[redactie: Jelle is elders druk bezet, slaat een beurt over en Art val weer voor hem in]

Twee dagen geleden zat ik in een overvolle trein richting Den Haag. Naast mij klemde een vrouw van middelbare leeftijd haar handtas stevig tegen zich aan terwijl ze via WhatsApp een tirade afstak tegen haar collega Linda. Iets over een presentatie die Linda had “verpest” met haar “onbenullige opmerkingen”. Gisteren zag ik diezelfde vrouw op kantoor, glimlachend koffie halen voor… Linda. “Hé Linda, je presentatie gisteren was echt sterk!”

Wat is er toch met ons aan de hand?

Als afgestudeerd filosoof en natuurkundige probeer ik patronen te ontdekken in onze werkelijkheid. Eén patroon dat ik steeds vaker waarneem, is wat ik ben gaan noemen: het paradoxale zwijgen. We leven in wat misschien wel de meest verbonden periode in de menselijke geschiedenis is, en toch zijn we fundamenteel aan het verstommen.

De paradox werkt als volgt: uit angst om te beledigen, zeggen we steeds minder wat we écht denken. Tegelijkertijd uiten we onze ongefilterde gedachten via de digitale achterdeur – WhatsApp-groepen, besloten forums, privégesprekken met gelijkgestemden. Het resultaat? Een samenleving die openlijk steeds voorzichtiger en beleefder wordt, maar onderhuids steeds cynischer en gefragmenteerder.

Vanuit evolutionair perspectief is deze angst begrijpelijk. Onze voorouders die te direct waren, liepen het risico verstoten te worden uit de groep – een doodvonnis in het Paleolithische tijdperk. Maar wat toen een overlevingsmechanisme was, is nu een cognitieve gevangenis geworden.

Als kwantumfysicus vind ik de parallellen met het onzekerheidsprincipe fascinerend. Net zoals we nooit tegelijkertijd de exacte positie én snelheid van een deeltje kunnen bepalen, lijken we als samenleving niet in staat om tegelijkertijd eerlijk én harmonieus te zijn. We kiezen voor een illusie van harmonie, ten koste van waarachtigheid.

Deze observatie brengt me bij een filosofisch experiment: stel je voor dat iedereen gedurende 24 uur volledige eerlijkheid zou betrachten. Geen filters, geen beleefdheidsmaskers. Wat zou er gebeuren? Zouden relaties imploderen? Zou er chaos ontstaan? Of zouden we, na de initiële schok, een nieuwe basis vinden voor authenticiteit?

Ik vermoed het laatste. De pijn zou tijdelijk zijn, maar heilzaam. Wetenschappelijk bekeken heb ik geleerd dat vooruitgang vaak voortkomt uit het confronteren met onaangename waarheden. Toen fysici in de vroege 20e eeuw moesten accepteren dat hun klassieke modellen onvolledig waren, voelde dat als een nederlaag. Maar uit die nederlaag werd de kwantummechanica geboren – een van de grootste triomfen in de geschiedenis van de wetenschap.

Wat mij echter het meest verwondert, is hoe we deze contradictie normaliseren. We beweren transparantie en authenticiteit te waarderen, terwijl we een uitgebreid arsenaal aan sociale technieken hebben ontwikkeld om precies het tegenovergestelde te bereiken. We noemen dit “tact”, “professionaliteit” of “strategische communicatie”. Maar zijn het niet gewoon eufemismen voor collectieve onoprechtheid?

Begrijp me niet verkeerd – ik pleit niet voor een wereld zonder filters, waarin we elkaar zonder remming kwetsen. Ik pleit voor iets subtielers: een heroverweging van wat werkelijke verbinding betekent.

Denk aan het woord “respect”. Etymologisch komt het van het Latijnse “respicere” – opnieuw kijken, aandachtig beschouwen. Echt respect is niet iemand met fluwelen handschoenen aanpakken. Het is iemand zo serieus nemen dat je bereid bent om je onverbloemde gedachten te delen, in het vertrouwen dat de ander dat aankan.

