Columnisten schrijven eigen visie op persoonlijke titel.
- De aard van de journalistieke vorm van columns is dat deze informatief, leerzaam. onderhoudend maar ook kritisch, humoristisch (parodie, ironisch, sarcastisch, satirisch) en prikkelend kunnen zijn binnen een maatschappelijke context.
- Waar de columnist dat zelf nodig acht, kunnen links in de tekst staan die naar achtergrondinformatie doorverwijzen
- Wat voor de één een leuke of rake column is, is voor een ander onzin, een belediging of niet acceptabel. Youp van ’t Hek die met alles en iedereen de vloer aanveegt in zijn columns in het NRC wordt niet door iedereen gewaardeerd. Hetzelfde geldt voor Theo Holman in Het Parool en diverse andere columnisten.
- Aan columnisten wordt door de Nederlandse rechter een grote mate van vrijheid toegekend in hun columns. Deze vrijheid kan zich ook uitstrekken tot teksten die, als ze buiten een column geschreven zouden zijn, als kwetsend of beledigend gekenmerkt worden.
Deze zomer leek nou niet bepaald op de foto’s die je ziet als je “zomer” intypt bij Google. De lucht was vaak grijs in plaats van blauw en pootjebaden deed je niet in de zee maar gewoon in een plas terwijl je over straat liep. Je hoorde geen “het regent zonnestralen” of “laat de zon in je hart”, maar “het regent harder dan ik hebben kan” en “waar is de zon?”
Hoewel Nederland gewend is aan regen, blijf ik mij altijd verbazen over het effect wat dit soort weer (vooral in de zomermaanden) kan hebben op de mens. Zodra het kwik in de thermometers de daling inzet, zakken de mondhoeken ook meteen een stukje mee. Elke keer dat er een wolk voor de zon schuift, daalt die schaduw ook neer over ons humeur. Is de zon dan echt zo magisch? Is het nou echt zo intens belangrijk dat wij in rechtstreeks contact staan met die zwevende gasbal honderdvijftig miljoen kilometer bij ons vandaan? Blijkbaar wel.
Zodra er ook maar een druppeltje water uit de lucht komt vallen terwijl wij buiten zijn, wordt meteen alles en iedereen naar binnen gehaald. Mensen, dieren, kussens, tafelkleden. In sommige gevallen lijkt er zelfs een soort noodplan ingestudeerd te zijn om alles zo efficiënt mogelijk overdekt te krijgen. Iedereen weet meteen wat hij moet doen en welke spullen zijn verantwoordelijkheid zijn.
Wat is er gebeurd met het dansen in de regen? Of als kind door de plassen rennen en springen? Regen is toch helemaal zo erg nog niet? Kijk, ik vind het ook niet heel fijn als je ’s ochtends naar je werk gaat en meteen doorweekt raakt, maar stiekem zie ik er ook wel de lol van in. Het is hetzelfde gevoel als met harde storm over het strand lopen. Het gevoel dat je vecht tegen de natuur en stiekem een beetje aan het verliezen bent. Hoe goed je regenjas ook is, tegen een wolkbreuk ben je nooit volledig beschermd en er komt altijd een moment dat je ergens ineens iets kouds voelt als de verdedigingslinie het water niet meer kan houden.
En op dat moment kan je proberen terug te vechten, maar ik kies ervoor om te denken “ach, het is maar water.” Met mijn kop in de hoogte en neus in de wind loop ik verder en ga ik vanzelf lachen om de kracht van de regen, terwijl ik uit automatisme “Singing in the rain” begin te neuriën. Ik kan je vertellen: dat nummer werkt als een tierelier tegen een verregend humeur. Na één couplet wil je zelf ook spontaan gaan tapdansen zoals Gene Kelly en in een lantaarnpaal klimmen om het lied uit te schreeuwen.
Maar goed, zo ver is het tot nu toe ook bij mij niet gekomen. De melodie heeft al genoeg effect. En wie weet wordt het komende maand toch nog zonniger, maar mocht dit niet zo zijn, dan hoop ik dat ik door heel de stad mensen dansend en zingend door de straten zie gaan.
Reageren? … Blader naar beneden plaats jouw reactie direct onder artikel [binnen 30 dagen na publicatiedatum]
⊗——het einde ——⊗
voorliggende column is tot nu toe gelezen door: 136 lezers