SPREEK NEDERLANDS MET ME

Kenny B scoorde er een leuke hit mee. Een liedje over de liefde. Maar tussen de regels door ook een liedje over taal. Over hoe prettig het kan zijn als je met iemand in je eigen taal wat woorden kunt wisselen. Zeker in een omgeving waar ze allemaal anders praten en je niks verstaat. Het was leuk voor ons op de camping in Italië dat de eigenaars Nederlands spraken. En handig omdat zij weer makkelijk voor ons in het Italiaans reserveringen konden maken voor een activiteit in de buurt. Toch doe ik het zelf wel altijd moeite om een paar zinnen over de grens te spreken. Als blijk van goede wil, maar ook omdat ik het leuk vind.

Taal, het is zeg maar, een ding. Vooral omdat er zoveel van zijn. Eén wereldtaal zou misschien beter zijn. Dat zou veel misverstanden voorkomen en elkaar beter begrijpen. In de Bijbel staat een prachtig verhaal over de toren van Babel. Eerst spreken de mensen allemaal dezelfde taal. En samen spreken ze af om een toren te bouwen die tot in de hemel reikt om zo God naar de kroon te steken. God steekt daar een stokje voor met een sterk staaltje verdeel en heers. Hij verwart de taal. Niemand verstaat elkaar meer. Een mooie mythe die het bestaan van alle verschillende talen wil verklaren.

In Maassluis kan je als het om talen gaat je hart ophalen, want met meer dan negentig nationaliteiten lijkt het wel een Babylonische spraakverwarring. Het is dubbel. Zoveel talen bij elkaar is mooi, maar ook lastig. Want het maakt ook dat je makkelijk langs elkaar heen leeft. Het zorgt voor misverstanden en argwaan. Als je iemand niet verstaat dan weet je ook niet of hij misschien wel rare dingen over jou zegt.

En stel dat er in de eerste levensjaren nauwelijks Nederlands met je gesproken wordt en je komt dan op school. Dan heb je al een achterstand die heel moeilijk weg te werken is. Je snapt niet wat de juf zegt en spelen met klasgenoten is geen feest als je langs elkaar heen praat. “Spreek Nederlands met ze!”, zou ik ouders wel willen toe roepen. Want je woont hier en hier ligt je toekomst. Maar als die ouders zelf nu ook niet of nauwelijks Nederlands spreken? En dat komt veel te vaak voor in deze multiculturele stad. Natuurlijk zullen die dan les moeten nemen. En voor hun kinderen is misschien voorschoolse educatie iets. Dat klinkt cryptisch, maar dat is het aanleren van Nederlands voordat ze naar de basisschool gaan.

Maar waarom niet ook doen wat ik deze week een collega van 83 jaar jong hoorde vertellen? Hij woont in Ridderkerk en toen er in zijn straat gezinnen uit Afghanistan kwamen wonen, heeft hij contact gezocht en kwamen de kinderen ook bij hem over de vloer. Door simpelweg de dingen te benoemen die in en om het huis waren, pikten ze al snel onze taal op. Kortom wijs niet alleen maar met een vinger naar de anderen of de overheid, dat die er iets aan moeten doen, maar kijk ook naar wat je zelf kunt doen in je eigen buurt.

Gerrit van Dijk

Gerrit van Dijk

2014-2019 | Columnist op woensdag (1x per maand) | Dominee PKN | @gdijkdijk op Twitter

1 Reactie

  1. leny muchall
    30 augustus 2017 at 09:54

    Er is weer geen speld tussen te krijgen😉 Maar vind jij ook niet dat er in het algemeen al te weinig met elkaar gesproken wordt?