MAASSLUIS | Volgens Artikel 51 van het Reglement van Orde vindt schriftelijke beantwoording zo spoedig mogelijk door het college van B&W plaats, in ieder geval binnen 30 dagen. Indien beantwoording niet binnen deze termijnen kan plaatsvinden, stelt het college de vragensteller hiervan gemotiveerd in kennis, waarbij de termijn aangegeven wordt, waarbinnen beantwoording zal plaatsvinden.
In de periode 2022 komt het steeds vaker voor dat de termijn van 30 dagen niet wordt gehaald, en dat vragensteller hier niet van op de hoogte wordt gesteld.
Dit is reden voor fractievoorzitter Hans van der Burg om namens VSP Maassluis schriftelijke vragen te stellen met het verzoek dat deze op korte termijn zullen worden beantwoord.
De vragen op grond van Artikel 51 van het Reglement van Orde:
1. In 2022 (periode jan-aug) zijn er schriftelijke vragen gesteld over in totaal 22 onderwerpen. Deze worden bij de raadsvoorzitter ingediend door tussenkomst van de griffier.
Vraag 1.1: Bent u zich ervan bewust dat deze binnen een termijn van 30 dagen moeten worden beantwoord?
Vraag 1.2: Waarom worden er geen tussenantwoorden gegeven wanneer de termijn van 30 dagen niet kan worden gehaald ?
2. Van de 22 onderwerpen zijn er op moment van dit schrijven slechts 9 binnen de termijn van 30 dagen beantwoord.
Vraag 2.1: Zijn er specifieke onderwerpen welke sowieso niet binnen de 30 dagen kunnen worden beantwoord, zo ja binnen welke categorie of categorieën?
Vraag 2.2: Kunt u aangeven wat de voornaamste reden is hiervoor?
3. De betreffende 4 onderwerpen waarvan de schriftelijke vragen nog altijd onbeantwoord zijn staan inmiddels 100 dagen en langer open!
Vraag 3.1: Is de verwachting dat beantwoording nog langer op zich laat wachten?
Vraag 3.2: Zo ja, kunt u dan aangeven wat de reden hiervan is?
Ontdek meer van MAASSLUIS.NU
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.