De Duitse filosoof Habermas sprak over de “ideale gesprekssituatie” – een dialoog waarin machtsstructuren worden opgeschort en alleen de kracht van het betere argument telt. Zo’n situatie vereist openheid, maar ook kwetsbaarheid. Het vereist dat we het risico nemen om ons ongelijk te bewijzen.

Is dat niet wat echte groei is? Het voortdurend herzien van onze mentale modellen in confrontatie met andere perspectieven? Als we uit angst voor conflict onze werkelijke gedachten achterhouden, beroven we niet alleen onszelf maar ook anderen van deze groeikans.

Wat zou er gebeuren als we wat vaker de moed hadden om respectvol maar direct te zijn? Als we het risico namen om een waardevolle vriendschap te verliezen door een eerlijk gesprek? Ik vermoed dat we zouden ontdekken dat de meeste mensen meer waarheid aankunnen dan we denken – en dat echte verbindingen juist worden verdiept door oprechtheid.

Mijn voorstel is eenvoudig maar uitdagend: probeer deze week één gesprek te voeren dat je normaal gesproken zou vermijden. Niet uit conflict-lust, maar uit een oprechte wens om de ander te ontmoeten in een ruimte van waarachtigheid. Kies iemand die je vertrouwt, deel een gedachte die je normaal voor jezelf zou houden, en vraag om hun perspectief. Luister niet om te antwoorden, maar om te begrijpen.

Misschien ontdek je wat ik heb ontdekt: dat de angst voor het gesprek bijna altijd groter is dan het gesprek zelf. En dat er aan de andere kant van die angst een vorm van verbinding wacht die dieper en rijker is dan wat we voor mogelijk hielden.

In een wereld van steeds luidere echo’s, is een oprecht gesprek misschien wel het meest revolutionaire wat we kunnen doen.

Klik voor de definitie van een column
  Een column is géén nieuwsartikel. Wat is het wel? Onderstaande maakt duidelijk dat je een column moet begrijpen door niet alleen de woorden tot je te nemen, maar door te bedenken welke  boodschap de columnist – mogelijk tussen de regels door –  aan de lezers geeft. Begrijp je de boodschap? Zie je wat de schrijver bedoelt? Daar kan ieder individu wat van vinden. Als het een eigen pijnplek is, kan de lezer de aanvechting hebben om helemaal erin mee te gaan of er volledig tegenin te gaan. Het is goed dat je als lezer weet wat (de waarde en betekenis van) een column is.
  • De aard van de journalistieke vorm van columns is dat deze informatief, leerzaam. onderhoudend maar ook kritisch, humoristisch (parodie, ironisch, sarcastisch, satirisch) en prikkelend kunnen zijn binnen een maatschappelijke context.
  • Waar de columnist dat zelf nodig acht, kunnen links in de tekst staan die naar achtergrondinformatie doorverwijzen
  • Wat voor de één een leuke of rake column is, is voor een ander onzin, een belediging of niet acceptabel. Youp van ’t Hek die met alles en iedereen de vloer aanveegt in zijn columns in het NRC wordt niet door iedereen gewaardeerd. Hetzelfde geldt voor Theo Holman in Het Parool en diverse andere columnisten.
  • Aan columnisten wordt door de Nederlandse rechter een grote mate van vrijheid toegekend in hun columns. Deze vrijheid kan zich ook uitstrekken tot teksten die, als ze buiten een column geschreven zouden zijn, als kwetsend of beledigend gekenmerkt worden.
Zie ook bijgaande definitie van wikipedia:  

© wikipedia

Reageren? … Blader naar beneden plaats jouw reactie direct onder artikel [binnen 30 dagen na publicatiedatum]

