Werk is belangrijk voor je identiteit. Of dat nu vrijwilligerswerk is, waar ik vorige week over schreef, of betaald. Helaas groeit de werkeloosheid nog steeds — ondanks de zich langzaam herstellende economie. Daar komt bij dat de rijkste 1% van Nederland bijna een kwart van al het vermogen bezit.
Vanuit een perspectief van zingeving is dit van belang. We moeten toegeven dat het kapitalisme en de techniek ons veel welvaart hebben gebracht, en dat heeft een goed effect op onze kwaliteit van leven. Denk maar aan zaken als gezondheid en voeding. Tegelijkertijd is de welvaart nooit eerlijk verdeeld. Iedereen met een greintje geweten voelt wel aan dat dat anders zou moeten zijn.
Mensen met een topinkomen stellen vaak dat ze er meer voor moeten werken. Meer dan de gemiddelde loonwerker, laat staan dan een werkeloze die een uitkering opstrijkt. Daarom moet er niet worden getornd aan bonussen en miljoenensalarissen, is de gedachte.
Of miljonairs echt harder werken, vraag ik mij af. Ik ken mantelzorgers in Maassluis die naast hun baan in de zorg, inclusief nacht- en weekenddiensten, vele uren per week zorgen voor hun buurvrouw met de ziekte van Parkinson of Alzheimer. Ik ken gastouders in Maassluis die meer dan 40 uur per week kinderen opvangen, en daarnaast hun eigen kinderen opvoeden, het huishouden bestieren, en vrijwilligerswerk doen. Ik ken vrijwilligers in Maassluis die zich fulltime inzetten voor kerken en sportverenigingen. Geen van hen verdient meer dan modaal.
Iemand met een inkomen van een miljoen krijgt ongeveer 30 keer zoveel salaris als iemand met een modaal inkomen. En dan heb ik het alleen nog maar over Nederland. Als je de kindertjes in Afrika er bijhaalt, dan wordt de vergelijking pas echt extreem. Eén miljard mensen op aarde leeft van minder dan 1 euro per dag. Dat je een miljoen per jaar krijgt, wil niet zeggen dat je het ook verdient.
De vraag naar levensgeluk heeft niets te maken met je vermogen. Het hangt af van de vraag of je kunt voorzien in je basisbehoeften, en of je een beetje kaas gegeten hebt van levenskunst. Aan dat eerste moet nog veel worden veranderd. Met het tweede kan iedereen zelf aan de slag. Of je nu zwerver bent of miljonair… en die hebben we allebei in Maassluis.
Martijn van Leerdam