Column nummer 20

Toen onze kinderen een gezin gingen stichten hebben wij meteen gezegd dat we geen oppas opa en oma wilden worden. Niet dat we iets tegen onze – inmiddels vier – kleinkinderen hebben, nee we zijn juist supertrots op hen. Zoals alle grootouders vinden wij dat wij de liefste, leukste, mooiste en knapste kleinkinderen hebben. We komen superlatieven tekort! Dat papa of mama ze soms achter het behang willen plakken, zien wij niet. Willen wij niet zien!

Als de nood aan de man is zijn wij uiteraard bereid in te springen en dan doen we dat met liefde natuurlijk.

Zoonlief ging studeren in Engeland, kreeg er een baan, bleef aan een Engelse hangen (of zij aan hem) en sindsdien zit hij op het Brexit-eiland. Te ver weg om even een dagje hulp te verlenen. Hoewel….toen zijn studentenkamer destijds in brand stond vanwege een oververhitte pan, stonden wij de volgende dag bij hem op de stoep om de zwartgeblakerde muren schoon te poetsen. Dat lukte slechts gedeeltelijk, daarvoor is deskundige hulp nodig.

Onze dochter woont in de buurt van Schiphol en daar “vlieg” je even snel heen als het moet.
Juist in de schoolvakanties komen de werkende ouders uren te kort om de kinderen 24/7 in toom te houden. Dus is enige bijstand van jong-bejaarden zeer welkom.

Onze jongste kleinzoon van 3 kletst de hele dag gezellig door. Van het moment dat hij uit bed komt, de slaap uit zijn ogen gewreven heeft, tot hij ’s avonds de slaap weer in zijn ogen wrijft. De babbelaar was vijf minuten stil, volkomen verbluft, toen opa en oma op de fiets arriveerden. Het mooie weer lokte ons om de fiets – met bejaardenondersteuning- te pakken voor een paar dagen kinderhulp. Kleine Sam snapte er dagenlang niets van. “Waar is jullie auto?”, vroeg hij regelmatig. “Thuis”.

De hele dag werd onze aandacht gevraagd, nee volledig opgeëist. “Oma, kom je schooltje spelen?” Oma heeft haar werkzame leven voor de klas gestaan en mag nu weer op een kinderkrukje plaatsnemen om verhaaltjes voor te lezen en dergelijke. Opa dweilt over de vloer om met Playmobil, Lego en autootjes zijn jonge jaren her te beleven. Of op het gras achter een bal aan te hollen, die ongecontroleerd alle richtingen uitschiet, want de kleine man is nog lang geen Messi. Aan het eind van de dag zijn wij minstens zo versleten als de jongste generatie, misschien nog wel meer. Die vermoeidheid en stijve spieren hebben wij er – een enkele keer- graag voor over.

Toen ons vakantiewerk er op zat, stapten we, gehuld in professionele fietsbroek en dito shirt, weer op onze tweewielers. “Waar gaan jullie naar toe?” “Naar huis”. En weer vroeg onze kleinste naar de auto. Voor hem hoort die auto onafscheidelijk bij opa en oma, anders kun je niet bij hen komen. Ze wonen bij de boten, in een flat met een lift, weet meneer heel goed. “Bijna in Frankrijk”, vult hij nog aan. Frankrijk is hun vakantiedoel en Sam is al voorbereid dat hij heel lang in de auto moet zitten voordat ze op de camping zijn. Minstens zo lang als naar opa en oma! Heerlijk toch dat jonge grut.

Piet van Dijk

Piet van Dijk

Piet van Dijk | PR Voedselbank | Schrijver | Secretaris 'World Ship Society Rotterdam'

1 Reactie

  1. Aad Rieken
    28 juli 2016 at 08:39

    ”SAM-SAM!”
    verdeel(t)-de tijd

    Zomaar Oppassen!