Eind 2010 interviewde ik onze gewaardeerde knuffelburgemeester Koos Karssen, over een niet nader te noemen evenement. We waren op zoek naar gastgezinnen in Maassluis. Hoeveel huishoudens denk je dat we kunnen vinden, vroeg ik aan Koos. Nou, antwoordde de burgervader, als je één procent van de huishoudens in de stad bereikt, dan mag je tevreden zijn. Uiteindelijk brachten we 250 jongeren onderdak, waarvan overigens twaalf bij het echtpaar Karssen zelf. Niet slecht, dacht ik toen, zeker aangezien het ging om de periode tussen Kerst en Nieuwjaarsdag.

Afgelopen zondag stond ik als voorganger in de Immanuelkerk. Een goeie 300 Maassluizers waren er bij. Dat is pakweg één procent van de bevolking van de stad. Magertjes, denk ik dan, als jonge, ambitieuze predikant. Er passen namelijk duizend mensen in de zaal.

Het hangt er maar vanaf wat je verwacht. Als Feyenoord een thuiswedstrijd speelt voor 300 toeschouwers is het stadion leeg. Als er 300 mensen bij Oporto aan het bier zitten, dan is het ouderwets druk. Staan er 300 mensen in de rij bij het IJswinkeltje, dan is het niet gezellig meer.

Wat dat betreft kun je beter in een kleine kerk zitten dan een grote. Je bent sneller tevreden. Misschien is dat wel waarom er tegenwoordig weer aandacht wordt gevraagd voor het fenomeen huiskerken. Voor een volle huiskamer heb je immers weinig gelovigen nodig.

De volkskerken van weleer -hervormden, gereformeerden en katholieken- kiezen nog steeds voor het grote publiek. Zij kiezen ervoor om een grote groep mensen een klein steuntje in de rug te geven. Veel is het niet, want de betrokkenheid van al die mensen is minimaal. Maar alle beetjes helpen, redeneren ze dan. Sommige mensen hebben er wel degelijk wat aan. Een evenement als The Passion is daar een illustratie van.

De kleine kerken, waarvan het lidmaatschap voor niemand vanzelfsprekend is, kennen een hoge drempel. Zo hebben we in Maassluis onder meer Nederlands gereformeerden, christelijk gereformeerden, vrijgemaakt gereformeerden, evangelischen, en het Leger des Heils. Als je daar lid van bent, wordt er wat van je verwacht. Je krijgt er ook echt wat voor terug. Ik ben weleens jaloers op hun onderlinge inzet en betrokkenheid.

Maar of je nu intensief werkt met een kleine kring, of vrijblijvend met een grote groep: uiteindelijk komt het op hetzelfde neer. In beide gevallen moet je eerbied hebben voor het kleine. Dat is misschien wel de grootste uitdaging voor de kerken van vandaag. Het is trouwens ook een goede les voor de samenleving als geheel.

Ds. Martijn van Leerdam

Martijn van Leerdam

Martijn van Leerdam

Dinsdagcolumnist voor Maassluis.nu in 2013-2014 | Dominee bij PKN Maassluis Koningshof | @DsMartijn op twitter

1 Reactie

  1. 22 oktober 2013 at 13:26

    “Tevreden zijn met weinig gelovigen”
    Het deed mij ïn eerste instantie denken aan het verhaal van Abraham ten tijde van de verwoesting van Sodom en Gomorra. Gelukkig is de context hier heel anders en degene die “tevreden” is slechts een dienaar..