Verbaasd kijk ik om me heen, ik zit in een lege tram en zelfs de bestuurder is er vandoor. Daarnet reed hij nog, richting Scheveningen, tram 11. Ik had hem nog net gehaald en stuur een heel verhaal naar iemand op Whatsapp. Ja ik ben er zo eentje. Maar waar is iedereen gebleven en waarom rijdt de tram niet verder? Zo kom ik nog te laat. Twee mannen stappen in, groeten me en zeggen: “We gaan even de batterij vervangen.” Ik hoor het en vertwijfeld vraag ik me af of een tram op een batterij werkt.

Soms heb ik gewoon een beetje veel aan mijn hoofd en dan ben ik wat verstrooid. Maar dat hoort bij een creatieve geest toch? Hoe vaak ik niet hartelijk goedemorgen zeg terwijl het al middag is? Of op de snelweg zit terwijl ik gewoon in de buurt moet zijn? Verdwalen kan ik als de beste. Alhoewel, wat is verdwalen nou eigenlijk.

Ik kan dat, verdwalen op een rechte weg, in een winkelstraat dezelfde weg weer terug lopen als ik uit een winkel kom. Olympisch kampioen, ik zou een lintje moeten krijgen. Van de zomer op Vlieland kreeg ik het zelfs voor elkaar om op het strand te verdwalen. En dat is echt een prestatie op zich. Eerder raakte ik daardoor in paniek, maar sinds een gesprek met een vriend van de zomer eigenlijk niet meer. Ik kreeg een nieuw inzicht.

“Je verdwaalt alleen als je weet waar je naar toe gaat.” En ik dacht erover na. Meestal dwaal ik wat, loop zonder doel en volg geen route. Onderweg zie ik van alles en dat moet dan op de foto. Ik heb al wat wenkbrauwen doen fronsen omdat ik bijvoorbeeld op mijn buik in het gras een waterdruppel op de foto zet. En ik kan u zeggen, je komt op de mooiste plekken als je maar wat dwaalt. Ik geef toe dat het soms wat langer duurt voordat ik weer terug ben maar wat is tijd?

 Ik raak niet meer zo snel in paniek, ik kom meestal wel weer een pad tegen, soms loopt het dood en dan draai ik weer om, of ik ga dwars door het struikgewas. Om maar met Herman Finkers te spreken: “Ik ben me er eentje.” En bijna altijd geniet ik en kan ik hartelijk lachen om mezelf als ik weer langs hetzelfde stukje loop. In noodgevallen gebruik ik de navigatie op mijn telefoon, maar dat is toch minder avontuurlijk.

De afgelopen twee weken waren roerig en gevuld met opmerkelijke gebeurtenissen. Hoogte- en dieptepunten wisselden elkaar af. En alles bij elkaar zorgt er dan voor dat mijn hoofd een beetje tolt. En dan kan het gebeuren dat je ineens in een stilstaande tram op het Zwarte Pad in Scheveningen stil staat. Moederziel alleen. En langzaam begint het te dagen…..

Ik zit in de verkeerde tram! Och het zal toch weer niet zo zijn? Ik sta op en vraag me af of ik er nog uit kan, en waarom niemand wat tegen me gezegd heeft. Gelukkig is er een knopje waarmee ik de deuren kan openen en terwijl ik nog wel de tegenwoordigheid van geest heb om met mijn OV-kaart uit te checken, loop ik opgelucht naar buiten. Even kijk ik nog om me heen of niemand dit ziet, het schaamrood op de kaken. Buiten kijk ik naar de voorkant van de tram. Lijn 1 en dus niet lijn 11. Wat scheelt het nou helemaal.

Het regent pijpenstelen en ik loop zacht scheldend richting de boulevard waar mijn zus me komt ophalen. Op dat moment zie ik de lol er niet van in. Later kan ik er hartelijk om lachen. Typisch een Corinne actie. Nog één dingetje houdt me bezig. Waarom zit er een batterij in een tram?

Corinne Hamoen

Corinne Hamoen

Corinne Hamoen

Tekstschrijver | www.corinnehamoen.nl | www.roosenkris.nl |

voorheen:
Zondagcolumnist | wekelijks 2014 tm 08-2015] en [09-2015 tm 12-2015 1x per 2 weken ] | redacteur bij maassluis.nu