrijpen door niet alleen de woorden tot je te nemen, maar door te bedenken welke  boodschap de columnist - mogelijk tussen de regels door -  aan de lezers geeft. Begrijp je de boodschap? Zie je wat de schrijver bedoelt? Daar kan ieder individu wat van vinden. Als het een eigen pijnplek is, kan de lezer de aanvechting hebben om helemaal erin mee te gaan of er volledig tegenin te gaan. Het is goed dat je als lezer weet wat (de waarde en betekenis van) een column is.
  • De aard van de journalistieke vorm van columns is dat deze informatief, leerzaam. onderhoudend maar ook kritisch, humoristisch (parodie, ironisch, sarcastisch, satirisch) en prikkelend kunnen zijn binnen een maatschappelijke context.
  • Waar de columnist dat zelf nodig acht, kunnen links in de tekst staan die naar achtergrondinformatie doorverwijzen
  • Wat voor de één een leuke of rake column is, is voor een ander onzin, een belediging of niet acceptabel. Youp van 't Hek die met alles en iedereen de vloer aanveegt in zijn columns in het NRC wordt niet door iedereen gewaardeerd. Hetzelfde geldt voor Theo Holman in Het Parool en diverse andere columnisten.
  • Aan columnisten wordt door de Nederlandse rechter een grote mate van vrijheid toegekend in hun columns. Deze vrijheid kan zich ook uitstrekken tot teksten die, als ze buiten een column geschreven zouden zijn, als kwetsend of beledigend gekenmerkt worden.
Zie ook bijgaande definitie van wikipedia:  

© wikipedia

De vacature voor een columnist die op dinsdag 1x per 2 weken gaat schrijven is nog niet vervuld. Vandaag daarom een reprise column van Paulette Elens, oorspronkelijk verschenen in november 2015.

Redactie

Als ik een nieuw onderwerp zoek om over te schrijven, ga ik bij goed weer meestal naar het centrum van Rotterdam om, op een willekeurig terras, een onderwerp te zoeken. Ik leg dan – voor de komedie – een boek op tafel waar ik niet in lees, maar gluur ongegeneerd door een donkere zonnebril naar wat er zich om mij heen afspeelt. ‘Apies kijke’ noemt Oma het.  

Vóór me zitten 3 stellen waarover ik – na 5 minuten beschouwing – al een boek zou kunnen schrijven. Enthousiast bestel ik een Bloody Mary en wat bitterballen. Ik ben er klaar voor.

Na vijf minuten wordt de rust echter opeens wreed verstoord. Een moeder schuift aan met een jong ventje die Johnny blijkt te heten. Ze schreeuwt hard. Het hele terras luistert mee. Ik schat ‘m een jaar of 8. Een eersteklas ettertje en ik focus me op hem om te kijken of hij mijn vermoeden bevestigt. Dat doet hij braaf. Hij loopt wild tussen de tafels door, pikt hier en daar ongevraagd een koekje van een schoteltje en stoot binnen de kortste keren bijna mijn Bloody Mary om. ‘ADHD’! hoor ik iemand achter me zeggen.

‘Had hij het geluk maar’ denk ik, want dát is nog te verhelpen. Dit is stuiterbal-gedrag door foute E’s in te veel snoepgoed, gebrek aan aandacht en gebrek aan corrigeren.

Vermoedelijk heeft Johnny als klein manneke al heel wat keren ‘s morgens te lang in z’n bedje gestaan en heeft hij – om een en ander duidelijk te maken – met zijn voortandjes de structuur van de muur geschraapt. Uit opstandigheid. Dan krijg je dit. Overal om aandacht vragen en op een foute manier. Hij irriteert ‘The Living Hell’ uit iedereen, maar niemand zegt er iets van.

Ineens staat hij voor mijn tafel en kijkt eerst naar de bitterballen en dan naar mij. Ik houd er een voor z’n neus, trek hem aan z’n T-shirt zachtjes dichterbij en zet voorzichtig maar voelbaar de neus van mijn voet op z’n tenen en fluister: ‘Als je niet heel snel lief gaat zitten, trap ik je tenen blauw zodat je 2 weken niet kunt voetballen!’

Voorzichtig laat ik zijn T-shirt los. Hij blijft een paar seconden onbeweeglijk staan, grist de bal uit mijn hand en loopt terug naar z’n tafel. Hij haalt een kleurboek uit z’n rugzak en rangschikt de potloden er keurig naast. Tussendoor kijkt hij nog een paar keer mijn kant uit en ik doe of ik weer lees. Er volgen 15 minuten van heerlijke rust.

Bij het verlaten van het terras kijken Johnny en ik elkaar nog eens indringend aan. ‘Dag lieve jongen’! zeg ik, terwijl ik lachend mijn hand opsteek. Hij trekt aan zijn linkeroor en steekt gelijktijdig heel ver zijn tong uit.

Johnny en ik zullen elkaar waarschijnlijk nooit meer zien, maar ik weet zeker dat hij nog steeds diep nadenkt over de betekenis van het handjevol gebroken cocktailprikkers die ik bij het weggaan achteloos naast zijn kleurboek heb neergelegd.

Reageren? ... Blader naar beneden plaats jouw reactie direct onder artikel [binnen 30 dagen na publicatiedatum]

⊗——het einde ——⊗

◄ klik voor Publicatieschema columnisten

voorliggende column is tot nu toe gelezen door: 370 lezers

Paulette Elens

Paulette Elens

Paulette Elens | Zondagcolumnist [ sept 2015 - sept 2016]

3 Reacties

  1. Connie Bouter
    30 juni 2022 at 10:36

    Ik verslind je verhalen keer op keer! Grandioos zoals je “verteld”

  2. Carmen Batenburg
    28 juni 2022 at 14:55

    Weer een geweldige column van Paulette Elens. Je ziet het tafereel gewoon voor je alsof je er zelf bij zit.

  3. Aad Rieken
    21 juni 2022 at 08:49

    Pau-l-ette op klein Apie.