door Jelle Ravestein

Voor niets gaat de zon op, maar zon-energie win je niet gratis

MAASSLUIS | In onze stad probeert de gemeente dapper ook een steentje bij te dragen aan de terugdringing van de opwarming van de aarde, het CO2 probleem en de schaarste van energiebronnen.

Lokaal

De initiatieven die lokaal zichtbaar zijn betreffen gasloze nieuwbouwhuizen, windmolens net buiten de gemeentegrenzen, (gesubsidieerde) zonnepanelen op daken van winkelcentra, stadhuis, bij particulieren of een zonnepanelenpark zoals aan de Hooge Zeedijk.

Het laatste voorbeeld is een voorbeeld van armoe. Een – schaars beschikbaar- groengebied volstouwen met zonnepanelen en burgers die vervolgens hun energie voetafdruk afkopen door een paar exemplaren te huren voor een termijn van tien jaar.

Vanuit historisch perspectief kunnen we dit afkopen vergelijken met de aflaathandel van duizend jaar geleden.

Het fenomeen ‘aflaat’ was een manier om tijdelijke straffen voor zonden af te kopen. Het ging hierbij om zonden die in de biecht waren beleden. Met aflaten kon de tijd in het vagevuur – waar men na de dood kwam – verkort worden… In de loop van de Late Middeleeuwen nam de verkoop van aflaten steeds grotere vormen aan.

zie: Historiek.net

► tekst gaat verder onder de foto…

© google view

 

Verborgen effect

Een verborgen effect van dat ‘afkopen’ is dat weliswaar een ‘gratis’ bron (zon, wind of waterkracht) wordt aangewend, maar dat dit niet leidt tot verminderd verbruik van elektriciteit onder het mom van “ik wek het toch zelf op?!”. Door het grotendeels verbruiken van die ‘eigen’ energie, blijft er niet veel over dat voor andere noodzakelijke verbruikers beschikbaar is. Die verbruikers die nu nog op traditionele bronnen (steenkoolcentrales) draaien, krijgen dus minder ‘schone energie’.

Belangrijk is dat er gezocht wordt naar haalbare reductie van het verbruik per persoon/wooneenheid/ bedrijf. Daarnaast moeten de alternatieve bronnen (zonnepanelen e.d.) hun elektriciteit volledig kunnen doorgeven zonder restrictie.

Probleem

Het elektriciteitsnetwerk moet worden aangepast om de capaciteit van alle kleine bronnen maximaal te kunnen inzetten; momenteel zit daar een bottleneck. De inzet van gas moet ondertussen anders, wat gevolgen heeft voor de volumes van gas, die worden ingezet. We moeten als stad, als land, als politiek dus ‘groter’ denken, breder kijken naar de bepalende spelers op de energiemarkt, zijnde de grote energieproducenten en de netwerkbeheerders. Die overgang is complex en vraagt om goede plannen vanuit overheid in samenspraak met de energiesector.

Complex speelveld

De energiesector is aan het begin van deze eeuw flink vercommercialiseerd. Enerzijds zijn er de producenten, anderzijds de beheerders van het netwerk. Energiebedrijven die niet langer onder de overheid vielen, werden een overnameprooi van buitenlands grote broers. Een aantal voorbeelden:

  • Eneco was in handen van 44 Nederlandse gemeenten, maar op 25 maart 2020 is de Japanse combinatie van Mitsubishi Corporation (80%) en Chubu Electric Power Co. (20%) de nieuwe eigenaar geworden
  • Nuon is eigendom van Vattenfall, een Zweedse markleider in Europa
  • Essent is onderdeel van het Duitse RWE

Wie op wikipedia over deze bedrijven leest, ziet wat er aan strategische keuzes worden gemaakt – soms wettelijk opgelegd, vaak echter winstmarge gedreven.

Qua PR doen deze bedrijven alsof zij het voortouw nemen in de energietransitie, maar wat doen de diverse energiebedrijven feitelijk?

Energiemarkt van de energieproducenten

Vroeger hadden we nutsbedrijven, lokale energiebedrijven voor het algemeen nut. Deze produceerden en beheerden lokaal en hadden een lokaal belang. Dat lig al enkele decennia achter ons.

Energiebedrijven hebben gezamenlijk een eigen termijnmarkt waarop zij energie inkopen en verkopen. Zij speculeren op afname volumes per seizoen en (ver)kopen over en weer energie. Daarmee is zowel gas als elektriciteit een marktproduct geworden, wat bv bij piekafnames (gas / elektra) leidt tot hoger prijzen die soms worden doorberekend. We kennen dat laatste van recente datum bij gas, waarbij de overheid de consumenten (burgers) moet compenseren, terwijl de inschattingsfout ligt bij de energie inkopers! Dat geeft te denken. Welk belang gaat voor?

Heeft de overheid die bedrijven in zijn greep of is het andersom?  Wie bepaalt de richting waar wij heen moeten?

