Klik voor de definitie van een column
  Een column is géén nieuwsartikel. Wat is het wel? Onderstaande maakt duidelijk dat je een column moet begrijpen door niet alleen de woorden tot je te nemen, maar door te bedenken welke  boodschap de columnist – mogelijk tussen de regels door –  aan de lezers geeft. Begrijp je de boodschap? Zie je wat de schrijver bedoelt? Daar kan ieder individu wat van vinden. Als het een eigen pijnplek is, kan de lezer de aanvechting hebben om helemaal erin mee te gaan of er volledig tegenin te gaan. Het is goed dat je als lezer weet wat (de waarde en betekenis van) een column is.
  • De aard van de journalistieke vorm van columns is dat deze informatief, leerzaam. onderhoudend maar ook kritisch, humoristisch (parodie, ironisch, sarcastisch, satirisch) en prikkelend kunnen zijn binnen een maatschappelijke context.
  • Waar de columnist dat zelf nodig acht, kunnen links in de tekst staan die naar achtergrondinformatie doorverwijzen
  • Wat voor de één een leuke of rake column is, is voor een ander onzin, een belediging of niet acceptabel. Youp van ’t Hek die met alles en iedereen de vloer aanveegt in zijn columns in het NRC wordt niet door iedereen gewaardeerd. Hetzelfde geldt voor Theo Holman in Het Parool en diverse andere columnisten.
  • Aan columnisten wordt door de Nederlandse rechter een grote mate van vrijheid toegekend in hun columns. Deze vrijheid kan zich ook uitstrekken tot teksten die, als ze buiten een column geschreven zouden zijn, als kwetsend of beledigend gekenmerkt worden.
Zie ook bijgaande definitie van wikipedia:  

© wikipedia

We zijn onderweg naar de kampeerwinkel voor een nieuwe slaapmat. Onze zoon (11) kwam afgelopen zaterdag terug van zijn Welpenkamp. Zijn mat bleek lek. Hij was al best oud dus tijd om deze te vervangen.

Eenmaal bij Bever Zwerfsport blijkt de keuze reuze. De ontwikkelingen op kampeergebied hebben niet stil gestaan. Lagen wij vroeger nog op dofgroene ‘carry- of isoleermatjes’, later kwamen er van die schuimmatrassen op de markt in de vorm van een eierdoos. Nog later de eerste selfinflating matjes en daarna de blauwfluwelen, opblaasbare 1 à 2-persoons luchtbedden. Inmiddels zijn al die types ook weer doorontwikkeld. Er is van alles te koop. Met een degelijke, selfinflating slaapmat keren we terug naar de camping.

Kamp, ik denk terug aan vroeger. Wat heeft dat kamperen me eigenlijk gebracht? Vroeger ging ik met de Kabouters en de Padvindsters op kamp. Daarna vertrok ik van de Landscouting naar de Zeeverkenners. Ook met die groep ben ik vaak op kamp geweest. Ik ben ook nog enkele keren als leiding mee geweest met een dergelijk zomerkamp. In de studententijd ging ik op reis met een Katholieke Studentenvereniging. Dat waren ook weer heel diverse en verrijkende groepsreizen.

Waar zat ‘m die verrijking in?

Aanvankelijk in het ‘weg zijn van thuis’. Op avontuur. Kamperen moet je leren. Je voegen naar de kampregels. Jezelf handhaven binnen een groep kinderen. Uitgedaagd worden om dingen te doen waarvoor je misschien zelf niet gauw zou kiezen. Tijdens zo’n kamp heb ik bijvoorbeeld, in zekere mate, mijn hoogtevrees overwonnen. Klimmen en abseilen in de Belgische Ardennen. Mijn angst voor het donker en soms onweer en bliksem leerde ik beheersen tijdens het slapen in een tent, een stalen vlet, onder een zelfgemaakte tarp of zelfs in de open lucht! 

In groepjes fourageren en dan koken. Ook dat laatste heb ik er, in zekere mate, geleerd (…). Samenwerken. Ontdekken dat ieder zijn/haar eigen kwaliteiten heeft en dat dat ook de verrijking is binnen zo’n groep; de een leest gemakkelijk kaart en kompas. De ander kan goed luisteren of troosten. Een volgende is handig bij het pionieren of zet op de bonte avond, in een mum van tijd, een sketch in elkaar. Een mini-maatschappij.

Nu gaan onze eigen kinderen op kamp. Ze gaan eigenlijk altijd enthousiast weg en komen ook weer opgetogen terug. Met een rugzak vol verhalen. Over de hike of de spooktocht. Over dat leuke spel of over de leiding met wie ze zo konden lachen. Ik geniet van die verhalen. Ze zijn zo herkenbaar. En op die ervaringen kunnen ze toch zeker weer een tijdje teren.

Kamperen doen wij zelf dus ook nog steeds met de kinderen. De eerste nacht in de tent. De eerste bui regen op de tent. De eerste kop koffie voor de tent in een warm ochtendzonnetje. Het is onbetaalbaar. Mijn man die, in een oerhollandse stortbui van regen, onverstoorbaar eieren met bacon staat te bakken met zijn wax-jas aan. Met een straffe mok koffie in de hand. De kinderen die inmiddels niet meer gillen bij iedere spin, naaktslak of wesp in of rondom de tent. Omdat ze gewend zijn aan het buitenleven. We zouden het niet meer willen missen. 

Jaarlijks moeten we wel weer spullen vervangen. Matjes die lek zijn. Haringen die krom zijn. Slaapzakken die te kort zijn geworden of koffers die niet zijn meegegroeid met de groei van de kinderen. En zo groeien wij met hen mee. En geven we hen de liefde mee voor het kamperen en buitenleven. Het blijft zoeken en uitproberen maar kamperen kun je leren. Een leven lang.

Reageren? … Blader naar beneden plaats jouw reactie direct onder artikel [binnen 30 dagen na publicatiedatum]

⊗——het einde ——⊗

◄ klik voor Publicatieschema columnisten

voorliggende column is tot nu toe gelezen door: 153 lezers



Ontdek meer van MAASSLUIS.NU

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

Christel van Berkel

Christel van Berkel

CHRISTEL VAN BERKEL-VERLAAN | Columniste 2 per maand
Chaotische huisvrouw met ADD | Gepassioneerd zangeres en dirigente |
Gezegende vrouw van Arij | Liefdevolle moeder van Siri, Evi & Isaak