Ik wandel op deze zeer warme ochtend toch even door het stadshart. Veel mensen mijden de warmte en ik verkies als de meesten ook de schaduwzijde. Het is nog voor het middaguur maar nu zijn vrijwel alle terrassen leeg. De koperen ploert heeft dat op zijn geweten.
Ik neem plaats op een bankje bij de fontein op de Markt waar een aantal peuters onder het toeziend oog van hun moeder en oma zich prima vermaken met het water.
Naast mij neemt een vijfenzestigplusser plaats. Hij groet en klopt op een stapeltje boeken dat hij op zijn schoot legt: “Dag meneer. Vijf stuks hebben ik gescoord! Prima vangst.” Hij grijnst en ziet dat ik zijn introductie niet begrijp. Hij vervolgt: “Ik ga elke week naar de concurrent van De Plataan, naar de kringloopwinkel Ratatouille en koop er dan 5 boeken die ik nog niet gelezen heb. Dat is geen geld, wat ik u brom.” Hij knipoogt erbij.
Nieuwsgierig kijk ik naar zijn nieuwe oogst. Er zitten interessante titels bij. Als ik mij niet vergis vallen er een aantal onder de categorie Literatuur. Boeken die ik bij een goede bibliotheek mag verwachten.
We raken aan de praat over een aantal schrijvers en over onze favorieten. Op een gegeven moment onderbreek ik hem en zeg: “Nu moet u toch eens vertellen hoe het er bij u thuis uitziet. Vijf boeken per week van Rataplan is toch gauw 250 boeken in het jaar. U doet dit wellicht al zes jaar. Waar laat u ze allemaal?”
Hij glimlacht: “Ik doe dat sinds mijn pensioen. Ik heb een goed pensioen. Ik werd weduwnaar toen ik achtenvijftig was. Ik wil ervoor zorgen dat mijn kinderen niet teveel sores hebben na mijn overlijden. Opruimen wat overbodig is. Ontspullen zoals dat tegenwoordig heet.”
“En hoe verhoudt zich dat dan tot die boeken? U heeft inmiddels meer dan duizend boeken bij toch?”
“Toch niet. Kent u dat gezegde Eén kopen, twee wegdoen? Ik wilde dat ontspullen in een leuke vorm doen. Ik heb met mezelf de afspraak gemaakt dat ik twee dingen moet wegbrengen als ik één boek wil kopen. Vaak zijn het echt overbodige spullen. Mijn huis is al aardig opgeruimd geraakt. Het ging hard. Na een jaar had ik al 250 dingen weggedaan. Op een bepaald moment ben ik daarom maar boeken uit die eerste vier jaar weer gaan brengen naar de kringloop.”
Even duizelt het me, ik probeer voor me te zien hoe zoiets verloopt: “Geeft dat geen keuzestress?”
“Jazeker de eerste twee maanden waren makkelijk. Echt overbodig spul was zo afgevoerd, maar daarna werd het lastiger. De honger naar boeken hielp me door de dilemma’s. En toen het eenmaal als routine ging, kon ik steeds makkelijker kiezen…”, zegt hij triomfantelijk.
“Als ik het goed begrijp, heeft u dus helemaal geen bibliotheek nodig om boeken te lenen en u koopt uw aanwinsten tweedehands voor 1 euro. Dat klinkt als een slimme aanpak. Ik ga dat idee van u meenemen, wie weet is mijn huis daarmee ook geholpen:”
“Ik kan het u zeker aanraden. Een opgeruimd huis geeft ruimte in het hoofd. Had ik dat boekenplan maar eerder ontdekt, dan kon ik nu met een gerust hart in mijn kist stappen. Niet dat ik het leven zat ben hoor.”
Ik sta op, bedank hem voor zijn verhaal. Even overweeg ik om naar het grandcafé te gaan maar gezien de aangekondigde hitte lijkt mij een lekker ijsje van Luciano een beter keuze. De ijssalon wordt druk bezocht. Ik maak mijn keuze en ik zeg zonder nadenken tegen de jongedame achter de toonbank: “Op de gezondheid van boekenlezers. Santjes!”
Zij kijkt mij aan met een blik van herkenning: “Santjes?! Dan bent u toch…?”
“Inderdaad!”
“Weet u dat veel winkeliers hier uw columns met plezier lezen?”
Ik schud mijn hoofd, waarna ik ons gesprekje snel afsluit met: “Nou dan eet ik dit ijsje op de gezondheid van de column lezers! Santjes!”
Columnisten schrijven eigen visie op persoonlijke titel.
- De aard van de journalistieke vorm van columns is dat deze informatief, leerzaam. onderhoudend maar ook kritisch, humoristisch (parodie, ironisch, sarcastisch, satirisch) en prikkelend kunnen zijn binnen een maatschappelijke context.
- Waar de columnist dat zelf nodig acht, kunnen links in de tekst staan die naar achtergrondinformatie doorverwijzen
- Wat voor de één een leuke of rake column is, is voor een ander onzin, een belediging of niet acceptabel. Youp van ’t Hek die met alles en iedereen de vloer aanveegt in zijn columns in het NRC wordt niet door iedereen gewaardeerd. Hetzelfde geldt voor Theo Holman in Het Parool en diverse andere columnisten.
- Aan columnisten wordt door de Nederlandse rechter een grote mate van vrijheid toegekend in hun columns. Deze vrijheid kan zich ook uitstrekken tot teksten die, als ze buiten een column geschreven zouden zijn, als kwetsend of beledigend gekenmerkt worden.
voorliggende column is tot nu toe gelezen door: 175 lezers Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.
Ontdek meer van MAASSLUIS.NU
Geen Reactie