Laatst hielp ik mijn oma met het aanvragen van een nieuwe identiteitskaart. Tenminste, dat dacht ik. In werkelijkheid heb ik een masterclass Kafka doorlopen met een bejaarde in de hoofdrol en een overijverige digitale overheid als tegenspeler.

We begonnen vol goede moed op de website van de gemeente. Na het invoeren van haar postcode (met caps lock aan), het uploaden van een pasfoto (die drie keer werd afgekeurd vanwege “schaduwen in het gelaat”) en een digitale betaling (“waarom moet ik op die RABO-app drukken als ik al op de website ben?”), viel het systeem stil. Letterlijk. Een wit scherm. Mijn oma zei droogjes: “Misschien moet ik maar gewoon doodgaan, dan hoeft die kaart ook niet meer.”

Dit is geen zielig verhaal. Het is een sketch. Dagelijks gespeeld in huiskamers waar 65-plussers de hoofdrol hebben in een absurde digitale komedie. Een soort “Wie is de mol?”, maar dan is de mol gewoon de DigiD.

Neem mijn opa. Die wilde zijn zorgverzekering wijzigen. Op de site werd hij eerst vriendelijk welkom geheten met “Log in met uw DigiD”. Daar stokte het. Hij wist zijn wachtwoord niet meer. Hij vroeg het opnieuw aan. Kreeg een brief. Met een code. Die moest binnen drie dagen geactiveerd worden. Hij was net op vakantie. Toen hij thuiskwam, had de code zichzelf van ouderdom vernietigd. Het was alsof de overheid zei: “U bent te oud en te traag. Wij gaan door zonder u.”

Laten we wel wezen: de wereld is voor ouderen een soort escape room geworden, maar dan zonder hints. Overal QR-codes, inlogschermen, twee-stapsverificaties, apps die alleen op iOS 15 werken (en nee, dat draait zijn iPhone 4 niet meer), en contactloze betalingen waarbij de kassa piept alsof je een misdaad pleegt als je het verkeerd doet.

En dan heb ik het nog niet eens gehad over e-mails van “portalen”. Die zijn speciaal ontworpen om alles wat je nodig hebt achter vijf kliks en twee extra wachtwoorden te verstoppen. Mijn tante van 74 kreeg een mail van haar zorgverzekeraar: “Er staat een nieuw bericht voor u klaar in uw portaal.” Haar reactie: “Waarom sturen ze me dan een mail? Stuur dat bericht gewoon met de post!”

Ze probeerde het toch. Na een halve middag gaf ze het op. Uiteindelijk heeft ze de huisarts gebeld om te vragen wat erin stond. De arts had geen idee. Want ook zij moest “in het portaal kijken”.

Het is makkelijk om te lachen, maar onder die glimlach schuilt iets ernstigs. De digitale kloof is geen rimpel in de samenleving, het is een canyon. Mensen van boven de 65 worden uitgesloten van zaken waar ze wél afhankelijk van zijn: zorg, bankzaken, overheidsdiensten. Vroeger kon je naar het loket, nu moet je door een doolhof van codes en accounts. En wat als je dat niet (meer) kunt? Dan glijd je af naar een staat van afhankelijkheid waar niemand op zit te wachten — zeker ouderen zelf niet.

Er dreigt een nieuw soort analfabetisme. Niet omdat mensen niet willen leren, maar omdat het tempo van technologische vernieuwing bizar is. Elke app die je net snapt, heeft een maand later een update met een compleet nieuwe interface. Elke login-procedure krijgt een extra beveiligingslaag “voor uw veiligheid” — maar die veiligheid wordt een gevangenis als je de sleutel niet begrijpt.

Ik pleit dus niet voor een digitale terugkeer naar de typemachine. Ik hou van technologie. Ik programmeer AI-modellen voor m’n plezier. Maar technologie moet dienen, niet domineren. En wie niet mee kan, moet ook nog gewoon mee kunnen doen.

Daarom dit: Beste beleidsmakers, programmeurs, webdesigners en systeemarchitecten: denk aan je opa. Niet als zwakke schakel, maar als volwaardige burger die ook gewoon z’n pasfoto wil uploaden, z’n medicatie wil controleren of een treinkaartje kopen. Ontwerp een wereld waarin de mens weer centraal staat — ook als die mens een leesbril, reumatische vingers en een Nokia met klepje heeft.

