In de afgelopen weken ben ik weer vrij veel op de begraafplaats geweest. De oude wel te verstaan. Inmiddels is de nieuwe langs de Waterweg ook in gebruik en ik zal daar binnenkort ook vast een familie bijstaan rond het graf. Ik hoop niet dat het vreemd overkomt, maar uitvaarten begeleiden vind ik persoonlijk een van de mooiere kanten van mijn vak. Je kunt in verdrietige omstandigheden heel direct iets betekenen voor een familie. Hen helpen bij een goede manier van afscheid nemen.

Elke begrafenis of crematie is uniek en weer anders, ook al zijn er wel herkenbare elementen die vaker terugkeren. Ik beleef het zelf ook elke keer weer anders. Dat heeft er mee te maken of ik de overledene goed gekend heb of maar oppervlakkig. En het komt ook voor dat ik iemand postuum leer kennen. Juist dan heb ik altijd mijn ‘oren op steeltjes’ zoals één van mijn mentoren het aan mij leerde. Luisteren, goed luisteren, daar begint en eindigt het mee. Alleen dan lukt het om op een goede manier iets terug te geven.

Verschil zit ook in de leeftijd. Als iemand 93 is geworden dan mag je spreken van een voltooid leven, terwijl een kindje dat niet ademt bij de geboorte niet eens de kans heeft gekregen om te beginnen. Natuurlijk roept dat vragen op. Ook als iemand door een stom ongeluk overlijdt, of gesloopt wordt door ziekte. Ik beken eerlijk dat ik geen sluitend antwoord heb op de vraag ‘waarom?’ Gelukkig niet. Ik weet ook niet of het wel de goede vraag is, hoe voorstelbaar ook. De kunst is volgens mij om het uit te houden met de vragen. En daarmee je weg te gaan op zoek naar zin.

Elk verdriet staat op zichzelf en is uniek. En toch kan je het ook met elkaar delen en dat helpt. Niet voor iedereen, maar bij heel veel wel. Verdriet delen doen we in de kerk. Op het moment dat we bijvoorbeeld alle namen noemen van degenen die het afgelopen jaar zijn overleden. In mijn kerk gebeurt dat eind november. Een andere traditie plaatst die gedachtenis op 1 en 2 november, Allerheiligen en Allerzielen. Waarom deze data? Misschien wel omdat dit jaargetijde van vallende blaadjes en verstervende natuur een passend decor vormt.

Wat mij opvalt de laatste jaren, is dat dergelijk gezamenlijk gedenken en stil staan bij je eigen verdriet en dat van anderen om mensen die er niet meer zijn, ook buiten de kerk om gebeurt. De behoefte is er, maar de vanzelfsprekende kaders verdwijnen of veranderen. En er komen nieuwe manieren van doen voor in de plaats. Ook op de Maassluise begraafplaats gebeurt dat.

De beheerders, die ik ken als zeer betrokken bij hun werk en de mensen die het betreft, verzorgen een ‘lichtjesavond’ om te herdenken op vrijdag 30 oktober. Niet voor niets zo dicht bij die eerder genoemde data denk ik. Ze hebben er zelfs een thema aan gegeven: “Star in heaven”. Het zal niet verbazen dat ik daar vanuit mijn achtergrond zo mijn eigen gedachten bij heb.

Gerrit van Dijk

Gerrit van Dijk

2014-2019 | Columnist op woensdag (1x per maand) | Dominee PKN | @gdijkdijk op Twitter

3 Reacties

  1. Aad Rieken
    28 oktober 2015 at 09:28

    ”Het Zijn (G)een Fijne Diensten Die (N)ooit Wennen!”

  2. leny muchall
    28 oktober 2015 at 09:01

    Het is weer veel te druk op de begraafplaatsen en daardoor straks ook weer in de kerk. Het went nooit bij mij. Ik word er eerder opstandi(n)g door. Fijne diensten.

  3. Aad Rieken
    28 oktober 2015 at 08:37

    ”Ik Heb (N)iets Tegen Hemel-vaart(s)-dag!”