Netwerkbeheerders 

Naast de energieproductiebedrijven zijn er de netwerkbeheerders:

  • Coteq Netbeheer
  • Enduris
  • Enexis
  • Liander
  • RENDO Netwerken
  • Stedin
  • Westland Infra

Deze zijn regionaal verdeeld en beheren elektriciteitsnetwerken. In 2012 was al bekend dat de nieuwe vormen van energiewinning zouden leiden tot een zeer verfijnde matrix van netwerkknooppunten om de gewonnen energie van de bovengenoemde (kleine, lokale) energiebronnen te kunnen toevoeren naar het hoofdnetwerk. Dat betekent dat er een fijnmazig netwerk moet worden opgebouwd om de opgewerkte stroom te kunnen kanaliseren.

Dat het tien jaar moest duren voordat er substantiële actie kwam, is merkwaardig te noemen. Kennelijk was het break-even point voor de investering in het fijnmazige netwerk (matrix of grid genoemd) lang niet in zicht en gingen deze beheerders daarom niet over tot actie.

Die afwachtende houding kan deels op conto van de afgelopen kabinetten worden geschreven, want die hadden een visie kunnen hebben én de beheerders kunnen dwingen om die netwerken aan te leggen.

Opvallende switch van overheid naar belanghebber

Cora van Nieuwenhuizen, oud minister van Infrastructuur en Waterstaat is afgelopen zomer gestopt en staat nu aan de andere zijde als lobbyist voor Vereniging Energie-Nederland, de brancheorganisatie van energiebedrijven in Nederland: een Nederlandse brancheorganisatie voor producenten, leveranciers en handelaren van stroom, gas en of warmte. Bij de organisatie zijn anno 2019 zo’n 60 leden aangesloten en de vereniging vertegenwoordigt daarmee naar eigen zeggen 80% van de markt. Dit soort overstappen van de ene naar de andere zijde kennen we van vele politici.

Wat gaat zij – goed betaald- tot stand brengen?

Duitsland in spagaat

Geeft Duitsland het voorbeeld hoe het moet? In het Financieel Dagblad staat vandaag een artikel over de spagaat waarin Duitsland zit met haar visie op energietransitie. Dat gaat over:

  • Duitsland probeerde zijn Energiewende als model over de wereld te verkopen.
  • Duitsland staat inmiddels geïsoleerd met de nucleaire exit en het kolenafscheid.
  • De toenemende afhankelijkheid van Russisch gas baart zorgen.
  • Het energievraagstuk kan niet los worden gezien van het buitenland beleid.

Met het besluit hernieuwbare energie te stimuleren en stapsgewijs te stoppen met kernenergie én kolen is Duitsland voorloper. Het klinkt mooi “Duitsland als ‘internationale voortrekker’ en als ‘laboratorium van de toekomst’, en dat allemaal voor de goede zaak.” In de praktijk loopt het echter vast. Op weg naar een fossielarme wereld worden bestaande energie- en stroomhuishoudingen overhoop gegooid.

Duitsland ligt onder vuur over de ‘onnozele’ en ‘overhaaste’ sluiting van de ‘schone’ kerncentrales in een tijd dat stroom- en gasprijzen extreem hoog zijn, met een beweerde provocatieve rol van Rusland. Het lijkt dus geen voorbeeld voor ons land.

zie het volledige: artikel in FD

Waar gaan we heen?

Het is koffiedik kijken, maar een ferme eensgezinde koers ontbreekt. De achterstand in het aanpassen van het netwerk is groot gezien de werkelijkheid van de vele kleine energiebronnen. Het is de vraag of het nieuwe kabinet een leidende rol gaat spelen. Duitsland lijkt momenteel in ieder geen voorbeeld voor ons land.


 


Ontdek meer van MAASSLUIS.NU

Abonneer je om de nieuwste berichten in je inbox te ontvangen.

Redactie Milieu&Natuur

Redactie Milieu&Natuur

Redactie MILIEU & NATUUR | Schrijft artikelen over de natuur en het milieu en plaatst binnen dit thema artikelen die via persberichten zijn aangeleverd.

2 Reacties

  1. Henk van Woerden
    24 januari 2022 at 19:24

    Wat een wirwarrige warboel is dit verhaal. Geen kop of staart aan. Blij dat een ongebruikt stukje grond aan de Hoge Zeedijk nog nuttig wordt gebruikt.
    Eigenlijk is de energieteansitie voor Maassluis heel eenvoudig. We kunnen !nu! beginnen met het terugdringen van de energievraag door de huizen te isoleren. Dan zoveel mogelijk duurzame energie opwekken binnen de stad met zonnepanelen. En daarna eens kijken of de CV vervangen kan worden door een warmtepomp. Dat hebben we zelf in de hand. Niemand bij nodig. Dan dalen de maandlasten spectaculair.

    De rest zien we daarna wel. Laten we Stedin en de gemeente de ruimte geven om hun werk te doen.