En aan de ouderen zelf: blijf nieuwsgierig, blijf vragen stellen. Laat je niet wegduwen. Vraag je kleinzoon, buurmeisje of de vrijwilliger in de bibliotheek om het nog één keer uit te leggen. En als het niet lukt? Dan mag je gewoon ouderwets boos worden. Zeg dat het belachelijk is. Want vaak heb je gewoon gelijk.

Tot slot, een positief advies van deze jonge AI-nerd aan de generatie boven de 65:
Blijf in beweging. Niet alleen fysiek, maar ook mentaal.

De digitale wereld mag dan complex zijn, maar ze is niet ondoordringbaar. Je hoeft geen expert te worden. Je hoeft het niet allemaal te snappen. Maar blijf proberen. Blijf zoeken. Want zodra je zegt “dit is niets meer voor mij”, geef je een stukje autonomie op. En dat is pas écht zonde.

Of, zoals mijn oma het na die identiteitskaart-fiasco zei: “Het leven is ingewikkeld geworden. Maar zolang ik nog kan mopperen, ben ik er nog bij.”

Klik voor de definitie van een column
  Een column is géén nieuwsartikel. Wat is het wel? Onderstaande maakt duidelijk dat je een column moet begrijpen door niet alleen de woorden tot je te nemen, maar door te bedenken welke  boodschap de columnist – mogelijk tussen de regels door –  aan de lezers geeft. Begrijp je de boodschap? Zie je wat de schrijver bedoelt? Daar kan ieder individu wat van vinden. Als het een eigen pijnplek is, kan de lezer de aanvechting hebben om helemaal erin mee te gaan of er volledig tegenin te gaan. Het is goed dat je als lezer weet wat (de waarde en betekenis van) een column is.
  • De aard van de journalistieke vorm van columns is dat deze informatief, leerzaam. onderhoudend maar ook kritisch, humoristisch (parodie, ironisch, sarcastisch, satirisch) en prikkelend kunnen zijn binnen een maatschappelijke context.
  • Waar de columnist dat zelf nodig acht, kunnen links in de tekst staan die naar achtergrondinformatie doorverwijzen
  • Wat voor de één een leuke of rake column is, is voor een ander onzin, een belediging of niet acceptabel. Youp van ’t Hek die met alles en iedereen de vloer aanveegt in zijn columns in het NRC wordt niet door iedereen gewaardeerd. Hetzelfde geldt voor Theo Holman in Het Parool en diverse andere columnisten.
  • Aan columnisten wordt door de Nederlandse rechter een grote mate van vrijheid toegekend in hun columns. Deze vrijheid kan zich ook uitstrekken tot teksten die, als ze buiten een column geschreven zouden zijn, als kwetsend of beledigend gekenmerkt worden.
Zie ook bijgaande definitie van wikipedia:  

© wikipedia

Reageren? … Blader naar beneden plaats jouw reactie direct onder artikel [binnen 30 dagen na publicatiedatum]

◄ klik voor Publicatieschema columnisten

voorliggende column is tot nu toe gelezen door: 188 lezers



Ontdek meer van MAASSLUIS.NU

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

Art Chabot

Art Chabot

ART CHABOT | Junior Redacteur | Fysica en Toegepaste Filosofie |
AI Nerd | Snelle denker en schrijver | Objectiviteit en Relevantie maken het verschil | Ad hoc reddingsboei voor de redactie. | AI toepassen en doorgronden | Kenniswerker met voorliefde voor populair wetenschappelijk terrein en politiek |

2 Reacties

  1. Evelien den Heijer
    30 juni 2025 at 10:32 — Beantwoorden

    Art, goed verwoord.
    Dat jij als snelle denker en schrijver dit zo duidelijk kunt beschrijven dat zelfs de ouderen helemaal begrijpen dat dit de realiteit is en de toekomst voor 65 plussers.
    Misschien dat er meer beleidsmakers, programmeurs, systeemarchitecten en webdesigners dit lezen en rekening gaan houden met deze grote groep medemensen die hier dagelijks tegenaan lopen…
    Of is dit valse hoop?

  2. 30 juni 2025 at 10:25 — Beantwoorden

    Fantastisch verhaal. Ik ben 80 en geen digibeet, maar mijn kennis is wel beperkt. De beschreven kluchtige ervaringen heb ik ook deels meegemaakt. Fijn dat er nu iemand is die het eens goed heeft opgeschreven.

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *