Klik voor de definitie van een column
  Een column is géén nieuwsartikel. Wat is het wel? Onderstaande maakt duidelijk dat je een column moet begrijpen door niet alleen de woorden tot je te nemen, maar door te bedenken welke  boodschap de columnist – mogelijk tussen de regels door –  aan de lezers geeft. Begrijp je de boodschap? Zie je wat de schrijver bedoelt? Daar kan ieder individu wat van vinden. Als het een eigen pijnplek is, kan de lezer de aanvechting hebben om helemaal erin mee te gaan of er volledig tegenin te gaan. Het is goed dat je als lezer weet wat (de waarde en betekenis van) een column is.
  • De aard van de journalistieke vorm van columns is dat deze informatief, leerzaam. onderhoudend maar ook kritisch, humoristisch (parodie, ironisch, sarcastisch, satirisch) en prikkelend kunnen zijn binnen een maatschappelijke context.
  • Waar de columnist dat zelf nodig acht, kunnen links in de tekst staan die naar achtergrondinformatie doorverwijzen
  • Wat voor de één een leuke of rake column is, is voor een ander onzin, een belediging of niet acceptabel. Youp van ’t Hek die met alles en iedereen de vloer aanveegt in zijn columns in het NRC wordt niet door iedereen gewaardeerd. Hetzelfde geldt voor Theo Holman in Het Parool en diverse andere columnisten.
  • Aan columnisten wordt door de Nederlandse rechter een grote mate van vrijheid toegekend in hun columns. Deze vrijheid kan zich ook uitstrekken tot teksten die, als ze buiten een column geschreven zouden zijn, als kwetsend of beledigend gekenmerkt worden.
Zie ook bijgaande definitie van wikipedia:  

© wikipedia

Ik las al jaren de columns van Jelle en ik vind ze altijd onderhoudend. Hij schrijft vaak boeiend, hoewel soms bezijden mijn beleving van de werkelijkheid. Het is een slimme zet van hem om heel voorspelbaar te schrijven: namelijk altijd onvoorspelbaar.

Je moet als lezer zijn column vaak twee keer lezen om vast te kunnen stellen of het serieus is of badinerend. Soms neemt hij iedereen op de hak, zonder dat zij het door hebben. Zo ook zijn column van afgelopen vrijdag. Ik las op de website de reacties die onder zijn column staan. Man, man, wat nemen een aantal kerels zichzelf serieus: de een heeft lange tenen, de andere een lange pik. Op beide werd kennelijk getrapt. Ik moest er hartelijk lachen. Ik zou zeggen: goed gedaan. En vooral doorgaan.

Schop af en toe maar eens tegen heilige huisjes en geilige kruisjes.

Ik schrijf sinds een jaar hier columns, maar heb nog niet echt mijn draai gevonden. Er zijn weinig zaken die mij echt raken, dacht ik. Dit in tegenstelling tot vele anderen. Sinds ik ter inspiratie het nieuws weer frequent volg, valt het mij op hoe wantrouwend de gewone mens is geworden. De ene na de andere bijtende reactie zonder inhoudelijke kennis op eender welk onderwerp. Ik zie dat af en toe bij artikelen op Maassluis.nu, maar veel vaker zie ik dat bij AD, De Telegraaf en diverse linkse en rechtse websites en fora. Ik zit gelukkig niet op allerlei social media, want daar is het – volgens kenners – een grote slangenkuil. “Iedereen is anti iedereen”, bij wijze van spreken.

Wie de Amerikaanse maatschappij een beetje volgt (Nederland ijlt er namelijk altijd een paar jaar achteraan) weet dat er inmiddels door Artificial Intelligence diverse fictieve feiten de wereld in geslingerd worden, compleet met fictieve situatiefoto’s en video’s. Het baart niet alleen mij zorgen. Diverse instanties zijn ermee bezig.

Knappe koppen zijn op zoek naar controlemiddelen ten aanzien van AI. We weten hoe het al enige tientallen jaren gaat met het bestrijden van cimputervirussen, gijzelsoftware en spionage software. Belabberd en gebrekkig.

Straks is er ongetwijfeld geavanceerde AI software voor de detectie van AI programmatuur. Dat is dan anti anti-AI AI… Dat wordt een eindeloze loop, die overigens nu al niet meer in de hand is te houden. En altijd heb je nog weer een mens nodig om het eindoordeel te vellen. Het kan natuurlijk wel het einde van de werkloosheid betekenen. We gaan elkaar continu controleren tot Sint Juttemis, terwijl het echte werk wordt gedaan door robots. Want zover zijn we over een paar jaar al.

Ondertussen worden we – gemiddeld – steeds dommer, goedgeloviger, argwanender en wantrouwender. Geloof je dat laatste niet? Dan ben jij dus nu al argwanend. Pas maar goed op jouw tellen. Als je tenminste nog tot tien kunt tellen. Of gebruik je daarvoor een calculator? En geloof jij dan klakkeloos dat wat jij intikte correct was, zodat de uitkomst ook juist moet zijn?

