Eritrea, een van die landen in Afrika waar zoveel gemoord wordt en waar honderdduizenden mensen op de vlucht zijn. Voor de meesten van ons is dat een “ver van mijn bed” verhaal. Er is al zoveel ellende in de wereld, je kunt niet alles op je nek nemen.

Dat “ver van mijn bed” komt opeens een heel stuk dichterbij als een vluchteling uit Eritrea zich meldt bij de Voedselbank in Maassluis.

De jongeman is zijn land ontvlucht en uiteindelijk in Nederland terecht gekomen. Hij spreekt redelijk Engels, dus valt er te communiceren. Als je zijn verhaal hoort en zijn woonomstandigheden nu kent, grijpt het je meteen aan.

Veel vlees heeft hij niet op de botten, maar hij heeft al zoveel ontberingen doorstaan, daar is hij aan gewend geraakt. Dat hij zijn land moest ontvluchten, omdat hij anders gevangen genomen zou worden of mogelijk vermoord, is al een drama op zich. Zijn vrouw heeft hij in Eritrea moeten achterlaten. Tegen betaling van ongeveer al zijn geld kon hij mee op een gammele boot over de Middellandse Zee. Met 300 mensen samengepropt op een drijvende doodskist. Het water moet je toch wel erg aan de lippen staan voor je zo’n stap wilt en durft te nemen. Beelden van die gammele bootjes komen met enige regelmaat op TV. Dat is nog zacht uitgedrukt, het is op dit moment een van de grootste humanitaire rampen in de wereld. Niet elk bootje haalt de overkant en menig vluchteling is al verdronken, met tientallen tegelijk soms. Nu er meer internationale militaire inzet is om de stromen gelukzoekers vroegtijdig uit het water te halen, lijkt het of er steeds meer dat water opzoeken.

Onze vluchteling kwam na een spookachtige tocht uiteindelijk in Italië aan. Daar werd hij op de trein gezet naar Parijs en vandaar ging het naar Nederland, waar tenslotte asiel werd aangevraagd. Einde ellende zou je denken, maar helaas. Acht maanden lang zat hij in een asielzoekerscentrum met gelijkgestemden, maar wel uit verschillende landen en culturen. Allemaal berooid en met minimale middelen keken zij uit naar een onzekere toekomst.

Uiteindelijk kreeg de vluchteling een verblijfsstatus en een woninkje aangewezen in de buurt van Maassluis. Een klein uitgewoond huisje met eenvoudige vloerbedekking. Niet in het hele huis overigens. In enkele ruimtes moet hij gewoon op het koude beton leven. Zijn meubilair bestaat uit een oude tweezitsbank, een stoel, een tafel en een bed. Voor zijn vertier heeft hij een TV, maar dat is dan ook meteen alle luxe.

Een vriend slaapt tijdelijk bij hem, omdat die zelfs geen huis heeft. Die vriend staat in het eenvoudige keukentje deeg te kneden voor een “typisch Eritrese” maaltijd. Wat het moet worden is mij niet duidelijk, maar veel is het niet. De tas met boodschappen van de voedselbank moet een aanvulling zijn op de maaltijd. Maar weten zij om te gaan met onze westerse producten?

In ieder geval is “ onze man uit Eritrea” dankbaar voor alles wat hij gekregen heeft. Hij biedt zelfs aan om thee te blijven drinken. Hij heeft al zo weinig, dit wil ik hem niet aandoen. Hopelijk wordt zijn situatie snel beter.

Piet van Dijk

Piet van Dijk

Piet van Dijk | PR Voedselbank | Schrijver | Secretaris 'World Ship Society Rotterdam'

1 Reactie

  1. Aad Rieken
    4 juni 2015 at 08:43

    ”EEN ZEE VAN DOOD”

    Woorden Die Verdrinken,
    Over Wanhoop En Pijn.

    SCHEPEN DIE ZINKEN,
    Met Stilte Als Refrein.