Klik voor de definitie van een column
  Een column is géén nieuwsartikel. Wat is het wel? Onderstaande maakt duidelijk dat je een column moet begrijpen door niet alleen de woorden tot je te nemen, maar door te bedenken welke  boodschap de columnist - mogelijk tussen de regels door -  aan de lezers geeft. Begrijp je de boodschap? Zie je wat de schrijver bedoelt? Daar kan ieder individu wat van vinden. Als het een eigen pijnplek is, kan de lezer de aanvechting hebben om helemaal erin mee te gaan of er volledig tegenin te gaan. Het is goed dat je als lezer weet wat (de waarde en betekenis van) een column is.
  • De aard van de journalistieke vorm van columns is dat deze informatief, leerzaam. onderhoudend maar ook kritisch, humoristisch (parodie, ironisch, sarcastisch, satirisch) en prikkelend kunnen zijn binnen een maatschappelijke context.
  • Waar de columnist dat zelf nodig acht, kunnen links in de tekst staan die naar achtergrondinformatie doorverwijzen
  • Wat voor de één een leuke of rake column is, is voor een ander onzin, een belediging of niet acceptabel. Youp van 't Hek die met alles en iedereen de vloer aanveegt in zijn columns in het NRC wordt niet door iedereen gewaardeerd. Hetzelfde geldt voor Theo Holman in Het Parool en diverse andere columnisten.
  • Aan columnisten wordt door de Nederlandse rechter een grote mate van vrijheid toegekend in hun columns. Deze vrijheid kan zich ook uitstrekken tot teksten die, als ze buiten een column geschreven zouden zijn, als kwetsend of beledigend gekenmerkt worden.
Zie ook bijgaande definitie van wikipedia:  

© wikipedia


 

column nr: 34

KERSTWEEK, KANTELPUNT VOOR BEZINNING!

Wanneer ik denk aan Kerst, dan zijn mijn associaties ‘traditie en verplichte nummers’ en ‘familiaire gezelligheid en een extra kans dierbaren te ontmoeten’. Wetend, dat er veel medelanders zijn, met (geheel) andere culturele tradities, die andere momenten in het jaar kennen om hun manier van bezinnen betekenis te geven.

Zonder te verzanden in de diversiteit waarin de kerstdagen worden doorgebracht, want menigeen heeft er ook niets mee, pak ik vanuit het gezelligheidsaccent mijn herinneringen én vooruitblik op volgende week op. Centrale vragen zijn ieder jaar toch weer ‘Wat doen wij dit jaar met Kerst en wie gaan we waar ontmoeten?’ Dit doet mij vermoeden dat de meesten het wel willen koesteren van het familiaire én dierbaren ontmoeten op de agenda zullen hebben.

Dit jaar is er iets bijzonders in het bijzondere van de Kerst-ontmoeting. Het ligt niet in de lijn der verwachtingen dat we in groepsgroottes zullen zijn zoals we dat gewend zijn. Wat dan overeind blijft, is de niet te stuiten knusheid van ‘wij gaan er sowieso op eerste of tweede kerstdag wat gezelligs van maken’. Dat is een kantelpunt, want niemand kan zich een opgelegde noodzakelijke kleinschaligheid heugen. Dit laat onverlet dat ook genoeg mensen de kerstdagen zonder tamtam en zonder groepsbezoek gewend zullen zijn. Wat vast óók overeind zal blijven, is de knusheid ondersteunende versierdrift. Met onze digitale media-apparaten overbelastende filmpjes, met flikkerende kerstbomen en glitterende arrensleetjes, zullen veel huiskamers sfeervolle verlichting kennen. Ook menig winkelstraat heeft de gewoonlijke uitstraling, met dan minder risico om fluitende oren te krijgen van veel winkelde mensen of van uit winkels komende ‘publiektrekkende stereo’s op tien’.