◄ klik voor Publicatieschema columnisten

voorliggende column is tot nu toe gelezen door: 123 lezers



Ontdek meer van MAASSLUIS.NU

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

Art Chabot

Art Chabot

ART CHABOT | Junior Redacteur | Fysica en Toegepaste Filosofie |
AI Nerd | Snelle denker en schrijver | Objectiviteit en Relevantie maken het verschil | Ad hoc reddingsboei voor de redactie. | AI toepassen en doorgronden | Kenniswerker met voorliefde voor populair wetenschappelijk terrein en politiek |

3 Reacties

  1. Maarten Islam
    11 mei 2025 at 15:01 — Beantwoorden

    Het GROTE zwijgen:

    Kunt u het zich nog herinneren?

    De christelijke Irakees Salwan Momika is doodgestoken in Zweden en de ophef blijft uit. De man verbrandde herhaaldelijk de Koran – wat je gewoon moet kunnen doen. Veel meer dan een stapeltje papier met een nietje eromheen is het niet.. Kun je ongetwijfeld de haard goed mee aansteken maar om de e.o.a reden is het not done.

    De boel bij elkaar houden, dat is wat er moet gebeuren natuurlijk – waarschijnlijk is dat de reden dat de ophef uitblijft, de linkse kerk zwijgt als het graf en ook de rechter flank nog- slaapt. Of zwijgt – zwijgen telt niet mee. Telegraaf opent er niet eens groots mee, het lijkt wel alsof het verzwegen moet worden. Momika was een pain in the ass voor de Zweden. Zijn protesten leidden tot gedoe bij Zweedse Ambassades in islamitische landen. Zweden wilde hem twee jaar terug uitzetten omdat hij zijn verblijfsvergunning op oneigenlijke gronden zou hebben verkregen.

    Dat ga je nu krijgen: de man zal zwart gemaakt worden, in plaats van de dader over wie je ook niets leest. Een haatbaard, no doubt.

    Wat kan je nog zeggen, schrijven? Behalve álles wat columnist Ebru al sinds 2003, dat is inmiddels 22 jaar, schrijft? De islam is een gevaar voor onze vrijheid, voor onze manier van leven, voor vrouwen in het bijzonder en voor ons als samenleving in het algemeen. Er is niets liefs aan de islam, niets vredelievends, niets goeds.

    Vraag het maar aan al die moslims, die in islamitische landen leven en niets anders willen dan vrij zijn. Vraag het aan de inwoners van elke grote stad in Europa, die zichzelf niet meer herkennen in de bevolkingspopulatie. Vraag het aan de Israëli, die hopelijk vandaag nog een paar gijzelaars terugkrijgen. De enige upside aan de islam is dat ze vooralsnog meer moslims vermoorden dan Westerlingen maar om dat nou een upside te noemen gaat wel ver. En weet je: de gewelddadige islam komt steeds dichterbij. Daar is maar één schuldige voor aan te wijzen: westerse politici die vertikken te begrijpen dat je met islamieten geen thee moet drinken, aan islamieten geen westerse vrijheden moet toebedelen en je eigen bevolking dient te beschermen tegen geweld, met name als die uit islamitische hoek komt.

    Er is maar één ding waar de koran goed voor is en dat is de haard aanmaken. En wat politici met islamieten moeten doen, lijkt me duidelijk. Wij – Ebru – gaan het niet meer meemaken.

  2. Ton van Arkelen
    9 mei 2025 at 14:12 — Beantwoorden

    Ha Art, mag het een ietsje minder? Fijn dat je een column schrijft maar het is voor mij en misschien voor andere ook, niet te bevatten. Dan maar liever een beetje doof. Groetjes Ton.

    • 9 mei 2025 at 15:21

      Hallo Ton:
      de boodschap van zijn column is wel snel te snappen:

      Misschien ontdek je wat ik heb ontdekt: dat de angst voor het gesprek bijna altijd groter is dan het gesprek zelf. En dat er aan de andere kant van die angst een vorm van verbinding wacht die dieper en rijker is dan wat we voor mogelijkn hielden.

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *