Klik voor de definitie van een column
  Een column is géén nieuwsartikel. Wat is het wel? Onderstaande maakt duidelijk dat je een column moet begrijpen door niet alleen de woorden tot je te nemen, maar door te bedenken welke  boodschap de columnist – mogelijk tussen de regels door –  aan de lezers geeft. Begrijp je de boodschap? Zie je wat de schrijver bedoelt? Daar kan ieder individu wat van vinden. Als het een eigen pijnplek is, kan de lezer de aanvechting hebben om helemaal erin mee te gaan of er volledig tegenin te gaan. Het is goed dat je als lezer weet wat (de waarde en betekenis van) een column is.
  • De aard van de journalistieke vorm van columns is dat deze informatief, leerzaam. onderhoudend maar ook kritisch, humoristisch (parodie, ironisch, sarcastisch, satirisch) en prikkelend kunnen zijn binnen een maatschappelijke context.
  • Waar de columnist dat zelf nodig acht, kunnen links in de tekst staan die naar achtergrondinformatie doorverwijzen
  • Wat voor de één een leuke of rake column is, is voor een ander onzin, een belediging of niet acceptabel. Youp van ’t Hek die met alles en iedereen de vloer aanveegt in zijn columns in het NRC wordt niet door iedereen gewaardeerd. Hetzelfde geldt voor Theo Holman in Het Parool en diverse andere columnisten.
  • Aan columnisten wordt door de Nederlandse rechter een grote mate van vrijheid toegekend in hun columns. Deze vrijheid kan zich ook uitstrekken tot teksten die, als ze buiten een column geschreven zouden zijn, als kwetsend of beledigend gekenmerkt worden.
Zie ook bijgaande definitie van wikipedia:  

© wikipedia

Het is een tijd met veel beweging door spanningen over verschil in opvattingen, met daaraan waardenconflicten ten grondslag. Denk bijvoorbeeld aan de berichten over oorlogszuchtige land-toe-eigening, over vrouwen c.q. anderen die door ideologiedespoten worden onderdrukt óf over de afweging of innovatieve technologie wel in handen van politieke ‘concurrenten’ mag komen.

‘Verschil in opvattingen’ is dan heel voorzichtig uitgedrukt. We zien bij niet democratie-gezinden de teneur van het willen voorkomen dat we negatieve effecten gaan ondervinden van anderen die mogelijk de boventoon kunnen gaan voeren. Ook al komen we snel in vaagheden terecht met ingewikkelde veronderstellingen als ‘het willen voorkomen’, ‘negatieve effecten gaan ondervinden’ en ‘de boventoon voeren’, toch durf ik het aan om een rode draad te benoemen.

Dat is de veronderstelling ‘het zou toch zomaar kunnen zijn dat we door anderen een nadeel zouden kunnen ondervinden’ die is verworden tot ‘ga er nu maar vanuit dat we de ander in de gaten en onder de duim moeten houden, dan loopt het leven vast niet uit de hand’.

We zien dergelijke schaakspelen helaas uit de hand lopen en dat we, degenen die zich in hun overtuiging verloren hebben, tot bezinning moeten zien te krijgen. Gelukkig krijgen we dagelijks nieuws over de westerse leiders die elkaar blijven opzoeken om de handen ineen te slaan. Zo is dit weekend de Veiligheidsconferentie in München. Dat bemoedigt, want aan tafel vindt het gesprek plaats en geen blijvende onderdrukking en geen dikke wijzende vinger naar de ander vanuit wantrouwen.

Dus een niet te stuiten overtuiging te moeten socialiseren is onze bemoediging. Kijk uit, denk ik dan, met het woord overtuiging. Maar overtuiging in de stemming van socialiseren is wat past bij de beste staatsvorm die democratie heet.

Sympathie hoeft niet altijd dik benadrukt te worden, als sympathie maar niet geheel onder het tapijt verdwijnt. Dus iets mag best sympathie kosten als we elkaar maar blijven uitnodigen tot socialiseren. Maar, wanneer moeten we dan gaan opletten?

Het wordt opletten geblazen wanneer je naar anderen gaat wijzen zonder je realiseren dat er altijd vier vingers terugwijzen. Die vier vingers zijn altijd een uitnodiging om die ene wijzende vinger ter discussie te blijven stellen. Dan kan die vinger naar de andere(n) het gesprek van de dag blijven. Je zit als lezer dan vanzelf op een voorbeeld te wachten. Dat zijn zeker de omgekeerde Nederlandse vlaggen die voor de weggebruiker opdoemen. De achtergrond van die actie is (in haar essentie) wel duidelijk.

