Columnisten schrijven eigen visie op persoonlijke titel.
- De aard van de journalistieke vorm van columns is dat deze informatief, leerzaam. onderhoudend maar ook kritisch, humoristisch (parodie, ironisch, sarcastisch, satirisch) en prikkelend kunnen zijn binnen een maatschappelijke context.
- Waar de columnist dat zelf nodig acht, kunnen links in de tekst staan die naar achtergrondinformatie doorverwijzen
- Wat voor de één een leuke of rake column is, is voor een ander onzin, een belediging of niet acceptabel. Youp van 't Hek die met alles en iedereen de vloer aanveegt in zijn columns in het NRC wordt niet door iedereen gewaardeerd. Hetzelfde geldt voor Theo Holman in Het Parool en diverse andere columnisten.
- Aan columnisten wordt door de Nederlandse rechter een grote mate van vrijheid toegekend in hun columns. Deze vrijheid kan zich ook uitstrekken tot teksten die, als ze buiten een column geschreven zouden zijn, als kwetsend of beledigend gekenmerkt worden.
Het was ongeveer februari, maart 2016. Onze jongste was ruim 3,5 ~ richting 4 jaar en mocht een ochtendje wennen op school. Hij mocht meedraaien in een combinatiegroep met kinderen t/m 5 jaar uit groep 1 en 2. Daar ging hij. Met zijn dino-rugzak, voorzien van een pakje drinken, appel en een Liga. Sluik, donkerblond haar. Grote, heldere ogen… Mooi ventje.
Om 12 uur stond ik, verwachtingsvol, bij het hek. ‘En… vroeg ik hem enthousiast… hoe wás het? De eerste ochtend wennen op school?’ Hij keek omhoog met zijn heldere ogen, nam een hap van zijn appel en zei; ‘Nou mama, het was leuk maar… die andere kinderen moeten nog wel érg veel leren.’
De toon was gezet.
Dat heldere hoofd kwam me bekend voor. Mijn lief’ begreep in zijn vroege schooljaren ook niet altijd wat er nu precies van hem gevraagd werd. Ik herinner me een anekdote over ‘Pluizige Balletjes’. Hij was 4 jaar en zat op de kleuterschool. Een bedeesd jongetje met een heldere oogopslag. De juf bood de kleuters diverse educatieve activiteiten aan. Het was de bedoeling dat ze zich er ten minste 15-20 minuten mee zouden vermaken. Ook hij kreeg een kistje voorgeschoteld. Hij opende het. Het bleek een soort houten rek of galgje met haakjes eraan. In het kistje lagen pluizige balletjes. De balletjes hingen aan touwtjes van verschillende lengte. Het jongetje nam de balletjes en hing deze aan de haakjes, op volgorde, van kort naar lang. Zoals je schaakstukken op het bord plaatst ter voorbereiding op het spel. Daarna ging hij op zoek naar de handleiding. Wat zou de bedoeling zijn? Wat moest hij nu doen?
De juf liep haar rondje door de klas. Bij hem hield ze stil. Lichtelijk geïrriteerd veegde ze, resoluut, alle pluizige balletjes van het rek. Ze husselde ze eens flink door elkaar, in het deksel van de kist, en beval hem: ‘Zo, doe het nu nóg maar eens.. je bent nog niet klaar!’
Wat verbaasd nam het timide jongetje opnieuw de balletjes in zijn hand en hing deze op. Van lang naar kort. Hij stak zijn vinger op om aan te geven dat hij klaar was om het spel te beginnen (…)
De juf negeerde hem minutenlang. Tot het jongetje tot de conclusie kwam dat ‘dit het misschien al was?’ Hij was klaar. Hij bekeek de balletjes. Zag dat zijn klasgenootjes zich nog ploeterend met hun taak bezig hielden. Verwonderd keek hij nogmaals naar de balletjes. Stopte alles terug in het kistje en plaatste het terug in de kast. Hij werd voor straf in de hoek gezet. Het was niet de bedoeling dat je eigenhandig de boel ging opruimen.
Tja.
Onlangs bekeek ik twee documentaires over Hoogbegaafdheid. De ene heette ‘Door de bomen’. De andere ‘Geef me ’s ongelijk’. In beide documentaires zien we adolescente jongens die worstelen binnen het onderwijssysteem. Ze lopen vast. Hun brein werkt nu eenmaal anders dan dat van hun leeftijdgenoten. Hoe ga je daar mee om? Als hoogbegaafd kind, als ouder van (…), als docent van (…).
Tim (17) en zijn ouders zien ‘door de bomen’ het bos niet meer. Het onderwijs biedt te weinig uitdaging. Ik kreeg alleen maar te horen: ‘Jij bent verkeerd’, aldus Tim. Om zijn balans terug te vinden gaat hij ‘bushcraften’. Overleven in het wild. Na zes scholen en periodes van thuisonderwijs zien we Tim nu op Mandeville Academy; een internaat voor hoogbegaafde jongeren. Ze volgen er atypische colleges en denken er na over de toekomst.
Julius (15) is ook zeer slim. Door zijn provocatieve gedrag wordt hij van school gestuurd. Hij moet minder blowen, zijn mening voor zich houden en gaan werken aan zijn gedrag. Julius laat zich m.i. inspireren door de verkeerde bronnen. Oorlogsdocu’s en foute boeken. Zelf ziet hij geen probleem en vindt dat zijn omgeving moet veranderen. Hij snapt niet waarom hij zich moet conformeren aan wat andere mensen normaal vinden.
Het blijft een uitdaging. Kijken naar het kind. Het individu. Plaats je het onder gelijkgezinden of in de werkelijkheid, met de voeten op de grond? Of allebei?
Onze jongste is nu 9 jaar. Daar komt hij aan, terug van de les, met zijn gitaar op de rug. Verwachtingsvol kijk ik hem aan. ‘En.. hoe wás het?’ Grote, heldere ogen kijken naar me op. ‘Nou mam, het was superleuk maar… ik moet nog wel érg veel leren’.
Reageren? ... Blader naar beneden plaats jouw reactie direct onder artikel [binnen 30 dagen na publicatiedatum]
⊗——het einde ——⊗
voorliggende column is tot nu toe gelezen door: 131 lezers