‘Ik ben best jaloers op Sneeuwwitje. Beetje de hele dag op bed liggen wachten tot je droomprins op komt dagen en ondertussen zeven mannen die het huishouden doen.’ Deze quote las in onlangs ergens en ik zie het dan helemaal voor me. Die Sneeuwwitje heeft het mooi voor elkaar. Ik geloof in sprookjes.

Zeker in deze harde wereld met echte grote en kleine problemen. Soms zo groot dat ze overweldigend zijn. Ik kan er geen oplossing voor vinden en hou me dan ook maar stil. Soms zijn ze wat kleiner. Humor is daarbij onontbeerlijk voor mij. Zoals bij de bh-winkel waar ik zwetend en lachend mijn buit sta af te rekenen.

Na een schouderoperatie deze zomer ben ik druk aan het revalideren en dat gaat prima. Totdat een ontsteking de kop opsteekt en zich langzaam maar zeker een pijnlijke weg baant door mijn nek, schouder en rechterarm. Elke druk, hoe licht ook, doet pijn op mijn schouder.

Als vrouw heb je dan een probleem. Vandaar dat ik in het pashokje van de bh-winkel beland om strapless bh’s te passen.

Met een ontstoken schouder is dat geen pretje en zwetend van de pijn lukt het me dan toch om me in een paar prachtige exemplaren te hijsen. De kunst is om dan je goede humeur te bewaren en dat lukt wonderwel. We hebben lol: de verkoopster, een andere klant en ik. Met een grote glimlach en een brandende schouder verlaat ik het winkelcentrum en fiets naar het centrum.

Over sprookjes gesproken.

De binnenstad is gezellig en het water is bijna niet meer te zien door alle boten. Er hangt een speciale sfeer en de stad wacht op de dingen die komen gaan. De binnenkomst van de Furie met voor het laatst burgemeester Karssen. Noortje gaat zingen en daarna kan men zich vergapen aan het vuurwerk. Een warm gevoel stroomt door me heen. Mijn stadje, mijn Maassluis. Dit jaar ben ik er niet tijdens de Furieade en dat doet me meer dan ik dacht. ’s Avonds als de lichtjes branden is het nog mooier. Ik zie sprookjesachtige foto’s van de boten die in de Haven weerspiegelen. Hulde aan de organisatie en de vele vrijwilligers.

Over vrijwilligers gesproken.

Deze week bezoek ik met mijn moeder het ziekenhuis. Ze moet een onaangenaam onderzoek ondergaan. Bij binnenkomst worden we vriendelijk begroet door gastvrouwen, vrijwilligers. Na het onderzoek mag ik bij mijn moeder op de verkoeverkamer zitten. Ook daar is een vrijwilligster die samen met het verpleegkundig personeel de patiënten liefdevolle aandacht geeft. De sfeer is luchtig en gemoedelijk. Er wordt gelachen en dat is een geweldige afleiding. De vrijwilligster is als een goede fee met een toverstafje. Al snel knapt mijn moeder wat op en kunnen we naar huis.

Ik geloof in sprookjes.

De prins, maar dan zonder een wit paard. Monsters die verslagen worden. Goede feeën. Dromen die uitkomen. Jaloers op Sneeuwwitje ben ik niet. Er is nog wel een dingetje. Waar zijn die kaboutertjes als je ze nodig hebt? Het mogen er best minder dan zeven zijn. Daar doe ik niet moeilijk over.

 

Corinne Hamoen

Corinne Hamoen

Tekstschrijver | www.corinnehamoen.nl | www.roosenkris.nl |

voorheen:
Zondagcolumnist | wekelijks 2014 tm 08-2015] en [09-2015 tm 12-2015 1x per 2 weken ] | redacteur bij maassluis.nu

1 Reactie

  1. Aad Rieken
    4 oktober 2015 at 09:10

    ”Be-Ha-ng (de) Winkel!”