Maar, we zien hier die eigenzinnige vinger naar de ander die maar niet ophoudt. Nu is het ongevraagd vlaggen ophangen in de openbare ruimte, zonder je af te vragen of anderen dat wel op prijs stellen, op zich al een ongewenst handelen. Weliswaar blijven vlaggen op eigen terrein ruimschoots langs snelweg provinciale weg staan. Begrip is bij mij omgeslagen naar ‘geen sympathie’.

Het doet mij denken aan een psycholoog die eens zei ‘als een kind langer dan een minuut huilt, dan moet het naar de dokter!’ Kortom, het signaal mag er zijn, maar het moet ook een keer afgelopen zijn. Anders gezegd: ‘met aandacht blijven vragen voor je eigen stampvoeten kom je samen niet verder!’ Het gaat dus vervelen en geeft daardoor een verlies aan sympathie voor de gevraagde aandacht.

Nog even los het feit dat al die vlaggen geld kosten, dat medeburgers die het minder breed hebben graag te besteden willen hebben, laat het postergedrag rondom de verkiezingen altijd heel mooi zien hoe we een (tegen)geluid kenbaar kunnen maken. Eigenlijk is zo’n poster die overdenkende vinger naar de andere, maar gelijk met een intentie dat de andere vier die terugwijzen tegelijk een actie uitdrukken om te willen socialiseren.

Ik vind het leuke van de verkiezingstijd dat velen partijposters achter de ramen hangen. Maar, na de verkiezingen is het weer klaar. Dan hebben we onze kleur kenbaar gemaakt en blijven we elkaar als goede buur begroeten en kan het verschil in inzicht en opvatting blijven en besproken worden.

We sluiten de ander niet uit, we helpen elkaar als goede buur en blijven niet roepen dat we niet gehoord worden. We vertrouwen erop dat democratische besluitvorming ons weer brengt bij wat gemiddeld acceptabel wordt gevonden.

Over helpen gesproken. Iedere sfeer en actie van het willen voorkomen dat we negatieve effecten gaan ondervinden van anderen wordt tenietgedaan met de hulpacties voor de aardbeving in Turkije en Syrië. Je zou toch zeggen ‘als dit geen reden is voor een staakt het vuren, dan weet ik het niet meer!’ Maar we ervaren dat ideologiedespoten tot op het bot een samenleving verzieken en hebben lak aan socialiseren. De ernst daarvan blijkt extra omdat de aardbeving een impact heeft van ongekende omvang. Onwaardig rotzooi trappen moet kantelen naar elkaar helpen als goed(e) buur(land). De WHO-regionaal directeur voor Europa noemde de aardbeving trouwens de ergste natuurramp in de Europese regio in een eeuw. Zelfs in Zuid-Limburg werd de aardbeving gemeten.

Hoe zou het zijn als de mate waarin de aardbeving wereldwijd nu schokt en verbaast, leidt tot een halt van de door propaganda gedreven verdwazing voor oorlogszuchtige landtoeëigening met ongekend veel slachtoffers en onderdrukking? We kunnen alleen maar hopen, hulp biedend aan degenen de dat bij hun strijd zo nodig hebben, dat de gemoederen rondom een diep wantrouwen van politieke ‘concurrenten’ getemperd kan worden. De jonge generatie stel vast een samenleving op prijs met minder beschadigende extremiteiten.

Het is duidelijk dat het blijven vinden ‘niet gehoord te worden’ met een drammende vinger sympathie en democratie ondermijnt. De vlaggen kunnen dus weg. Want, voor je het weet word je met een blijvend wijzende vinger gezien als een Dagobert Duck die, zonder een vooruitzicht (in zijn geval even geen betaald werk), net zolang wacht tot de muntenpoets eindelijk een keer in de aanbieding is.

Reageren? … Blader naar beneden plaats jouw reactie direct onder artikel [binnen 30 dagen na publicatiedatum]

⊗——het einde ——⊗

◄ klik voor Publicatieschema columnisten

voorliggende column is tot nu toe gelezen door: 230 lezers


André Bruijn

André Bruijn

André Bruijn | Bruijn Management & Ontwikkeling | Organisatieadviseur | Integriteitscoach | Auteur | Gitarist | (Levens)kunstliefhebber

1 Reactie

  1. Aad Rieken
    22 februari 2023 at 00:02

    Als de vlaggen zijn gestreken en de trekkers van de baan.
    Komen ze met nieuwe streken! en in Fakkeloptocht aan?!