De bodem in zicht, dat klinkt meestal niet zo best. Dan is er bijna een gebrek, het laatste beetje raakt op. Er moet snel iets gebeuren om de voorraad weer op peil te brengen.
Cliënten van de Voedselbank hebben er wekelijks mee te maken, met die bodem die in zicht komt. Het geld is op en toch moet er brood op de plank komen. Liefst nog veel meer dan brood alleen, maar ja, dat geld…. Wanneer je ondanks verschillende uitkeringen en zorgtoeslagen toch niet rond kunt komen, zal je je toevlucht moeten zoeken tot de voedselbank. Dat is niet zo eenvoudig en voor heel veel mensen is dat een (te) hoge drempel.
Je moet aan anderen gaan uitleggen dat je het niet meer trekt. De schijn ophouden dat het wel gaat, gaat niet meer. Om in aanmerking te komen voor een voedselpakket moet je met bankafschriften kunnen aantonen dat je tot onder het minimum bent gezakt. De bodem in zicht? Hij zakt bijna onder je voeten vandaan!
Als je de stap toch hebt durven zetten en uit het intake-gesprek blijkt dat je na aftrek van je vaste lasten onder het gestelde minimum zit, dan mag je aansluiten in de rij lotgenoten, voor wie het minstens zo moeilijk is om rond te komen.
Doordat het aantal noodgevallen, want zo kun je de cliënten stuk voor stuk wel noemen, wekelijks nog toeneemt, komt de voedselbank zelf ook in nood. De laatste jaren zijn voor de meeste leveranciers ook niet gemakkelijk geweest en er blijft steeds minder over. De weken dat voor ieder gezin twee volle kratten met brood, groente, fruit en andere levensmiddelen klaar stonden zijn al enige tijd achter ons. Het distributiecentrum in Rotterdam kan nog maar minimaal leveren en ook uit Maassluis en omgeving komt steeds minder aanvoer.
Per huishouden kan ternauwernood nog maar een krat gevuld worden. Twee stuks groente, een paar stukken fruit, wat pasta, brood en nog wat kleinigheden vormen soms de schamele opbrengst, waar men dan een week mee verder moet.
Er is zelfs al sprake van het opstellen van een wachtlijst voor nieuwe cliënten. Te gek voor woorden eigenlijk. Helaas blijft de voedselbank afhankelijk van wat door anderen als overbodige producten wordt aangeleverd. Met een verminderde aanvoer en een toenemend aantal afnemers wordt de spoeling per persoon steeds dunner.
Zo komt ook voor de voedselbank zelf de bodem in zicht.