Herinner jij je dat niet? Niet gek, want velen zijn zover afgestompt door alle smartphones en hun digitale hulpfuncties dat hun geheugen steeds slechter is geworden. En bij velen die geboren zijn in de 21e eeuw is dat zelfs nooit op gang gekomen. Onthoudt deze uitspraak en check hem over tien jaar. Gaat dat jou lukken?

Reageren? … Blader naar beneden plaats jouw reactie direct onder artikel [binnen 30 dagen na publicatiedatum]

⊗——het einde ——⊗

◄ klik voor Publicatieschema columnisten

voorliggende column is tot nu toe gelezen door: 252 lezers


Ko Wittevlo

Ko Wittevlo

KO WITTEVLO | (Inval)columnist per 12-2022 | Pensionado. Ik neem het leven zoals het zich aandient | Als iets mij te zeer raakt, schiet ik... verbaal uit mijn slof | Afwezig op de 'socials' zoals FB en Twitter

2 Reacties

  1. 8 februari 2024 at 14:26

    Gejat van https://sjaakstolker.wordpress.com/tag/nietzsche/

    De Laatste Mens.

    ‘Zie! Ik toon jullie de laatste mens. Wat is liefde? Wat is schepping? Wat is verlangen? Wat is ster? – zo vraagt met een knipoog de laatste mens.

    De aarde is dan klein geworden, en op haar hipt de laatste mens, die alles klein maakt. Zijn geslacht is onuitroeibaar, als de aardvlo; de laatste mens leeft het langst. ‘Wij hebben het geluk uitgevonden’ – zeggen met een knipoog de laatste mensen. Zij hebben de oorden verlaten waar het leven hard was: want men heeft behoefte aan warmte. Men heeft zijn naaste nog lief en schurkt zich tegen hem: want men heeft behoefte aan warmte. Ziek worden en achterdochtig zijn merken ze aan als zondig: men loopt behoedzaam voort.

    Een dwaas die nog struikelt over stenen of mensen! Een weinig gif af en toe: dat geeft aangename dromen. En veel gif op het laatst, voor een aangenaam sterven. Men werkt nog, want arbeid is tijdverdrijf. Maar men past op dat het tijdverdrijf niet vermoeit. Men wordt niet meer arm en rijk: beide zijn te bezwaarlijk. Wie wil nog regeren? Wie nog gehoorzamen? Beide zijn te bezwaarlijk. Geen herder en één kudde! Iedereen wil hetzelfde, iedereen is gelijk: wie anders voelt, gaat vrijwillig naar het gekkenhuis.

    ‘Vroeger was iedereen in de war’- zeggen met een knipoog de fijnsten. Men is schrander en weet alles wat is voorgevallen: zo kan men eindeloos spotten. Men maakt nog ruzie, maar men verzoent zich vlug – anders bederft het de maag. Men heeft zijn pretje voor de dag en zijn pretje voor de nacht: maar men houdt de gezondheid in ere. ‘Wij hebben het geluk uitgevonden’- zeggen met een knipoog de laatste mensen.’ (Friedrich Nietzsche)
    ——————–

    Letterlijk gekopieerd uit de voorliggende column:

    Ondertussen worden we – gemiddeld – steeds dommer, goedgeloviger, argwanender en wantrouwender. Geloof je dat laatste niet? Pas maar goed op jouw tellen. Als je tenminste nog tot tien kunt tellen. Of gebruik je daarvoor een calculator? En geloof jij dan klakkeloos dat wat jij intikte correct was, zodat de uitkomst ook juist moet zijn? Herinner jij je dat niet? Niet gek, want velen zijn zover afgestompt door alle smartphones en hun digitale hulpfuncties dat hun geheugen steeds slechter is geworden. En bij velen die geboren zijn in de 21e eeuw is dat zelfs nooit op gang gekomen. De laatste mensen.

    Eigen inbreng:
    ” …….. “.

    • 8 februari 2024 at 23:07

      Op de kleuterschool had je zal,- de kleine etterbakkies, de zeikerds, figuren zonder enig esprit, kennis of enig begrip in samenhang. Tegenwoordig noemt het zich hetzerig moderator. Iemand met enig intelligentie boven het niveau van ’n konijnenbrein, ziet direct dat bovenstaand door mij ingezonden reactie begint met het voorwoord “De laatste mens” uit de filosofische roman ” Also sprach Zarathustra ” uit 1883-85 van de Duitse filosoof Friederich Nietzsche. Dit intro heeft niets met Sjaak Stolker te maken. Maar wel met de laatste zinnen uit de column van Ko Wittevlo. De laatste mensen.