Columnisten schrijven eigen visie op persoonlijke titel.
- De aard van de journalistieke vorm van columns is dat deze informatief, leerzaam. onderhoudend maar ook kritisch, humoristisch (parodie, ironisch, sarcastisch, satirisch) en prikkelend kunnen zijn binnen een maatschappelijke context.
- Waar de columnist dat zelf nodig acht, kunnen links in de tekst staan die naar achtergrondinformatie doorverwijzen
- Wat voor de één een leuke of rake column is, is voor een ander onzin, een belediging of niet acceptabel. Youp van ’t Hek die met alles en iedereen de vloer aanveegt in zijn columns in het NRC wordt niet door iedereen gewaardeerd. Hetzelfde geldt voor Theo Holman in Het Parool en diverse andere columnisten.
- Aan columnisten wordt door de Nederlandse rechter een grote mate van vrijheid toegekend in hun columns. Deze vrijheid kan zich ook uitstrekken tot teksten die, als ze buiten een column geschreven zouden zijn, als kwetsend of beledigend gekenmerkt worden.
Je hebt het ongetwijfeld meegekregen vanuit diverse nieuwsorganen. Genderneutraal taalgebruik. Het Landelijk Aktie Komitee Scholieren (LAKS) kwam woensdag met een lijst van taaltips over woorden die meer passen bij deze tijd, doordat ze kansengelijkheid bevorderen of zich niet meer richten op gender.
Ik ben zelf een fanatieke taalnazi – o wacht ‘nazi’… dat mag je niet zeggen!
Ik ben zelf een fanatieke voorstander van correct taalgebruik. Verdorie, voorstander is een ouderwets woord voor de penis.
Ik ben fanatieke voorvechter van correct taalgebruik. Oei, fanatiek… dat zet zich af tegen de niet-fanatiekeling. Alsof die minder zou zijn.
Ik bepleit correct taalgebruik…. Jemig… dat correct zet zich af tegen incorrect… Weer discriminatie!
Ik bepleit taalgebruik conform de afgesproken taalregels.
Hoezo?! Zijn mensen die zich niet aan taalregels houden dan minder of zo?!!!
Ik geef het op …
Maar hoe denk ik dan over “kansengelijkheid” en “niet op gender gericht”?
Helaas is dit dwaze kikkerland o zo vroom en über correct geworden: de geschiedenis wordt al een aantal jaren in symbool (zwarte piet, standbeelden, straatnamen, stedenband) en taal gezuiverd. O jee… zuivering … dat riekt naar rassenzuivering of genocide.
De negerzoen is verbannen en er is nog zo veel meer om zeep geholpen.
Het mooier doen voorkomen door middel van eufemismen slaat door.
We kennen bewust vage beroepsduidingen als interieurverzorgster, thuishulp en meer voor dames die tegen matige betaling huissloofje spelen. De dame van lichte zeden is feitelijk niets anders dan een – slechts redelijk betaalde – hoer. Klinkt heftig, hé? En stagiair is een andere etiket voor de zwaar onderbetaalde jonge onderzoeker die wel wat zinnigs oplevert voor een bedrijf, maar hoogstens een grijpstuiver krijgt voor zijn/haar inspanningen.
We kennen ook al meerdere decennia het etiket “vrijwilliger” wat staat voor iemand die met ziel en zaligheid zich jaren onbetaald de benen uit de gat loopt om op senior leeftijd te worden gedecoreerd met een lintje of bedankt met een bosje bloemen en en cadeaubon.
Wat betreft geslachtsduiding: we kennen gender onderscheid zoals bij de verpleegster en verpleger, de meester en de juffrouw, de badmeester en de badjuffrouw. Niets mis mee. Maar een vrouw heet voortaan directeur en niet directrice van een school…
Kansengelijkheid? Ik zie de advertenties al: Sollicitanten die wij zoeken zijn mensen van kleur (kleurloos taalgebruik) en mensen die menstrueren (wat een kut uitdrukking).
Stel je hebt het over ‘een kansarme buurt met veel drugsverslaafden, gescheiden mensen en mensen met grote schulden’. Noemen we dat dan voortaan ‘een woonparelbuurt met budgetbeperkte financiers van de drugshandel, kansen-grijpende tinder gebruikers en chronische klanten van de BKR’?
We zijn in een tijdbestek van honderd jaar steeds meer het spoor naar de werkelijkheid kwijt geraakt: telefoon (ja ja), radio (ga ga), televisie (bla bla), computerscherm (canva), smartphone (insta), concerten met hologram artiesten (ABBA). De afstand tot een mens van vlees en bloed is steeds groter geworden. Zelfs u kijkt thuis naar schermpjes, niet naar de mens naast u op de bank.
En dan zou de gesproken en geschreven taal nu ook nog eens een grotere afstand tot diverse feitelijkheden moeten worden. Ik zie heus wel dat gendervaagheid zijn intrede doet, maar daar hoef je het taalgebruik van een ander niet mee op te zadelen. Dat is een privé kwestie voor het betreffende individu.
Er komt geen gekunsteld. genderneutraal taalgebruik op maassluis.nu zolang ik de eindredactie voer. Dat schrijf ik hier expliciet, want wat gebeurde er afgelopen week…
Onze redactie werd per email gevraagd of wij willen deelnemen aan een onderzoek voor een scriptie over genderneutraal taalgebruik met de focus op lokale nieuwsmedia. De studente vroeg: “Ik zou graag een uurtje in gesprek gaan met lokale nieuwsmedia over hoe zij genderneutraal taalgebruik toepassen.”
Ik heb als eindredacteur kort geantwoord: “Wij hanteren geen genderneutraal taalgebruik. Een hij is een hij, een zij is een zij. Iemand die trans is, wordt geduid als hij of als zij conform de doelgender. Genderneutraal wordt door ons niet in alternatieve termen geduid. Dat is ons taalbeleid. Daarvoor is geen interview nodig.”
Dat is mijn visie en ik hoop van ganser harte dat alle medewerkers (en u als lezer) het met die visie eens zijn.
Overigens: waag het niet mij een ouderwetse lul te noemen, want dan zit je dubbelop fout volgens het LAKS!
Bij mij is het credo ‘alles en iedereen inclusief totdat er sprake is van extreem destructief’ Dan laat ik je links liggen.
Oeps… Links… alsof ik een hekel heb aan GroenLinks, SP en PvdA.
Reageren? … Blader naar beneden plaats jouw reactie direct onder artikel [binnen 30 dagen na publicatiedatum]
voorliggende column is tot nu toe gelezen door: 305 lezers Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.
Ontdek meer van MAASSLUIS.NU
1 Reactie
Genderneutraal taalgebruik:
Ik had het niet beter kunnen formuleren, wel iets agressiever en onvriendelijker want u wilt niet weten hoe zat ik dat hele gender/woke gedoe ben.