Het is druk op het perron en stilzwijgend staan de reizigers te wachten op de trein. De meesten zijn druk bezig met hun telefoon, anderen staren dromerig voor zich uit. De slagbomen gaan dicht en de bellen rinkelen, de trein komt eraan. En wat er dan gebeurt, verbaast me elke keer weer.

Zodra de trein het perron nadert, komt de massa wachtende reizigers in beweging. Bijna iedereen loopt met de trein mee totdat deze tot stilstand komt. Het is iets dat ik niet begrijp en het fascineert me keer op keer. De trein stopt elke keer op dezelfde plek en er zitten behoorlijk wat deuren in. Waar lopen ze naar toe? Willen deze reizigers zo ver mogelijk voorin de trein? Waarom gaan ze dan niet gelijk al verder op het perron staan? Zijn ze bang dat de trein niet stopt? Of is het een gedachteloos iets, een soort reflex? Ik kom er niet uit.

Er zijn wel meer van die rare gewoontes die me blijven verbazen. In de supermarkt bijvoorbeeld. Van die mensen, achter je in de rij, die alvast hun boodschappen op de band leggen terwijl jij nog bezig bent met het neerleggen van jouw spullen. Je hebt dan nog amper plek voor je eigen boodschappen en ik schuif dan meestal hun spullen weer naar achter. Snappen ze niet dat het ze niet helpt? Ze moeten alsnog wachten totdat ik klaar ben.

Er zijn ook mensen die bedenken dat ze de sla die ze eerder pakten toch niet willen hebben en besluiten hem tussen de koekjes terug te leggen. En dan heb ik het nog niet gehad over die klanten achter je bij de kassa die steeds met hun boodschappenkarretje tegen je aan duwen. Of die mensen die al zover opschuiven in de rij dat je zelf niet meer bij het pinapparaat kan. Waarom?

Al deze gedachten vliegen door mijn hoofd terwijl de trein piepend tot stilstand komt. De deuren gaan open en er moeten heel veel mensen uit. Sommige reizigers op het perron kunnen haast niet wachten om naar binnen te gaan en gaan behoorlijk in de weg staan. Ook hier verbaas ik me telkens over. Het is zoveel handiger en efficiënter als de uitstappers de ruimte krijgen zodat de instappers daarna makkelijk naar binnen kunnen.

De irritaties over en weer zijn voelbaar.

Het is bomvol in de trein en het is zoeken naar een zitplaats. Ik heb een plek gevonden en kijk om me heen en zie hoe een jonge man een ander probleem slim oplost. Hij wil zitten op een plek waar een dame haar weekendtas op heeft gezet. Hij biedt uiterst charmant en met een oogverblindende glimlach aan om haar tas boven haar in het rek te zetten. Ik zie dat haar norse blik van de jonge vrouw verandert en ze kan niet veel anders dan glimlachend knikken. Ze kijkt hem bewonderend aan terwijl hij haar tas weglegt en naast haar komt zitten. In gedachten zie ik een romance opbloeien en verzin daar al een heel verhaal bij. Ach dat is dan typisch zo’n rare gewoonte van mij.

 

 

Corinne Hamoen

Corinne Hamoen

Tekstschrijver | www.corinnehamoen.nl | www.roosenkris.nl |

voorheen:
Zondagcolumnist | wekelijks 2014 tm 08-2015] en [09-2015 tm 12-2015 1x per 2 weken ] | redacteur bij maassluis.nu

3 Reacties

  1. Ronald van Santvliet
    22 maart 2015 at 14:11

    Wederom een prachtig geschreven stuk en heel erg leuk om te lezen.

  2. Aad Rieken
    22 maart 2015 at 09:49

    AHa, over de datum en tijd gaan de NSers en
    AL-DIe JUMBO,s PLUS C(irca)1000 HOOGVLIE(T)gers.
    COOPen en SPARen. Dat KON-MAR niet trekken
    en vertrok met haar fiets naar BUURMAN
    en BAS ging VAN her naar DER HEIJDEN, met Treintje.