Klik voor de definitie van een column
  Een column is géén nieuwsartikel. Wat is het wel? Onderstaande maakt duidelijk dat je een column moet begrijpen door niet alleen de woorden tot je te nemen, maar door te bedenken welke  boodschap de columnist - mogelijk tussen de regels door -  aan de lezers geeft. Begrijp je de boodschap? Zie je wat de schrijver bedoelt? Daar kan ieder individu wat van vinden. Als het een eigen pijnplek is, kan de lezer de aanvechting hebben om helemaal erin mee te gaan of er volledig tegenin te gaan. Het is goed dat je als lezer weet wat (de waarde en betekenis van) een column is.
  • De aard van de journalistieke vorm van columns is dat deze informatief, leerzaam. onderhoudend maar ook kritisch, humoristisch (parodie, ironisch, sarcastisch, satirisch) en prikkelend kunnen zijn binnen een maatschappelijke context.
  • Waar de columnist dat zelf nodig acht, kunnen links in de tekst staan die naar achtergrondinformatie doorverwijzen
  • Wat voor de één een leuke of rake column is, is voor een ander onzin, een belediging of niet acceptabel. Youp van 't Hek die met alles en iedereen de vloer aanveegt in zijn columns in het NRC wordt niet door iedereen gewaardeerd. Hetzelfde geldt voor Theo Holman in Het Parool en diverse andere columnisten.
  • Aan columnisten wordt door de Nederlandse rechter een grote mate van vrijheid toegekend in hun columns. Deze vrijheid kan zich ook uitstrekken tot teksten die, als ze buiten een column geschreven zouden zijn, als kwetsend of beledigend gekenmerkt worden.
Zie ook bijgaande definitie van wikipedia:  

© wikipedia


column nr: 39

VAN DEUR NAAR DEUR!

De Maassluise Courant (MC) en een bewaarde krant van vóór ons hedendaagse tijdperk openslaand, laat zien dat er flink wat is gebeurd in de wijze waarop klant en bedrijf/dienstverlener elkaar opzoeken. Laat ik zeggen dat het gezegde ‘van deur tot deur gaan’ er een variant ‘van deur naar deur gaan’ heeft bijgekregen. De bewaarde krant zette de bibliotheek in het zonnetje, als ‘dé plek om te ontmoeten’ en als ‘een fijne plek om te blijven hangen’ en zelfs als ‘een soort kerk of tempel voor schrijvers’. Dit perspectief op een deur, dat je uitnodigt om naartoe te gaan, is van een wezenlijk andere betekenis dan die van een bibliotheekdeur waarvan je nu mag hopen dat die jou tot een vanzelfsprekend gevoel van welkom brengt. Echter, niet alleen de publieke deur roept een ander beeld op, maar ook menig bedrijfsdeur.

Zo meldt de MC van deze week dat fietswinkel Van Kortenhof het ‘test-je-nieuwe-fiets-bij-je-thuis-team’ introd(e)u(r)ceert. Want, ‘Afstellen, adviseren en testfietsen kan dus gewoon bij u voor de deur’. ‘Jóh, geen nieuws toch!’, zul je denken. Genoeg creativiteit inmiddels, met bedrijven die hun diensten/producten aanbieden náár de klant toe. Ook de boekhandels, restaurants en andere bedrijven stappen op de fiets en gaan ‘van deur naar deur’.  Laten we dit toch een, vanuit nood geboren weliswaar, trendbreuk noemen. Maar, het aanbellen bij consumenten door bedrijven is een idee waar we ook weer nostalgie aan kunnen beleven. Want, het is even geleden dat de aardappelboer, de schillenboer, de boterboer, de scharensliep, de lorrenboer, de kaasboer, de melkboer, de uienboer, de groenteboer of de … bij je aan deur kwam óf achterom.

Zo kan de huidige ontwikkeling worden gezien als een in zekere mate herstelde balans in de omgang tussen de klant en de aanbieder van producten. We zien dus een verschuiving van de winkeldeur, als enig scheiding tussen klant en bedrijf, naar de consumentvoordeur als een relatieplek die er weer toe doet. Echter, het ‘van deur naar deur gaan’ ademt momenteel enerzijds ‘een als bedrijf bij de consument te gast mogen zijn’ uit, maar anderzijds ook iets wrangs. Want, het is natuurlijk prut dat je als winkelier met wintertenen met je bloemenhandel vóór je winkeldeur je bloemenpracht aan de man/vrouw moet zien te brengen. Goed, laten we -met het voorjaar voor de deur- hopen dat menig winkelier de klant weer ‘achter de voordeur’ mag ontvangen. Alleen al de gedachte aan een belgeluid van ‘prrring’ of ‘ting-ding’, bij het betreden van het winkelpand, koestert het idee dat we kunnen winkelen als vanouds.

