MAASSLUIS | “Ondermijning vormt een steeds groter probleem voor onze samenleving. Bij ondermijning zijn de boven- en onderwereld met elkaar verweven en wordt er gebruik gemaakt van legale structuren voor ondermijnende activiteiten. Het is een vorm van criminaliteit, die het best wordt bestreden door een samenwerking van ketenpartners, waaronder de politie, het OM en de Belastingdienst, en waarin ook steeds meer een rol voor de gemeente is weggelegd om op bestuursrechtelijke wijze het probleem aan te pakken.”, zo stel B&W in haar antwoord aan de raadsfractie van Forum voor Maassluis.

In 2020 is volgens de gegevens van FvM de Hoofd Handhaving als “Hoofd Bedrijvencontrole” aangesteld terwijl een ander waarschijnlijk zijn taken als Hoofd Handhaving heeft overgenomen. Tot op heden hebben zij in ieder geval hiervan op het gebied van het garagebeleid nog helemaal geen voordelen van kunnen ontdekken.

vraag 4 van de 25 vragen van de raadsfractie van FvM luidt:

“Ben U het met ons eens dat, ondanks het aantrekken van genoemd persoon, in de praktijk het handhaven van het gemeentelijk beleid van de garages en de regels van het APV — net als bij de
pleziervaart trouwens – een farce is. In 2015 schreef u ook dat het aantal garagebedrijven niet schrikbarend afwijkt van omliggende gemeenten en dat het toen niet nodig was daar beleid voor op te stellen.”

antwoord van B&W:

“We zijn dit niet met u eens. Onder regie van de gemeente zijn aantoonbaar meer controles uitgevoerd dan in vergelijkbare gemeenten. Recent is de eigenaar van een garagebedrijf door de rechter beboet voor misdragingen die tijdens een controle zijn waargenomen. We hebben goed zicht op de ontwikkelingen in de automobielbranche en houden regionale en landelijke ontwikkelingen in de gaten.”

Verder stelt B&W:

Om het vestigingsklimaat voor ondernemers te verbeteren en de ondermijnende criminaliteit te bestrijden, neemt de gemeente Maassluis een aantal keer per jaar het initiatief om een integrale controle te houden samen met betrokken partners. Naast deze integrale controles heeft de burgemeester in diverse overleggremia contact met collega’s van regiogemeenten en met de politie, het OM en het Regionaal Informatie en Expertise Centrum (RIEC) over dit onderwerp. In augustus 2020 hebben we een projectleider ondermijning aangesteld die belast is met ondermijning in zijn algemeenheid en in het bijzonder met integrale controles.

In het kader van het ontmoedigingsbeleid heeft de gemeenteraad eind 2019 een nieuw artikel in de APV opgenomen. Het artikel geeft de burgemeester de bevoegdheid om een vergunningplicht op te leggen voor panden, gebieden of bedrijfsmatige activiteiten die de leefbaarheid of openbare orde en veiligheid onder druk zetten (art. 2.40). Dit is een nieuw bestuurlijk instrument dat nog weinig gemeenten toepassen. Daarnaast is er een artikel in de APV opgenomen (art. 2.78) op grond waarvan de burgemeester een pand geheel of gedeeltelijk kan sluiten als de openbare orde dit vereist.

We waren voornemens om in het voorjaar 2020 artikel 2.40 van de APV toe te passen en een vergunningplicht voor autobedrijven te introduceren in Maassluis. Helaas heeft dit vanwege de Coronacrisis enige vertraging opgelopen. Tijdens de eerste maanden had de crisis onze prioriteit, moesten ook onze partners naar manieren zoeken om zich aan de nieuwe realiteit aan te passen en was het niet mogelijk om integrale controles uit te voeren. Het was daarnaast wenselijk om te wachten op een regionale schouw van de autobranche door het RIEC, die bijdraagt aan een juridisch gedegen onderbouwing van de vergunningsplicht. Inmiddels zijn de resultaten van de schouw in kwartaal drie bekend geworden. Sinds kort pakken we, in samenwerking met het RIEC, de integrale controles weer op en worden we vanuit het RIEC ondersteund voor een stapsgewijze ontwikkeling van ondermijningsbeleid.

In samenwerking met het RIEC en omliggende gemeenten zullen we in het najaar van 2020 ons ondermijningsbeleid verder uitwerken. We nemen hierin mee hoe we de vergunningplicht willen vormgeven en zullen ook kijken hoe we via het bestemmingsplan regelgeving kunnen verscherpen. We verwachten met de inzet van deze twee beleidsinstrumenten dat het aantal autobedrijven kan worden gereguleerd. Bij de toepassing van deze instrumenten is het wel belangrijk om de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit in acht te nemen en om deze op een juridisch correcte manier uit te rollen.

zie de volledige beantwoording hier:

Antwoordbrief

 


Hoofd Redactie

Hoofd Redactie

Hoofdredactie van Maassluis.Nu | Verzorgt berichtgeving die niet onder een specifiek redactieteam valt