column: 64

Ik had van de week weer eens haast. Erge haast. En …. zoals gewoonlijk. Kan ik het wel haast noemen? Nee eigenlijk niet. Meer een opgejaagd gevoel. Opgejaagde haast of zo.  En dat gevoel heb ik zeven dagen van de week, 24 uur per dag. Ik ben er aan gewend. 

In mijn opgejaagde haast vlieg ik dan ook naar mijn werk. Het maakt helemaal niet uit of ik daar vijf minuten eerder of later aan kom. Maar om toch op tijd te zijn heb ik een route gevonden die drie minuten sneller is. Ik moet dan alleen over een fietsstraat. Verboden voor auto’s, uitgezonderd bestemmingsverkeer. En ik vind dat ik een bestemming heb. Zo snel mogelijk aan de andere kant komen. Echter lukt dit alleen als je geen fietser tegenkomt. Omdat het zo smal is wacht ik netjes bij een verbreding. Zou niet willen dat een fietser een nat pak haalt door mij.

En zo stond ik dus van de week, met mijn opgejaagde haast, te wachten op een heel lang-zam-e fiets-er. Mijn aandacht word getrokken naar een man van – mijn schatten is meestal niet zo goed  maar verwacht – zo rond de 70. Hij kwam in zijn blauwe ochtendjas met bijpassende sloffen zijn huis uit gesloft. Op naar de brievenbus. Om zijn ochtendkrant te halen. Langzaam sloft hij terug. Handen op zijn rug en zacht wapperend met zijn krant. Ik denk zelfs aan zijn gezicht te hebben gezien dat hij er een deuntje bij floot.

Zo op zijn gemak, zo ongelooflijk relaxt…

Ik werd ter plekke jaloers op deze man. Ik besloot dan ook spontaan dat als ik zo oud ben, ik ook zo relax wilde zijn. 

Dan heb ik dus nog een hoop te leren!

Om daad bij woord te voegen ben ik dus gelijk maar in de leer gegaan. Kids hadden vakantie. Mijn kleine mannetje vroeg of hij ’s ochtends een keer bij mij in bed mocht. Tuurlijk, geen probleem. Echter ben ik ongeveer om zes uur wel klaar met slapen en sta ik op en mijn kleintje komt pas rond 8 uur zijn mandje uit. Maar belofte maakt schuld. Dus heeft moeders (on)geduldig in bed liggen wachten op hem. Hè hè, eindelijk. Daar was hij. Poeh, die eerste les geduld viel niet mee! En zo heb ik nog bij een aantal zaken geprobeerd niet opgejaagd gehaast te zijn.

En de grootste beproeving doorsta ik nu, terwijl ik dit schrijf. Als ik hier levend uitkom dan kan ik alles denk ik!

De indoorspeeltuin. Weer zo’n geweldig idee van Mitch. Maar ik beloof het hem al zo lang. Dus ook deze belofte ga ik waarmaken. En daar zit ik dan. Te zitten…. Echt vreselijk! Onderwijl bedenk ik me wat ik allemaal in en met deze tijd had kunnen doen. En dat is veel, heel veel…

Om dat toch iets nuttigs met mijn tijd te doen, schrijf ik deze column. Een week te vroeg. Maar zo kan ik in ieder geval niet zeggen dat het helemaal verspilde tijd was.

Ik kijk om me heen en zie vaders, moeders, opa’s en oma’s zitten. Ze zitten allemaal op hun gemak. Kinderen spelen en vermaken zichzelf. Ik ben hier dus echt niet geschikt voor. Ik ben in een half uur tijd al zesendertig keer van houding gewisseld, jas uit en jas aan, tas opgeruimd, mapje met pasjes geordend… ppff om gek van mezelf te worden!

Ik denk dat ik nog een lange leerweg te gaan heb….

Esther Franken

Esther Franken

Esther Franken | Columnist februari 2016- juli 2022 | Copywriter | Persoonlijk Begeleider van Lichamelijk gehandicapten |

3 Reacties

  1. Esther
    15 mei 2019 at 19:21

    Ooohhhhh vanochtend aangehouden door meneer agent. Of ik in het vervolg gewoon om wil rijden. Daar gaan m’n drie minuten….

  2. Gerard Wegdam
    13 mei 2019 at 22:36

    Hahaha jij en rustig en relaxed ……….een hele weg schat maar het gaat je lukken. Xxx

  3. Marja Gerkema
    12 mei 2019 at 09:46

    Oefening baart kunst…😉