Het is wel geinig om te bedenken dat als ik in Delft was blijven studeren, ik nu een lyrisch stukje zou hebben geschreven over de JSF die vorige week een rondje Nederland deed. Of niet, want ik zou dan ook zeer waarschijnlijk niet in Maassluis hebben gewoond. Misschien wel in Fort Worth waar dit peperdure vliegtuig gefabriceerd wordt. In dat geval zou ik nu helemaal opgaan in het circus van de presidentsverkiezingen. Hoewel ik ook hier dagelijks een flinke dosis Trump en Clinton krijg voorgeschoteld. Het liep anders en schrijf ik vandaag over iets dat ik gespot heb in het verpleeghuis.

Ik kom regelmatig op bezoek in het gebouw dat de afgelopen jaren volkomen vernieuwd is. Ook de zorg waar het allemaal om draait is voortdurend in beweging. En de populatie vernieuwt zich aan de lopende band. Zo beschouwd is het een heel dynamisch bedrijf. Terwijl het leven van de individuele bewoners juist enorm vertraagd en bijna tot stilstand komt. Dat zie ik met een helikopterblik (een JSF schiet hier aan voorbij).

Mijn contacten met de bewoners zorgen ervoor dat ik kan inzoomen en kijken met grote ogen en luister met oren op steeltjes. Hier wonen mensen die afhankelijk zijn geworden van de gezamenlijke zorg die door personeel, vrijwilligers en familie geboden worden. Elke dag opnieuw, zeven dagen in de week, 365 dagen in het jaar. En de nachten ook. Mijn leven is tot nu toe een uitdijend universum. Er komt nog steeds meer bij. Mensen en spullen. Een heleboel ‘to do’-lijstjes en toekomstvisioenen. Maar wie woont in dat huis aan de Stadsmolen leeft in een krimpscenario. Ze hebben al ongelooflijk veel moeten inleveren en dat wordt alleen maar erger. Ik zou me goed kunnen voorstellen dat je dat inderdaad erg vindt. Dat je steeds minder hebt, maar vooral steeds minder kan en in veel gevallen steeds minder kent.

Daarom bewonder ik de vrouwen en mannen voor wie dit laatste glas van hun leven niet half leeg is, maar half vol.

Dominee, het is hier goed. Er staan veel mensen voor me klaar en het eten is prima. En ik ben ook vrij om te gaan waar ik wil.”

De laatste keer dat ik er kwam, was er geen zaal geregeld voor de Bijbelkring. Toen ik dat aankaartte kwam direct de molen in beweging die het alsnog ging regelen. Er kwamen mannen om een afscheidingswand dicht te doen, de brasserie bracht koffie en thee en personeel leidde de mensen naar de plek op de bovenste verdieping. En we hadden een goed uur samen. Het glas is inderdaad half vol, of misschien wel helemaal. Het is maar net hoe je het bekijkt.

“Hier ben ik nog nooit geweest”, zei één van hen toen ze boven kwam, “het is weer eens wat anders. Best een mooi uitzicht heb je hier.” Zou de piloot van de JSF dat vorige week ook gedacht hebben terwijl hij razendsnel over Nederland vloog, of had hij daar geen tijd voor?

Gerrit van Dijk

Gerrit van Dijk

2014-2019 | Columnist op woensdag (1x per maand) | Dominee PKN | @gdijkdijk op Twitter

6 Reacties

  1. Cordia
    14 juni 2016 at 11:34

    Heet niet voor niets (Vlieg)”tuig”. 😉

  2. Aad Rieken
    13 juni 2016 at 09:42

    ”Had Ook (G)Een Reactie Kunnen Zijn!”

  3. Aad Rieken
    13 juni 2016 at 09:01

    ”Maar stapte na noodlanding,
    Weer Snel In Vliegmachien!”

  4. Aad Rieken
    13 juni 2016 at 08:53

    ”Vanuit De Lucht Bezien!”

  5. Aad Rieken
    13 juni 2016 at 08:31

    ”MAASSLUIS IS LANG ZO GEK NOG NIET!”

  6. Aad Rieken
    13 juni 2016 at 08:26

    ”Toen de piloot van de JSF boven Maassluis vloog dacht hij……………………………..!”