Editor's Rating

Publiekelijk met je brillen bloot gaan. Als een vrouw dat doet, heeft ze meestal al heel wat jaartjes lopen worstelen. Als je dat dan ruiterlijk toegeeft in je column, waarderen wij die openheid zeer. Misschien een goed voorbeeld voor anderen?

Ik val maar meteen met de deur in huis: ik heb een gloeiende hekel aan brillen. Bij mezelf dan, wat een ander op zijn neus zet en of ie zich daar lekker bij voelt moet hij zelf weten. Geen idee waar het vandaan komt, die brillen-antipathie. Ik kan er gewoon niet tegen, zo’n ding in mijn gezichtsveld. En weet je, met een bril op hóór ik ook slechter. Serieus. Met zonnebrillen heb ik dat helemaal niet, dat ik het vervelend vind om er één op te zetten (en mijn gehoor mankeert dan ook niets). Dus ja, het mag hardop gezegd: het zit allemaal tussen mijn oren.

Negentien was ik toen ik ontdekte dat ik ‘iets’ nodig had, qua oogcorrectie. Tijdens mijn rijlessen moest ik wel héél dicht bij een verkeersbord komen voordat ik de instructeur kon vertellen wat het betekende. Omdat ik het plaatje van veraf niet goed zag. Gelukkig waren daar De Lenzen. Er werd een setje aangemeten en vrolijk vertrok ik met mijn hernieuwde, prima zicht. In de wetenschap dat ik er álles mee kon doen (zó een zwembad mee in duiken bijvoorbeeld) en zónder akelige rand in beeld, vervelende poten op mijn oren en glazen die me bij elke regenbui nog even genadeloos zouden inpeperden dat ik lekker een bril op mijn neus had.

Dat is inmiddels jaren terug en de bril & ik, we zijn nog steeds geen vrienden. Op aanraden van de opticiën heb ik er uiteindelijk toch ooit een aangeschaft voor je-weet-maar-nooit. Geen idee wanneer dat zou zijn, maar ja, die man (60+ en duidelijk al jaren een fervent brildrager) zou er wel verstand van hebben. Dus liet ik hem een montuur uitkiezen en mikte mijn nieuwste aanwinst thuis in een la. Tsja. En dan doe je op een dag je ogen open en heb je een pijnlijk linkeroog. Iets met een oogontstekinkje. En een paar dagen geen lenzen in mogen. En dan zit je opeens in zo’n je-weet-maar-nooit-momentje.

Want ik moet nog boodschappen doen en met mijn zoon naar de ortho. Zónder iets in of voor mijn ogen kan ik het verkeer niet in, dus haal ik mijn foeilelijke bril tevoorschijn. Mijn dochter blijft er bijna in van het lachen en roept de naam van iemand op wie ik niet wens te lijken. Ter plekke neem ik een dapper besluit: ik ga een bril kopen. Een leuke. Eentje die ik ‘gewoon’ op kan. Misschien best wel eens handig, naar m’n werk of zo.

Als de beugel weer is aangedraaid en de boodschappen zijn gedaan (zonder brokken te maken in de supermarkt, want no way natuurlijk dat ik met die bril op de Albert Heijn binnenstap) tuffen mijn dochter en ik naar de brillenwinkel. We passen alles wat los en vast zit en het kost me niet eens veel moeite om een geschikt exemplaar te vinden. Een dat gewoon leuk staat en nog best goed zit ook. Op de terugweg bespreken we de voordelen van zo’n bril. Zo stom zijn die dingen eigenlijk niet. “Misschien koop ik er over een paar maanden nog wel één,” hoor ik mezelf zeggen. “Kan ik eens afwisselen.” Mijn dochter werpt me haar ‘het moet niet gekker worden’-blik toe en ja, een beetje gelijk heeft ze wel. Maar toch. Die groene met camouflageprint…

Jacqueline Bouwmeester

Jacqueline Bouwmeester

journalist | schrijver | moeder van vijf | jacquelinebouwmeester.nl | lifewith5.nl

6 Reacties

  1. jacqueline bouwmeester
    28 juni 2016 at 22:06

    Wat een leuke reacties weer. Ik ben blij met nieuwe aanwinst, maar vermoed dat ik toch een échte lenzendraagster zal blijven. We gaan het zien 😉

  2. miranda
    27 juni 2016 at 10:41

    mocht ik ooit een hulpmiddel nodig hebben voor mijn zicht,
    dan denk ik terug aan jouw column
    zodat ik uiteindelijk voor een montuurtje zwicht!

  3. Aad Rieken
    27 juni 2016 at 08:41

    ”Soms knap je op met een 0-0,en winst na verlenging en strafschoppen!
    (0-0 is brilstand voor onwetenden)

  4. 26 juni 2016 at 19:26

    Helemaal leuk en voor mij heel herkenbaar. Ik draag al vanaf mijn vijftiende lenzen en ook nooit een bril. Misschien moet ik er toch ook maar eens aan. Goed voorbeeld doet nu eenmaal goed volgen.

  5. 26 juni 2016 at 13:10

    Ook voor mij is het een haat liefde verhouding. Lenzen? Ik wil wel maar mijn ogen niet. Het liefst zou ik wel 10 brillen willen. Een bril die leuk staat als je moe bent. Eentje die grappig staat ook als je haar verkeerd zit. Die opvallende bril voor je uitbundige bui😊 Toch erg blij dat ze er zijn.

  6. Paulette
    26 juni 2016 at 09:42

    Heerlijke column Jacqueline met een een herkenbaar dilemma. Op de kids na had het mijn verhaal kunnen zijn!