Gelijkenissen uit het verleden zijn geen garantie voor herkenning in de toekomst


 

Terwijl ik mijmerend boven mijn kop cappuccino naar buiten staar over de Markt, komt hij het grandcafé binnen gestapt. De felle namiddagzon in zijn rug geeft hem een opvallend silhouet. Met zijn typische kleding, zijn woeste baard en dito haren roept hij het beeld op van Rubeus Hagrid, de halfreus uit de verhalen van Harry Potter.

“Landrotte, een goedemiddag samen ”, zegt hij op luide toon. De aanwezigen mompelen iets onverstaanbaars dat het midden houdt tussen tot-nu-toe-wel-ja en zonder-jou-wel-ja.

Kennelijk is hij niet zo geliefd. Ik ken hem niet en volg nieuwsgierig zijn gang door het etablissement. Hij bestelt een koffie zwart en banjert dan als een zeeman op onvaste benen langs de tafeltjes tot hij mijn stamtafel heeft bereikt. “Mag ik hier aanmere, kapitein?”, zegt hij op een quasikomische indringende toon. “Wie ben ik dat ik u zou tegenhouden?”, antwoord ik en hij neemt plaats tegenover mij. Hij zit nog maar amper of hij buigt zich voorover en begint op samenzweerderige toon te spreken. “Ik volg u al een tijdje op het internet; u bent toch die columnist?”

Na mijn instemmend knikken steekt hij van wal.

“U moet weten dat ik een oud-zeeman ben. Ik ken u hele verhalen doen. Ik heb veel gelezen, literatuur, poletiek, noem het maar op en ik ken veel gedichten, al zeg ik het zelf. Vooral van de ouwe socialistische rakkers uit de vorige eeuw. Die verzamel ik. Ik volg het nieuws en dan vooral van de lokale en landelijke poletiek. Weet u dat er een stille samenzwering aan de gang is?”

Hij wacht mijn antwoord niet af maar gaat op volle kracht vooruit. “Eind jaren zeventig heeft de rooie partij zijn geloofwaardigheid verloren en al zijn sociale principes overboord gezet. Salonsocialiste zijn het, allemaal! Wij hebben na de tweede wereldoorlog ons land opgebouwd maar door al die koerswijzigingen is het rooie schip gaan kapseize. Ik heb dat zinkend schip al lang verlate en ben aan boord gegaan bij een andere linkse partij. Er is nog geen lokale afdeling, en ik moet nu nog een beetje stuurloos ronddobbere. Daarom ben ik bij een alliantie in Rotterdam aangesloten. Ze noemen mij daar kapitein Roodbaard. Niet vanwege de kleur maar omdat ik mij meedogenloos opstel. Wat ik wil, dat zal gebeuren. Ik schuw geen enkel middel. Luister! Bij mij in de buurt woont die dekzwabber van een wethouder. Die mag zich geen rooie meer noemen, nog niet eens bleekrood, roze misschien. Hij is halfzacht bezig en ik bestook hem regelmatig met mail vol kritische vragen, maar hij reageert er niet op. Ze zouden hem moeten kielhale!”

Hij haalt even adem, drink zijn koffie en zegt dan: “Noteer maar vast: ik ga een actie starten die het stadhuis op zijn grondvesten doet schudde. Eén schot voor de boeg: Marokkanen. meer zeg ik niet. Nou goed nog twee: Blankenburgtunnel en Sinterklaas. Let maar eens op wat er de komende weken gaat gebeuren. En als u het goed vindt, zal ik af en toe op uw columns reageren. De tekst lijkt dan af en toe volledig de plank mis te slaan, maar het is mijn geheime boodschap aan u. Lees het goed en denk aan wat ik net gezegd heb”.

Ik ben nog geheel sprakeloos, denk even na over hoe ik moet reageren, maar voor ik het besef is hij opgestaan, rekent af en loopt naar de deur. In de opening draait hij zich om, maakt een ik-heb-het-in-de-gaten gebaar met een vinger onder een oog en hij zegt: “Ai ai skipper. Ik kies het ruime sop. Er zijn kapers op de kust!” Hij wijst betekenisvol over zijn schouder.

Terwijl hij snel richting de Wip loopt, zie ik iemand op de fiets de Wip af komen rijden. Deze herkent mij, aarzelt, stopt even, kijkt achterom naar de zeeman, dan weer naar mij. Heel even zie ik hem fronsen. Hij gebaart ook al ik-heb-het-in-de-gaten, wijst naar mij, zwaait vriendelijk en rijdt dan verder.  Wat speelt hier dat ik niet weet?

Ik denk weer ‘Hagrid’. Maar waarom?

Ik google op mijn telefoon:  ‘Hagrid’: ziet er ongelofelijk woest uit maar heeft een gemoedelijke persoonlijkheid en hij kan heel erg emotioneel worden. De naam Hagrid komt van het Oudengelse woord ‘hagridden’, wat betekent: ‘een nacht vol nachtmerries’

Jelle Ravestein

Jelle Ravestein

Columnist | Schrijver | Dichter | Mensenslijper | Aan de andere kant | Business Consultant | Filosoof | Spindoctor | Ethicus | Moralist | Ironicus | Satiricus | Sarcast | Zoeker | Cynicus |Mens | Relativist | Aan(dekaak)steller | Vrijdenker | Optimistische realist
■ ■ ■ ■ ■
■ SCHERP AAN DE WIND ZEILER
■ subtiliteit & humor tegen benauwde kaders
■ Wereldburger in een stadje met dorpse denkbeelden.
■ Dichters, schrijvers, cartoonisten en columnisten corrigeren? U heeft nog veel te leren!
■ If you can not stand the heat: get out of the kitchen
■ Democratie is ook maar een woord
■ Elke les is er één.
■ Schrijven is een kunst, lezen des te meer.
■ Ik ben niet anders, ik kijk anders naar de dingen.
■ ■ ■ ■ ■

4 Reacties

  1. Aad Rieken
    6 juni 2016 at 11:21

    ‘Ik Vindt Hem (G)een Be-Lach’lijke En Ongelooflijke Thomas!

  2. 6 juni 2016 at 09:09

    Moet het geile baardmannetje geweest zijn. 😉

  3. Aad Rieken
    6 juni 2016 at 08:52

    ´You and I, Have A Dream!´

  4. Aad Rieken
    6 juni 2016 at 08:25

    Uit De Bundel,´Ongelooflijke Thomassen!´