Wat ik machtig vind is de muzikale klasse die sinds de jaren ’50 voorbij kan komen. De Kerst heeft vele muzikanten geïnspireerd. Ik doel dan niet op de jaarlijkse creatiefloze muziekreeksen op de radio. Maar op de moeite die wordt gedaan om uitstekende composities uit het stof te halen. Iedere generatie laat de eigen verbeelding spreken over wat men waardeert als muziek bij deze periode. Goed luisterwerk laat zich gelukkig niet verdringen en zal ongetwijfeld in woonkamers klinken. Alles wat gezelligheid maakt, gaan we de komende weken verzamelen om er het familiaire en vriendenelan aan te geven dat ons zint. Wat was dit eigenlijk voor een jaar? Wat wil ik daaruit meenemen? Wat heeft het, ondanks ongemakken, gebracht om het nieuwe jaar met overgave in te gaan?

Vrolijk wordend van de ‘lekker-thuis gedachte’ levert de ‘traditie en het verplichte nummer’ volgende week mij een prettige gezellige gedachte. Ik maak gelijk een kanttekening. Want, er is meer nodig voor een vredige gedachte, zeker nu vrijheid extra broos is en in praktische betekenis voor velen kantelt. Graag omarm ik excellente initiatieven en beperk mij nu tot Het Vredespaleis in Den Haag als ‘Levend instituut van het internationale recht’. Het ruim 100 jaar geleden gerealiseerde gebouw van wereldklasse schrijft een nog lang niet voltooid hoofdstuk in de geschiedenis van de mensheid. Goed, waartoe zetten de komende dagen jou aan om op vreedzame wijze conflicten op te lossen? Iets om een kaarsje op te branden bij het kleinschalige! Dit om de ons al gestelde vragen daarbij dan te kunnen verrijken met tijd én ruimte in het hoofd voor het goede gesprek.

Het ‘meer nodig voor een vredige gedachte’ brengt ons bij een soort diep verlangen naar kantelpunten. Deze komen onmiskenbaar voort uit een knielval voor mooie gezamenlijke belevingen. Velen hunkeren naar een prachtig concert, van online naar offline, waarvan ieder die aan events het brood verdient of de consument mateloos geniet. Dus van de Kerst-vibe naar de event-lekker-uit-vibe. Hiermee is geaccentueerd dat Kerst je ook kan laten dromen over wat gaat komen. Het is nieuwsgierigheid dat kan worden aangewakkerd. Hiermee is de kerstperiode een onveranderd optionele mogelijkheid voor een persoonlijk én gezamenlijk kantelpunt. Dit met het hoofd buiten de dagelijkse sleur, om letterlijk de zinnen te verzetten.

Vrede en Kerst. Het is vroeger thuis nooit echt een vredes-vibe geweest. De nadruk lag op het goed met elkaar omgaan. Waar we in een land leven met scheiding van kerk en staat -wat betekent dat de staat en de kerk (of andere religieuze instituten) ieder hun eigen zaken regelen en zich niet met elkaar bemoeien of elkaar de regels voorschrijven- was er bij Kerst in ieder geval geen aandacht voor de staat. Dat is thuis nog steeds zo. Leuk eigenlijk! Want de centrale vragen waarmee ik begon ‘Wat doen wij dit jaar met Kerst en met wie gaan we waar ontmoeten?’, kennen al decennia hetzelfde antwoord. In die traditie is geen kantelpunt. Maar, het nu ‘kleine gezamenlijke’ brengt volgend jaar vast nieuwe ideeën van multiculturele verbindingen in een ‘groot gezamenlijke’.

Afgelopen jaar zagen we een creatief inspelen op bijvoorbeeld het niet zomaar kunnen bezoeken van je naasten. Laat onze associaties vooral de vrije loop als aansporing voor een creatieve geest, in de aanloop naar een prachtig 2021!

Reageren? ... Blader naar beneden plaats jouw reactie direct onder artikel [binnen 30 dagen na publicatiedatum]

⊗——het einde ——⊗

◄ klik voor Publicatieschema columnisten

voorliggende column is tot nu toe gelezen door: 133 lezers

André Bruijn

André Bruijn

André Bruijn | Columnist periode 09-2019 tm 05-2023 | Bruijn Management & Ontwikkeling | Organisatieadviseur | Integriteitscoach | Auteur | Gitarist | (Levens)kunstliefhebber