column nr: 5
Ik had de redactie beloofd om na het fietsen door Maassluis en het autorijden door Maassluis een column te schrijven over “met de metro door Maassluis” in de optimistische verwachting dat die toch wel eens klaar zou zijn nu.
Maar helaas, alleen lege metrostellen passeren het raam van mijn “werkplek” met de vermelding: “Niet instappen”. Dan maar teruggrijpen op een enigszins gedateerde belevenis: niet een rondje door Maassluis, maar boven Maassluis op 1000 voet, of ongeveer 300 meter hoogte. Lager mag niet.
Opgestegen vanaf Zestienhoven met aan de stuurknuppel: één van mijn eigen zoons ja. Hoe leuk is dat! Vrouw en dochter achterin, ik tweede “piloot”. Even wat noodprocedures uitgelegd krijgen en oefenen: remmen, hoe gaat de deur open, hoe reageren de flaps, hoe geef je gas en trek je de kist weer op. Voor het geval dat.
Een tijdje pappa-hotels en delta-whiskeys met de verkeerstoren en dan het gas er op. Boven de A13 naar Scheveningen, Kurhaus, strand, Maasvlakte, even flinke turbulentie boven het aardgasstation en met de Waterweg als navigatiesysteem richting Maassluis. Een extra rondje boven je eigen wijk? Leuk natuurlijk, maar vraagt wel wat voorbereiding: eerst toestemming krijgen van de verkeersleiding, want je zit in de aanvliegroute van Zestienhoven en er kan zomaar een Transavia-kist aankomen op geringe hoogte. Dus weer even pappa-hotel-delta-whiskey-orbit.
En ook en vooral communiceren naar de passagiers wat er gaat gebeuren, kijken of zij nog niet bleek om de neus worden nu de grenzen worden opgezocht. En dan: let op je draagvlak: bij een cirkeltje draaien op wijkniveau gaat de kist erg scheef hangen en dat betekent dat je veel, zelfs te veel, draagvlak kan verliezen.
En daar is de metafoor van dit verhaaltje richting onze gemeente: communiceren met alle belanghebbenden op manieren die passen bij die verschillende doelgroepen. Én: draagvlak zien te houden, dus geen onverwachte manoeuvres maken of te kort door de bocht gaan. Ik zal de voorbeelden achterwege laten, die kennen jullie zelf.
Het protocol met de verkeerstoren is qua inhoud en timing volstrekt duidelijk voor de piloot. En deze is beslist toereikend om een technisch perfecte draai te maken. De communicatie met de passagiers, (lees: de inwoners), vraagt om andere woordkeuze, meer flexibiliteit en emphatie. Een ruimere opvatting over hoeveel, met wie, hoe en wanneer je communiceert, helpt daarbij en wordt zeker gewaardeerd en werpt z’n vruchten af. Doe meer en anders dan in het protocol staat.
Oke, we mogen nog een rondje, maken het wat groter, en hebben van deze hoogte een mooi overzicht op de eerste stad aan de Waterweg. Dan richting Rotterdam, weer het hele spellingsalfabet met de verkeerstoren, ter hoogte van de Euromast een kwart rondje richting het Fransiscus, dwars over de landingsbaan, dan driekwart rond, even goed mikken en de wieltjes draaien weer op het asfalt.
De passagiers zijn er gelukkig goed aan toe: geen braakneigingen (meer) of witte gezichten. Applaus voor de piloot.
1 Reactie
Minder leuk voor de inwoners van Maassluis dat vliegtuig lawaai. Van Rotterdam The Haque airport, de commerciële vluchten, hebben we weinig last. Wel van alle sportvliegtuigjes die continue, vooral in het weekend boven de Waterweg en dus boven Maassluis cirkelen.