Columnisten schrijven eigen visie op persoonlijke titel.
- De aard van de journalistieke vorm van columns is dat deze informatief, leerzaam. onderhoudend maar ook kritisch, humoristisch (parodie, ironisch, sarcastisch, satirisch) en prikkelend kunnen zijn binnen een maatschappelijke context.
- Waar de columnist dat zelf nodig acht, kunnen links in de tekst staan die naar achtergrondinformatie doorverwijzen
- Wat voor de één een leuke of rake column is, is voor een ander onzin, een belediging of niet acceptabel. Youp van ’t Hek die met alles en iedereen de vloer aanveegt in zijn columns in het NRC wordt niet door iedereen gewaardeerd. Hetzelfde geldt voor Theo Holman in Het Parool en diverse andere columnisten.
- Aan columnisten wordt door de Nederlandse rechter een grote mate van vrijheid toegekend in hun columns. Deze vrijheid kan zich ook uitstrekken tot teksten die, als ze buiten een column geschreven zouden zijn, als kwetsend of beledigend gekenmerkt worden.
Ik heb in mijn leven een aantal dingen waar ik in min of meerdere mate gepassioneerd over ben. Twee daarvan zijn voetbal en poëzie. Op beide onderwerpen heb ik wat te melden maar hoe ga ik die aan elkaar breien in één column? Dat gaat niet dus zal mijn bijdrage deze keer uit twee stukjes bestaan.
Allereerst het Nederlands elftal. In mijn vorige column schreef ik al over het oranje team, https://www.maassluis.nu/columns/column336-ergernis/ en over mijn ergernis rondom het vertoonde spel. Dan zie je maar hoe snel dat kan veranderen. ‘Alles is veel voor wie niets verwacht’ blijkt maar weer. En zo kom ik toch weer uit bij poëzie, uit het sonnet ‘De Dapperstraat’ van J.C. Bloem.
Oranje dus. Ineens was het spel zo’n stuk beter tegen Roemenië en ook tegen Turkije waren er vlagen van geweldig voetbal. Okay, er wordt veel te weinig gescoord ten opzichte van het aantal mogelijkheden maar laten we hopen dat zich dat vanavond uitbetaalt tegen de Engelsen.
En dan denk ik ineens aan de voetbal flarf, een gedicht dat je schrijft aan de hand van zinnen uit het commentaar van een wedstrijd. Wanneer je die juist kiest en goed onder elkaar plaatst komen daar de meest wonderbaarlijke en prachtige ready made gedichten uit. In de bibliotheek van Utrecht werd dat gedurende de wedstrijd gedaan door dichters en liefhebbers die op een groot scherm de wedstrijd volgde.
Dus toch weer poëzie. En ik was van plan te schrijven over collega’s die afscheid nemen (andere baan, pensioen) en dan vragen aan de genodigden om een gedicht en een toelichting zodat dat kan worden opgenomen in een persoonlijk afscheidsbundeltje. Een mooi idee dat ik de laatste tijd vaker tegenkom. Maar vanavond eerst voetbal kijken. Dat de beste mag winnen, dat dat Oranje is en dat we onszelf eindelijk weer eens op kunnen maken voor een finale.