Ik reis drie keer per week van Maassluis naar Oegstgeest vice versa. Eén van de panden van ons bedrijf is het vroegere schoolgebouw uit het boek Terug naar Oegstgeest van Jan Wolkers, wat over zijn jeugd gaat. Het is mijn werklocatie als ik tenminste ten kantore ben. Wolkers leeft niet meer en kan ik niet meer ontmoeten. In Maassluis is Maarten ’t Hart geboren en getogen voordat hij naar Leiden trok om er te studeren en werken. Hij was trouwens zaterdag even Terug naar Maassluis voor een signeersessie. Ik had Maarten wel kunnen ontmoeten, ware het niet dat wij op dat tijdstip aan de wandel waren met onze honden. Het gaat vandaag ook niet over ds. Gerrit van Dijk die mij dinsdag tegemoet fietst bij Dol-Fijn en op zaterdag mij op voornoemde wandeling tegemoet loopt. Nee, het gaat over de man die ik donderdag een lift gaf toen ik onderweg was naar huis.

Het is rond half zeven, later dan gewoonlijk. Ik neem de oprit van de A44 vlakbij Rijnsburg, waar – o toeval – voornoemde Gerrit heeft gewoond. Er staat een rijzige man van achter in de vijftig te liften en in een impuls stop ik, wat ik normaal nooit doe. Zijn bestemming is Den Haag-Benoordenhout, dus ik zal hem vrijwel bij huis kunnen afzetten zonder vertraging op mijn route.

We raken aan de praat. Hij blijkt op zijn achttiende al zijn rijbewijs te hebben behaald, maar zodra hij zijn papiertje binnen had, besloot hij dat autorijden niet leuk was. Sindsdien lift hij op deze route.

Al meer dan vijfendertig jaar, meneer!

Hij vertelt dat hij nu nog wetenschappelijk onderzoeker is, maar de universiteit heeft besloten, dat hij eruit moet. Hij had nog graag drie boeken geschreven in de komende drie jaar, maar dat wordt lastig. Hij heeft op de universiteit nu nog een eigen kamer waar acht kasten met boeken staan die allemaal met zijn vakgebied te maken hebben. Grotendeels zelf verzameld, maar ook nog geërfd van oud-collegae. Zijn beoogde boeken zullen gaan over ‘Wat technologie met de mens doet’.

En waar moet hij die kastladingen met boeken nu laten?

Elders opslaan heeft geen zin, want dan kan hij de boeken moeilijk bereiken bij gebrek aan een auto. Hij heeft thuis te weinig ruimte, maar er is een optie. Hij heeft een oudere dementerende buurvrouw die hij een beetje verzorgd. Zij heeft een garage en daar zou hij wellicht gebruik van kunnen maken. Hij gaat dat maar eens met haar bespreken.

We zijn snel op zijn bestemming en ik zet hem af bij de bushalte die hij aanwijst. Terwijl ik wegrijd, kijk ik nog even in de achteruitkijkspiegel en bedenk ik mij dat ons bedrijf – een GGZ instelling vlak bij de A44 – diverse vrij rondlopende verwarde lieden permanent huisvest.

Het zal toch niet …

Jelle Ravestein

Jelle Ravestein

Columnist | Schrijver | Dichter | Mensenslijper | Aan de andere kant | Business Consultant | Filosoof | Spindoctor | Ethicus | Moralist | Ironicus | Satiricus | Sarcast | Zoeker | Cynicus |Mens | Relativist | Aan(dekaak)steller | Vrijdenker | Optimistische realist
■ ■ ■ ■ ■
■ SCHERP AAN DE WIND ZEILER
■ subtiliteit & humor tegen benauwde kaders
■ Wereldburger in een stadje met dorpse denkbeelden.
■ Dichters, schrijvers, cartoonisten en columnisten corrigeren? U heeft nog veel te leren!
■ If you can not stand the heat: get out of the kitchen
■ Democratie is ook maar een woord
■ Elke les is er één.
■ Schrijven is een kunst, lezen des te meer.
■ Ik ben niet anders, ik kijk anders naar de dingen.
■ ■ ■ ■ ■