Klik voor de definitie van een column
  Een column is géén nieuwsartikel. Wat is het wel? Onderstaande maakt duidelijk dat je een column moet begrijpen door niet alleen de woorden tot je te nemen, maar door te bedenken welke  boodschap de columnist - mogelijk tussen de regels door -  aan de lezers geeft. Begrijp je de boodschap? Zie je wat de schrijver bedoelt? Daar kan ieder individu wat van vinden. Als het een eigen pijnplek is, kan de lezer de aanvechting hebben om helemaal erin mee te gaan of er volledig tegenin te gaan. Het is goed dat je als lezer weet wat (de waarde en betekenis van) een column is.
  • De aard van de journalistieke vorm van columns is dat deze informatief, leerzaam. onderhoudend maar ook kritisch, humoristisch (parodie, ironisch, sarcastisch, satirisch) en prikkelend kunnen zijn binnen een maatschappelijke context.
  • Waar de columnist dat zelf nodig acht, kunnen links in de tekst staan die naar achtergrondinformatie doorverwijzen
  • Wat voor de één een leuke of rake column is, is voor een ander onzin, een belediging of niet acceptabel. Youp van 't Hek die met alles en iedereen de vloer aanveegt in zijn columns in het NRC wordt niet door iedereen gewaardeerd. Hetzelfde geldt voor Theo Holman in Het Parool en diverse andere columnisten.
  • Aan columnisten wordt door de Nederlandse rechter een grote mate van vrijheid toegekend in hun columns. Deze vrijheid kan zich ook uitstrekken tot teksten die, als ze buiten een column geschreven zouden zijn, als kwetsend of beledigend gekenmerkt worden.
Zie ook bijgaande definitie van wikipedia:  

© wikipedia

column nr: 11

Nu wordt het menens, ik ga namelijk over iets schrijven waar ik echt wat van weet. Natuurlijk niet alles en in vergelijking met heel veel mensen weinig maar genoeg om meer te weten dan de gemiddelde medemens. Het komt niet alleen door de bijenlessen die ik zo’n 400 keer gegeven heb, die les was steeds dezelfde. Het komt door de vragen die er kwamen vanuit mijzelf als ik de kinderen iets vertelde. Dan ging ik te rade bij een imker, kocht een boek en voor ik het wist, zat ik die te lezen als een roman.

Nu heb ik ca 800 woorden tot mijn beschikking dus je begrijpt dat ik die kennis niet in een keer kan spuien, dus er komen in de loop der tijd verschillende columns met dit onderwerp.

De les die ik ontwikkeld had, heb ik destijds ingestuurd voor een didactische prijsvraag in Natuur aan de basis, een tijdschrift voor het basisonderwijs. Ik heb deze toen gewonnen.

Het principe van deze les was het leven van de honingbij te vertellen aan de hand van voorwerpen. Als de voorwerpen op waren, was het verhaal compleet en wisten de kinderen – en jullie ook na deze columns – hoe het leven van een bij verloopt.

De klas was het bijenvolk, de meisjes waren de werksters, de jongens waren de darren. We kozen een Koningin die op de troon ging zitten en door mij gekroond werd onder een driewerf hoera. Het volk was compleet.

De werkster heeft in een van de cellen van een raat een eitje gelegd. Dat eitje werd een larf, de larf verpopt. Er komt een dekseltje op en op een dag, knaag knaag knaag: er wordt een bijtje geboren. Eerste meisje krijgt een veger en blik. Gefeliciteerd, je bent geboren, je gaat wat je geknaagd hebt opruimen, je neemt troep in je bek, ja bek want je bent een bij. Je gooit het uit de korf of kast naar buiten. Dat doe je een dag en dan krijg je een nieuwe taak. Volgende meisje krijgt een flesje. Je gaat onze baby’s voeden, de larven. Wij zijn namelijk binnenbijen: de eerste drie weken van ons leven blijven we binnen. Jij krijgt de nectar en het stuifmeel, wat als voer dient, van de buitenbijen. Wat over is gaat in de raten als opslag. Je voert ook de darren als ze er zijn.

Op een dag ga je was zweten, er komen kleine kaarsachtige schubjes uit je lijf en samen met een hele bouwploeg ga je bouwen. Volgende meisje krijgt troffel en steen. Jullie gaan raten bouwen met cellen die zeskantig zijn allemaal even diep en even groot. Dat is gigantisch knap, probeer maar een cel te tekenen, dat is al moeilijk laat staan dat je met je bek en poten zo iets perfects bouwen kan. APPLAUS!!

