Ik zie haar voor het eerst in Sablet, een klein dorp in de Provence en sluit haar direct in mijn hart. Ik heb geen idee hoe oud ze is maar vermoed dat er, door de jaren heen, heel wat is gladgestreken. Zonder gêne ontdaan van zichtbare tekenen van oud zeer. Het stoort mij niet. Mijn moeder zou zeggen: “Ze is zichtbaar mooi hersteld met heel veel zorg.”
Boven haar deur hangt een bord met de spreuk: ‘On ne peut pas mélanger les torchons avec les serviettes’, wat – kort door de bocht – zoveel betekent als: ‘je hebt theedoeken en je hebt handdoeken’ waardoor ze zich direct voor de buitenwereld kenmerkt zonder ooit persoonlijk kennis met haar te hebben gemaakt. Ik geniet van haar bravoure en haar tuin met ontelbare struiken Magnolia’s die je al bedwelmen voordat je goed en wel hebt plaatsgenomen op een van de gietijzeren oude bankjes rondom een prachtige vijver. De vissen hebben kleuren die ik niet ken. Volgende keer neem ik voer mee, bedenk ik, dat zal je hier vast wel in de buurt kunnen kopen.
Wát een magnifieke en idyllische plek, waarvoor ik het nodige overheb om er ooit te kunnen wonen. Ogen dicht en wegdromen. Ik weet zeker dat ze het begrijpt en ik denk dat ze er stilzwijgend stiekem ook van geniet. Ooit werden hier Lippizaner paarden gefokt, maar de stallen zijn inmiddels leeg. Ik zal helaas het plaatje zelf moeten inkleuren, wat ik echter graag doe. Nog even, bedenk ik in de bijna schemering, dan komen de krekels zingen. Geweldig, want dát draagt pas echt bij aan het ‘Provence’ gevoel. Maar ik moet nog terugrijden, naar mijn hotel en er is geen verlichting op de kronkelweg naar huis.
‘Mon petit verre de vin’ wacht op mij in het kleine familiehotel waar ik al jaren gast mag zijn. Daar mag ik ook roken onder het baldakijn bij het zwembad als het toevallig regent. De leukste plek in de tuin. François, chef de cuisine en ik, halen onder dit rare afdakje de leukste verhalen op. Onze vriendschap is gekomen nadat ik een prachtig karafje van hem kreeg. Ik riep hem te vaak voor nóg een glaasje. Hij gaf het me met een knipoog. Het pronkt vooraan in mijn keukenkastje met een wijnglas van Sablet. Er staat een half oud kasteel ingegraveerd en ik gebruik deze altijd als ik iets te vieren heb. Zo niet dan bedenk ik wel iets.
Met de Kerst stuurt zowel François, als het echtpaar dat het hotel runt, mij een mooie kaart. Ik doe dat ook vice versa. Omringt met kaarsen en wierook geniet ik van deze momenten en ik neem er alle tijd voor om er passende teksten in te schrijven. Ook dit jaar weer. Tegelijkertijd hunker ik echter ook naar de lente en het moment dat ik terug kan gaan naar deze bijzondere plek waar ik deze ‘grande’ Dame weer zal ontmoeten. Haar bezoek met zorg taxerend, ze valt op chique en weert gespuis, houdt ze hopelijk nog heel lang stand, dit prachtig, oude en verlaten huis.
8 Reacties
Mooi verhaal Paulette. Kreeg er weer een warm gevoel bij☺️
Je neemt ons in gedachten zo mee naar La Douce France. Prachtige schrijfstijl heb je toch!!
Leuk geschreven
Krijg gelijk zin om er heen te gaan!!
Weer een heerlijk verhaal. Heerlijk om te lezen en dan zelfs de beelden erbij te bedenken die er dan op dat moment zijn. Jij heerlijk mens altijd aan het genieten, blijf ons maar fijn vermaken met deze verhalen.
Te Diep In Francois Glaasje Gekeken,
Vanaf Die Tijd Dol Op France Streken!
Weer een leuk verhaal 👍😃👍
Heerlijk te lezen ! en ik zie je daar genieten in de Provence met de grande dame en nippend aan een lekker wijntje….ce la vie !!!!
Mooi geschreven…..straalt voor mij de sfeer van de Provence echt uit.