Terug naar de publieke voordeur; de media koppen ook  ‘Livestream vanuit Theater Koningshof’. Ook weer een ‘van deur naar deur’, maar dan in digitale zin. ‘Zo wordt er onder meer gewerkt aan de nieuwe programmering voor seizoen 2021-2022’. Het weegt natuurlijk niet op tegen de gezelligheid van een drankje vóór de voorstelling, een theaterspektakel en erna een (al of niet alcoholisch) voldaan huiswaarts. Maar het beeld dat voor de bereikbaarheid van de voorstelling de theatervoordeur verruild kan worden door de eigen stoel achter je eigen voordeur is ook weer een plezante gedachte. Je hoeft niet meer noodzakelijk op de e-bike de deur uit dus!

26/ 2 Theater Koningshof – Lach op vrijdag

Een andere deurgedachte, dat deze tijdgeest niet siert, is het starten van een noodhulpbureau door de Waterweggemeenten (zie www.sunwaterweg.nl, als onderdeel van sunnederland). Het betreft hier een digitale dienstverleningsdeur om inwoners te kunnen ontvangen met urgente financiële problemen. De voorpagina van de MC sluit af met ‘Aanvragen voor een gift kunnen ingediend worden door maatschappelijke hulp- en dienstverleners voor cliënten in nood’.  Een mogelijkheid voor een nooddeur dus!

Goed, het is momenteel wel wat gezeur met de wiebelende betekenis van de deur. Vorige week nog blij en opgelucht om, niet wetend hoe snel, de deur in het slot te laten vallen om met de ijzers op het ijs te komen. Erna, in schil contrast, weer getergd achter de voordeur vanwege de avondklok. De deur weet wat in deze tijd. Van teken van welkom, naar teken van vesting. Ook is er een symbolische wisseling ‘van fysieke deur naar digitale deur’. Daarbij is er vaak sprake van een deur als ‘markering van het eindpunt van de digitale snelweg van klant naar dienstverlener’, wanneer je aan eisen dient te voldoen om zaken gedaan te krijgen. Er zit niets tussen worden binnengelaten en in de kou blijven staan!

Onderlinge omgangsvormen zijn aanzienlijk aan verandering onderhevig. De uienboer is van vervlogen tijden en dus via de achterdeur vertrokken. Maar de spreekwoorden met uien zijn niet vergaan: ‘het was uien’ en dat was een heerlijk gezellig avondje ‘uien tappen’. De groenteboer staat nog wel symbool voor een deur die de klant graag binnen gaat om zijn boodschappen te doen. Dat voelt heel anders dan winkelen achter de schuifdeur van de supermarkt, waar je kunt zwieren en zwaaien naar de schappen als denkbeeldige winkeldeuren.

We begonnen ermee dat ons tijdperk er met ‘van deur naar deur gaan’ een variant heeft bijgekregen en een traditie van weleer enigszins is hersteld. Dit omdat de (potentiële) klant met veel creativiteit uitnodigend wordt benaderen, zowel fysiek als digitaal. Met enige nostalgie gaan er bedrijven weer goed gemutst naar de klant toe.

Dan kan af en toe toch het touwtje weer uit de brievenbus en is ook een toename in achterommetjes weer een teken van onderling vertrouwen. Vast wordt de bibliotheek weer een tempel en stappen we warempel ook voor een evenement spoedig over de drempel.


Reageren? ... Blader naar beneden plaats jouw reactie direct onder artikel [binnen 30 dagen na publicatiedatum]

⊗——het einde ——⊗

◄ klik voor Publicatieschema columnisten

voorliggende column is tot nu toe gelezen door: 118 lezers

André Bruijn

André Bruijn

André Bruijn | Columnist periode 09-2019 tm 05-2023 | Bruijn Management & Ontwikkeling | Organisatieadviseur | Integriteitscoach | Auteur | Gitarist | (Levens)kunstliefhebber