Het volgende meisje krijgt een geweer. Hilariteit alom. Je bent drie weken oud, je gaat voor het eerst naar buiten. Jeetje wat een licht en wat is de wereld groot! Je blijft dicht bij je volkje en ontdekt waar de zon op en ondergaat, je oriënteert je. Tegelijk houdt je de wacht. Ons volk mag uiteraard in en uit vliegen. Een wesp die binnen probeert te dringen of een bij van een vreemd volk mag er niet in. Dat herken je aan de geur. Je hebt als wapen een angel waarmee je steekt. Een ander insect kun je meerdere malen steken maar een mens slechts een keer. Dat moet je met de dood bekopen.

Dan begint het echte werk, het volgende meisje krijgt een winkelmandje met honing. Je gaat nectar (zoetstof) halen bij de bloemen. Met je zuigsnuit haal je nectar uit de bloem. Darren hebben geen zuigsnuit, zij worden gevoerd. Als je maag vol is, vlieg je naar de kast of korf en jouw maaginhoud pomp je over in de maag van de thuisbijen die het verdelen. In de bijenmaag wordt nectar door de maagsappen omgezet in honing. Je vliegt alleen met mooi weer maar dan wel de hele dag.

Het volgende meisje krijgt een boodschappentas met stuifmeelkorrels. Een werkster haalt of de hele dag nectar of de hele dag stuifmeel. Uiteraard ook weer bij de bloemen maar deze keer gaat het in een soort zakje in de kuit van de poot en dat zie je als gele of ander gekleurde klompjes. Dat stuifmeel wordt ook in de raten opgeslagen en is voedsel voor de bijen. De imker verkoopt het omdat stuifmeel heel veel vitaminen en mineralen bevat die goed zijn voor ons.

Meestal beginnen de jongens hier ergens te morren. En wij nou? Ja jongens jullie komen dadelijk aan de beurt. Voorlopig zijn jullie, die wat groter en stoerder zijn, wat aan het chillen aan de zijkant van de raten.

Ik geef het volgende meisje balletschoentjes. Dat is omdat bijen een kwispeldans uitvoeren. Ze kunnen niet praten maar communiceren door middel van zoemen, geur en dans. De kwispeldans kunnen de bijen in de kast niet zien, het is er immers donker. Ze voelen met hun antennes hoe de werkster danst. De dans vertelt waar veel nectar te vinden is en iets over de kwaliteit. De richting van de dans is de richting ten opzichte van de zon hoe ze moeten vliegen.

De shampoo is aan de beurt. Uiteraard verzorgen bijen zichzelf maar er is voor de koningin een hofhouding, de hofstaat genoemd, die voor haar zorgt. Het zijn ca 12 tot 14 werksters die rondom haar scharrelen. Dit kun je in een kijkkast goed zien.

De koningin is te herkennen aan haar lange achterlijf.

© Carla – Bijenkoningin met haar hofstaat

De hofstaat voedt haar, maakt haar schoon, verdedigt haar.

Dan ligt er nog een waaier, een kitpistool en een bruidspaar voor op de bruidstaart, die komen in de volgende column aan de beurt evenals de darren!

Wat ik leuk vindt,  is dat het leven van de honingbijen erg lijkt op dat van ons, wij doen ook boodschappen en leggen een voorraad aan. We zorgen dat er niet ingebroken wordt, we verzorgen de baby’s, we hebben ook een Koningin met hofhouding. Gelukkig zijn er ook veel verschillen en kunnen wij vrouwen onszelf voortplanten en zijn we niet afhankelijk van de Koningin. Ook al heeft ze leuke kinderen, vind ik die van mij toch leuker…

Wordt vervolgd…

Reageren? ... Blader naar beneden plaats jouw reactie direct onder artikel [binnen 30 dagen na publicatiedatum]

⊗——het einde ——⊗

◄ klik voor Publicatieschema columnisten

voorliggende column is tot nu toe gelezen door: 212 lezers

Carla Brouwer

Carla Brouwer

CARLA BROUWER HELLEBRAND | Columnist 7/2019 - 1/2022 | Lezen, Koken | Natuur | fotografie | creatief | enthousiast oma | Vertelt graag te pas en te onpas hoe geweldig de natuur in elkaar steekt.

2 Reacties

  1. adrihuisman
    2 mei 2020 at 21:13

    Superleuke column, benieuwd naar het vervolg!

  2. Wim Maagdenburg
    28 april 2020 at 11:21

    Wat leuk geschreven Carla!!