Met kerst ben ik in wonderen gaan geloven. Of eigenlijk was het al iets vóór kerst. Noem me gerust een sentimentele dweil, maar het is een feit.

Nog geen twee is mijn jongste als mijn moeder naar het ziekenhuis gaat voor een op zich niet zo heftige operatie. Op de dag dat ze naar huis mag, gaat het faliekant mis. Een ziekenhuisbacterie is haar buik in geslopen en zorgt ervoor dat ze zes weken op de IC belandt. Meer door dan levend ligt ze, aan achttien verschillende apparaten gekoppeld, in een kamertje en wordt ze in twee weken tijd tien keer onder algehele narcose geopereerd. We staan erbij en kijken ernaar.

Niet naar die operaties natuurlijk, maar naar mijn moeder, in coma, in dat kamertje. Wat een rare gewaarwording. Zware gesprekken met de behandelend artsen zijn aan de orde van de dag. Het moeilijkst zijn de momenten waarop we in vliegende vaart naar het ziekenhuis moeten, omdat het heel, heel slecht gaat. Vier keer staan we zo bij haar bed, vier keer klimt ze tegen alle verwachtingen in weer uit het diepe, diepe dal.

Op mijn verjaardag, nog geen twee weken voor kerst, ligt ze eindelijk weer op een gewone afdeling en mag ze even mee in de rolstoel. Beneden drinken we een kopje koffie. Mijn dochter kan haar ogen niet afhouden van de vreemde vrouw, die ze niet meer als haar oma herkent.

Totdat mijn moeder met krakende stem zachtjes begint te zingen. Een kinderliedje van lang geleden. De slangetjes in haar neus maken het haar vast niet gemakkelijk, maar de verraste blik in de ogen van haar jongste kleindochter is goud waard. Dit is ‘hun’ liedje. Opeens valt het kwartje en ziet mijn kleine meisje dat die magere vrouw in die rolstoel met al die rare toeters en bellen aan haar lijf haar oma is.

Vlak daarna is het kerst. De dag ervoor horen we dat mijn moeder voor de gelegenheid een paar uurtjes naar huis mag. In allerijl wordt de huiskamer in gereedheid gebracht. Bed erin, kerstkaarten aan de muur voor de nodige sfeer. Ik race langs de bloemist voor een mooi kerststuk, maar ik tref iets beters: er is nog één klein, prachtig boompje. Alsof het op me stond te wachten. De volgende morgen komt mijn moeder voor het eerst in maanden weer thuis. Maanden van hoop en vrees, waarin dood en leven heel dicht bij elkaar lagen.

Het werd zeker niet het uitbundigste kerstfeest ooit, zeven jaar geleden. Maar in mijn gedachten zal het altijd de kerst blijven waarop duidelijk werd dat wonderen bestaan.

Jacqueline Bouwmeester

Jacqueline Bouwmeester

journalist | schrijver | moeder van vijf | jacquelinebouwmeester.nl | lifewith5.nl

1 Reactie

  1. 24 december 2014 at 09:48

    Heel mooi Jacqueline. Momenten om te koesteren. En wonderen bestaan.