Zolang Jeroen nog niet in goede doen is, schrijft Marijke op zijn plek. Jeroen beterschap!

Redactie

Klik voor de definitie van een column
  Een column is géén nieuwsartikel. Wat is het wel? Onderstaande maakt duidelijk dat je een column moet begrijpen door niet alleen de woorden tot je te nemen, maar door te bedenken welke  boodschap de columnist - mogelijk tussen de regels door -  aan de lezers geeft. Begrijp je de boodschap? Zie je wat de schrijver bedoelt? Daar kan ieder individu wat van vinden. Als het een eigen pijnplek is, kan de lezer de aanvechting hebben om helemaal erin mee te gaan of er volledig tegenin te gaan. Het is goed dat je als lezer weet wat (de waarde en betekenis van) een column is.
  • De aard van de journalistieke vorm van columns is dat deze informatief, leerzaam. onderhoudend maar ook kritisch, humoristisch (parodie, ironisch, sarcastisch, satirisch) en prikkelend kunnen zijn binnen een maatschappelijke context.
  • Waar de columnist dat zelf nodig acht, kunnen links in de tekst staan die naar achtergrondinformatie doorverwijzen
  • Wat voor de één een leuke of rake column is, is voor een ander onzin, een belediging of niet acceptabel. Youp van 't Hek die met alles en iedereen de vloer aanveegt in zijn columns in het NRC wordt niet door iedereen gewaardeerd. Hetzelfde geldt voor Theo Holman in Het Parool en diverse andere columnisten.
  • Aan columnisten wordt door de Nederlandse rechter een grote mate van vrijheid toegekend in hun columns. Deze vrijheid kan zich ook uitstrekken tot teksten die, als ze buiten een column geschreven zouden zijn, als kwetsend of beledigend gekenmerkt worden.
Zie ook bijgaande definitie van wikipedia:  

© wikipedia


column nr: 46

uit de reeks columns over de antroposofische instelling waarvoor ik werkte.

Als een instelling moet groeien van tien naar honderd bewoners heb je die niet zomaar ineens tot je beschikking. Die moet je als het ware opsparen. Zo ook de medewerkers. De instelling werd gebouwd in een Rotterdamse nieuwbouwwijk, aan een grote plas met een strand en een dijk erlangs. In de wijk werden er steeds woonhuizen opgekocht waar dan weer nieuwe bewoners tijdelijk konden wonen, tot de nieuwbouw klaar was. Op een gegeven moment ontstond de situatie, dat als er mensen hun huis wilden verkopen, ze als eerste bij ons kwamen: willen jullie mijn huis kopen?

Daardoor kon het wel eens gebeuren dat er drie huizen van ons in één straat kwamen.

Ooit maakte ik een wandelingetje met een collega van het managementteam. Die vertelde me dat het plan was om van huizen die dicht bij elkaar lagen buurtschappen te vormen. Dat leek mij heel logisch. Dan ben je veel flexibeler. Je hebt maar één leidinggevende nodig, de medewerkers kan je onderling uit wisselen. En de frituurpan kan je aan elkaar uitlenen.

Maar een aantal doorgewinterde geiten wollen sokken antroposofen gingen dwars liggen.

Die vonden dat dat niet kon, want elk huis heeft zijn eigenheid. Je kan niet zomaar van iemand verwachten dat die van het ene moment op het andere in een ander huis leiding gaat geven enzovoort.

Ik zei: – Wat een onzin! Ik kom uit een verpleeghuis. Als je ’s morgens ging werken, moest je eerst op het bord kijken op welke unit je geplaatst was. Dat kon variëren van reguliere bewoners, beademingspatïenten of coma patiënten. Hoezo eigenheid?

Daarom vroeg die collega: – Ga jij dan eens kijken van welke huizen je buurtschappen kunt maken.

Het was een stralende zomerdag in het weekeind. We gingen met z’n allen naar het strand aan de plas. Na een paar uur kwam er vanuit Rotterdam een heel donkere lucht.

– Beste mensen, we gaan inpakken en naar huis.

Onderweg brak het onweer los. Vreselijke stortregens en windvlagen. Omdat het een nieuwbouwwijk was, was de beplanting ook nieuw en jong. Eén van de bewoners hield zich vast aan zo’n jong boompje. Na weer een grote windvlaag stond hij nog overeind en het boompje had hij los in zijn handen.

Ondertussen liep ik koortsachtig na te denken: – Als we er zo meteen zijn, dan kunnen die twee in dat huis onder de douche, die andere twee in dat andere huis en ik ga met Carolien naar het derde huis.

Er werd afgesproken, dat als iedereen klaar was, ze naar het huis zouden komen waar Carolien en ik waren. Carolien was gewend om in bad te gaan.

Een van de bewoners zei tegen mij: – Je mag wel een joggingpak van mij lenen. Dan kan jij ook droge kleding aan trekken.

In het kader van de gelijkwaardigheid dacht ik: – Ik heb het ook koud en ik ben ook zeiknat. Ik aanvaard het aanbod van het joggingpak en ik klim bij Carolien in bad.

Ze vond het prachtig. Ik zag in gedachten de krantenkoppen al voor me: begeleider gaat met pupil in bad!

Toen we allemaal bij elkaar waren heb ik balen patat, klodders mayonaise, kroketten en frikandellen besteld.

Iedereen met een bord op schoot en tv kijken.

Allemaal niet erg antroposofisch…

Maar we hadden een topdag gehad. En daar gaat het om!


Reageren? ... Blader naar beneden plaats jouw reactie direct onder artikel [binnen 30 dagen na publicatiedatum]

⊗——het einde ——⊗

◄ klik voor Publicatieschema columnisten

voorliggende column is tot nu toe gelezen door: 158 lezers

Marijke Tennant

Marijke Tennant

Marijke Tennant | | Echtgenote, moeder, oma | Gepensioneerd hulpverlener | Bevlogen koorlid [ 2018-2021 ]