Oké, nu moet het echt ophouden. Ik sta op het punt om een wildvreemde een paar foto’s onder de neus te duwen van mijn lieve schat Japie. “Kijk, hier is hij nog héél klein,” wil ik zeggen, maar ik slik de woorden net op tijd in. Alsof mijn klein-groter-grootst-foto’s van nota bene een meerkoet ook maar iemand zouden boeien. Zou bij mij hetzelfde zijn geweest – tot Japie in ons leven kwam. Nog geen dag oud was ie, piepklein en zielig. Met veel liefde en vooral heel veel plezier hebben wij hem groot gebracht.
En nu is ie bijna volwassen. En mag ie op zichzelf. Dus staan we met de hele familie op een warme donderdagavond op een steiger aan de Boonervliet. Japie kijkt onwennig naar al dat water. Pas als m’n kinderen erin gedoken zijn, lijkt hij te denken: goh, wat een groot zwembad, en plonst hij ze achterna. Het is een prachtig gezicht: die kinderkoppies boven het water en in het midden een meerkoetje, dat als een volleerde eend meedeint op de golfjes en zich prima vermaakt met zijn mensenvriendjes. Wat een mooi moment, wat een mooie afsluiting. Want wat heb ik genoten van dat kleine beestje.
Het was een voorrecht om de ontwikkeling van hulpeloos wezentje, dat net dertig gram woog en gevoerd moest worden met een pincet, tot stoere grote ‘kip’ (ons koosnaampje voor hem) van zo dichtbij te mogen meemaken. Wat was het heerlijk dat ik, toen ie nog heel piep was, ’s ochtends in de badkamer begroet werd door een kleine blije vogel. Dat er een puber-meerkoet rondscharrelde in de tuin, die eigenwijs overal even in moest pikken en alle buurtkatten zonder pardon van zijn terrein af bonjourde. Dat er ‘s morgens rond half tien, ‘plop-plop-plop-plop’, een beestje naar binnen kwam stormen om me te halen voor de koffie, buiten, bij zijn badje.
Wat zullen we zijn geluidjes missen (we verstaan nu aardig Meerkoets), zijn grappige, onhandige vliegpogingen (terwijl hij springend met de vleugels klappend rondrende), zijn gebadder in zijn badje (niet alleen hij maar ook wij kletsnat), zijn gezelligheid (hij kwam graag even in de kamer bij ons liggen) en zijn zachte nekje (hij vond niks fijner dan in zijn hals te worden geaaid).
Ik had het nooit kunnen verzinnen, maar soms zit geluk in een klein eendje.
5 Reacties
🙂 We missen hem, maar we weten dat hij het goed heeft in het Eendenparadijs (want dat is deze omgeving toch voor watervogels)!
Dag Japie, het ga je goed en jullie ook, zo zonder Jaap!
Mooi stukje.
Wat een leuk stuk en ook wel herkenbaar al hadden wij geen meerkoet maar een tortelduif! En ja ik ben zo iemand die de foto`s wel had willen zien! 😉
Wat een leuk stuk,
van een lekker stuk.