Editor's Rating
Het is een onopvallende verschijning en toch ook weer niet die het grand-café binnenkomt. Zij loopt met een enigszins stijve houding en gaat schuin tegenover mij zitten aan de lange tafel. Ze ziet mijn verse kop cappuccino en wenkt de ober: “Doet u mij er ook maar een”.
Vermoeid zucht ze: “Er is niemand die het ziet. Dat is nog het ergste. Fibromyalgie. Ik heb dagen dat ik niet vooruit te branden ben, dat ik verga van de pijn. Niemand begrijpt het. En ik heb nog zoveel andere ellende: skoliose, artrose, slapeloosheid. Ze hebben geen idee!”
Het is lastig om met een onzichtbare en vrij onbekende ziekte om te gaan. Dat is makkelijk te concluderen, maar moeilijk om in te leven. Ik weet dan ook niet goed wat ik er nog over kan zeggen. Ik heb dat al meerdere keren tegen haar gezegd, maar ze blijft als een gebroken plaat deze boodschap herhalen:
“Kon jij het maar eens een dag van mij overnemen, dan weet je hoe het voelt.”
Te snel en rationeel antwoord ik: “Maar daar lossen we niets mee op.”
We drinken zwijgend onze koffie en ik bedenk mij dat mensen met een gebroken been of een handicap een wel zichtbaar probleem hebben. Toch kan ik daarvan mij ook niet werkelijk voorstellen hoe het is, hoe het voelt. Ik denk dat het maar goed is ook, want als we ons in alles echt konden inleven, zouden we alle leed van de wereld kunnen voelen en dan zou het leven pas echt een hel op aarde zijn voor iedereen.
“Het is lastig en het blijft lastig”, vervolgt zij plotseling. “En het ergste is nog dat de hele medische wereld geen oplossing heeft. Ja misschien over vijftien jaar, maar daar heb ik dan niets meer aan. Ik heb al zoveel bijkomende andere klachten dat er dan vast geen sprake meer is van pijnverlichting. Was ik maar dood, denk ik soms. Dat meen ik niet maar ik ben soms zo wanhopig. Weet je wel hoeveel pijnstillers ik slik?”
Eerlijk gezegd heb ik dat niet bijgehouden, maar ik weet dat ik zeer regelmatig een grote verpakking Panadol haal.
“Ik heb bijna een vaste relatie met de drogist”, waag ik te zeggen.
Ze glimlacht met een grimas: “Ja maak jij er maar weer grapjes over. Kom we moesten maar eens huiswaarts gaan. Daar wordt op ons gewacht. Heb ik toch nog een beetje betekenis voor iemand. Voor onze hondjes. Reken jij af?”
Als een hoogbejaarde staat zij op, verlaat alvast het grand-café en begeeft zich richting de Wip, terwijl ik achter haar aan loop denk ik : “Jij hebt het zo moeilijk en bent toch zo bewonderenswaardig krachtig. Misschien moet ik dat toch eens uitgesproken laten blijken. Gewoon een keer zeggen.”
Deze keer heb ik mijn beurt voorbij laten gaan, maar het moet toch maar eens worden gezegd.
6 Reacties
Wat mooi heb je deze ode geschreven. Daar mag best weleens aandacht voor zijn. Heel veel sterkte voor jullie!
Zolang ik niet de ziekte word, valt er goed mee te leven. Knap geschreven Jelle.
Er kan niet genoeg begrip opgebracht worden, voor onzichtbare ziekten zoals Fibromialgy. Lieve groeten, Marjon.
Zucht…… na zoveel jaren en de erkenning ervan is helaas nog ver te zoeken!
Mooi beschreven Jelle!
Voor mensen die iets meer willen weten over fibromyalgie vlg. de reguliere geneeskunde: http://www.van-de-merwe.eu/Sjogren/NL/ch07NL.pdf
Mooi gezegd!
GISTEREN &VANDAAG
Geen Pijl Om Mee Te Peilen,
LEIDT tot LIJDEN,en FEILEN.